|
De Oorlogen
|
OFFICIELE VELDSLAGEN 1914-1918
geplaatst op 2014-06-29 |
WERELDOORLOG 1
We willen geen volledig verslag geven over deze oorlog maar wel en vooral aantonen waar het Negende ingezet werd en wat het er mee gemaakt heeft;
Officiele
lijst met veldslagen en gevechten WO1
In 1933 herzag de "Geschiedkundige Afdeling van de Generale Staf
van het Leger" de officiele lijst met veldslagen en gevechten van de
eerste wereldoorlog. Van oud naar nieuw, en met de juiste titulatuur voor de
aard van de actie zag deze lijst er zo uit:
Verdediging van Luik: 4 tot 16 aug 1914
Gevecht te Vise: 4 aug 1914
Gevecht te Rhees, Gevecht te Herstal, Gevecht te Rabosee, Gevecht te
Queue-du-Bois, Gevecht te Romsee, Gevecht
te Sart-Tilman, Gevecht te Boncelles: 6 aug 1914
Gevecht te Halen: 12 aug 1914
Gevecht te Sint-Margriete-Houtem: 18 aug 1914
Gevecht te Grimde: 18 aug 1914
Gevecht te Aarschot: 19 aug 1914
Eerste Uitval uit Antwerpen: 24 tot 26 augustus 1914
Gevecht te Impde: 24 aug 1914
Gevecht te Weerde: 25 en 26 aug 1914
Gevecht te Hofstade-Schiplaken: 25 en 26 aug 1914
Gevecht te Haacht: 26 aug 1914
Tweede Uitval uitAntwerpen: 9 tot 13 sep 1914
Herinname van Aarschot: 9 sep 1914
Gevecht te Wijgmaal: 10 sep 1914
Gevecht te Kessel-Lo: 10 sep 1914
Gevecht te Over-de-Vaart: 11 sep 1914
Gevecht te Wakkerzeel-Hambos: 11 en 12 sep 1914
Derde Uitval uit Antwerpen: 25 tot 27 sep 1914
Gevecht te Sint-Gillis-bij-Dendermonde: 26 en 27
sep 1914
Gevecht te Lebbeke: 26 en 27 sep 1914
Verdediging van Antwerpen: 28 sep tot 10 okt 1914
Terugtocht van Antwerpen naar de Ijzer 7 tot 14 okt 1914
Gevecht te
Berlaar: 7 okt 1914
Slag van de Ijzer: 16 tot 31 okt 1914
Gevecht te Steenstrate: 22 apr tot 5 mei 1915
Gevecht te Reigersvliet: 6 maa 1918
Slag van Merkem: 17 apr 1918
Offensief van Vlaanderen: 28 sep tot 11 nov 1918
Slag van de Heuvelrug van Vlaanderen: 28 tot 20 sep
1918
Slag van Torhout-Tielt: 14 okt tot 30 okt 1918
Slag van de Leie en het Afleidingskanaal van de Leie: 1 nov tot 11 nov 1918
Slag van de Schelde en het Kanaal van Terneuzen: 1 nov tot 11 nov 1918
Bron: REVUE Du MILITAIRE Belge,
no 3, 10 juli 1933
|
|
|
|
De Inbreng van het NEGENDE in deze veldslagen
geplaatst op 2014-06-30 |
DE INBRENG
VAN HET 9 LINIEREGIMENT IN DEZE
VELDSLAGEN;
Wanneer op 1
Augustus het mobilisatiebevel aankwam, ging het 9e Linie van vredesvoet over
tot oorlogsvoet: het werd ontdubbeld om, met zijne jongste klassen, het 9e en
het 29e Linieregiment en, met de oudste klassen, het 9e Regiment vestingtroepen
te vormen.
Te Luik,
onder het bevel van Kolonel Meiser, ontvingen zij allen den vuurdoop in de tussenruimte
der forten Boncelles en Embourg en in het gevecht van Sart-Tilman; de helft van
het effectief bleef op het terrein en van de twee schone regimenten kon er
slechts nog een gevormd worden, het 9e, dat in het geheel nog maar een effectief
bereikte van 48 officieren en 2.807 manschappen.
Met Kolonel
Flebus nam het deel aan het gevecht bij Aarschot; den 9n, 12n en 13n September
onderscheidde het zich te Haacht; het verdedigde de Nete en trok zich, na den
val van Antwerpen, naar de zee tot aan den IJzer terug.
Na deze
gevechten blijven nog 26 officieren en 2458 manschappen over
Het schrijft
in de plooien van zijn vaandel ook nog den roemvolle naam Lombardsijde en
levert gevecht o. a. bij Sint-Joris, alvorens zich voor vier jaar in de
loopgraven in te delven.
Gedurende
dit tijdperk hebben er geen zeer ernstige gevechten plaats, doch onophoudelijk
zijn er nachtelijke botsingen van patrouilles, verrassingsaanvallen op de ene
of den andere post om krijgsgevangenen weg te kapen en inlichtingen in te
winnen. Die periode was nochtans moorddadig en een der lastigste van den
oorlog, want wij waren nog in het begin onzer organisatie. Hoevelen onzer dapperen
zijn er gevallen in de veldgrachten van den Reigersvliet, van
Oud-Stuivekenskerke, in de Verbindingsloopgraaf van de Dood, voordat onze
werken ze enigszins konden beschutten! Welke diepe herinneringen hebben wij
allen bewaard van de eindeloze nachten van waken en werken in die streek!
Onder het
bevel van Kolonel Dejaiffe bezet het regiment, in 1916, de sector van Diksmuide
en, van Februari tot December 1917, de meer rustige sector van Ramskapelle. In
Februari 1918 wordt het naar Merkem gezonden waar de Duitsers, op 17 April, een
hevige aanval uitvoeren, die ten andere flink wordt afgeslagen. De vijand was
er in gelukt op een diepte van 1.800 meter in onze linies te dringen. Onze
krachtige tegenaanvallen verjoegen hem uit al onze stellingen en meer dan 600
weerbare gevangenen en vijftig mitrailleusen bleven in onze handen.
En ziehier
het laatste offensief: het 9e Linie valt den Kam van Vlaanderen aan, te
Stadenberg, en verovert hem in den nacht van 29 op 30 September: het regiment
wint zijn vierde vermelding op het legerdagorder.
Den 14n
October wordt de vooruitgang voortgezet naar Sint-Pieter, Sint-Eloois-Winkel.
En dan komt de terugkeer in het land: mannen, vrouwen, kinderen werpen zich om
den hals van hun verlossers, gelukkig omdat het Belgen zijn, die ze van het juk
van den vijand hebben verlost. De soldaten van het 9e Linie zijn de eerste die
de Leie bereiken: zij zijn aldus, op twee dagen, bijna 16 kilometer
vooruitgedrongen, terwijl zij gevangenen, kanonnen van alle kalibers en
overvloedig materieel bemachtigden.
Ons regiment
mag fier zijn over de volbrachte taak. Het heeft in onze geschiedenis bladzijden
geschreven, die het voor eeuwig met roem zullen omstralen. Het is fier over
zijne doden, over zijne verminkten, want hun offer zal niet vruchteloos zijn
geweest.
Huysmans
Eduard was de eerste hoge officier van het 9de die sneuvelde op 5 Augustus bij
Sart Tilman, samen met hem sneuvelden nog 3 onderofficieren en 29 manschappen,
dit bij het eerste vuurgevecht met de Duitsers.
Opgezocht
door Francis Deckx
|
|
|
|
DE SLAG OM RABOSEE
geplaatst op 2014-07-02 |
Rabossee : de eerste Belgische veldslag van
wereldoorlog 1
De slag om Rabosee beslaat een der meest glorierijke bladzijden van de geschiedenis van
den Grooten Oorlog in Belgie
Rabossee 5 en
6 augustus 1914
Het is het
begin van de heldhaftige verdediging tegen de vijandelijke veroveraar waardoor
Belgie in de ganse wereld bewonderd werd.
Aanwezige troepen :
Aanval :
27ste ,53ste
en 25ste Inf Bde , 1 Escadron Ulanen en een groep
Veldhouwitsers
Reserve : 16de Inf Bde en 2 Batterijen
Mortieren
Totaal : 8000 man
Verdediging :
Een Bataljon Inf onder bevel van Majoor Clerdent van
14de Linie, Bataljon bestaande uit :
2de Cie van 9 Linie bevolen door Cdt
Vandeun
1ste Cie van 14 Linie bevolen door Cdt
malevez
3de
Cie van 14 linie bevolen door Cdt
Lardinois
1 Pl Genie bevolen door Lt Simons van 10 Linie
Totaal : 5 Offrn en 500 man
3 Augustus:
Bij dageraad
verlaat het 9de Jupille om de sector Maas-Barchon te bezetten met de
2de Cie uiterst rechts op het plateau van Rabosee. De voorposten
waren tegen de avond ingericht onder bevel van Adjudant Albert Beekman.
4 Augustus:
Rond 14 uur
worden de voorposten terug getrokken en vervangen door schildwachten, dichter
bij de loopgraven en de 2de Cie van het Negende werd onder bevel
geplaatst van Majoor Clerdent van het 14de Linie.
5 Augustus:
In allerhaast
worden de stellingen bijgewerkt en vanaf 15 uur bombarderen de Duitsers het
fort van Barchon. Een patrouille van 9 Li meldt Duitse troepen in de omgeving
van de sector, zij zitten verscholen achter de hagen en bosjes voor de
stellingen van waaruit ze plots aanvallen. Zij worden door het Belgisch vuur
tegen gehouden behalve op de weg Jupille-Vise waar ze doordringen tot het
kruispunt Quatre-Bras. Een fourier van het 14de komt van uit Wandre
met een door honden getrokken mitrailleuse; deze wordt onmiddellijk opgesteld
en dank deze kan de toestand rond Quatre-Bras hersteld worden en de vijand
wordt terug gedreven.
Dit was het
begin van de vuurdoop voor onze troepen en ook het betreuren van de eerste gesneuvelden klaroenblazer Boogaerts
van het Negende was het eerste slachtoffer maar al snel volgden anderen; Sgt
Barthelemy,soldaten Streel,Ceulemans, Angave, Bugain en nog vele anderen en ook
veel gekwetsten.
Bij de vijand
was het een echte slachting, doden in alle houdingen, op en over elkaar terwijl stervenden nog soms de vuist opstaken of verwijtende kreten
slaakten. Om hun aanvallers te helpen begint de Duitse Artillerie
schrapnels te verspreiden iets wat onze
troepen nog nooit gezien hadden en niet
wisten hoe zich er tegen te beschermen. Dan komt de Genie in actie en bouwt een
soort afdaken om toch een weinig beschutting te bieden. Dan begint ook het fort
van Jupille op de Duitse Artillerie te vuren zodat deze het vuur moet staken
waardoor er een stilstand komt in de strijd. Nu begint de eerste oorlogsnacht,
wachten,waken, luisteren en terzelfdertijd sectie per sectie trachten te
rusten, eventueel te slapen maar eerst en vooral de bewapening nazien en de
reserves aanvullen. Per man worden 3 tot 400 patronen uitgedeeld en alleen het
bezit daarvan geeft de strijders nieuwe moed . Lang zal de rust niet duren,
vanaf 22 hr melden patrouilles Duitse wielrijders op de weg Argenteau-Dalhem en Infanterie nadert in de richting der
Belgische stellingen waar onder een
kille regen volstrekte stilte en onbeweeglijkheid bevolen wordt, dit om de
stelling niet te verraden en dit zal later vruchten afwerpen. Plots gebruiken
de Duitsers zware zoeklichten die vanuit Barchon het terrein voor de Belgische
stellingen volledig verlichten maar de Belgen, verscholen in loopgrachten en
achter de hagen ,blijven onzichtbaar wat de Duitsers aanzet om in kolonne
voorwaarts te trekken. En daar zijn zij!
De Belgen
horen het gestamp der botten over de rotsige bodem en onder klaroengeschal en het
roepen van Kaiser Vorwarts komen ze tot op 30 m van de Belgische stellingen van
waaruit dan een volledig vuur gegeven wordt vanuit de flank geholpen door een
door Adjt Beekman opgestelde mitrailleuse. De Duitsers zijn volledig verrrast
en wat overblijft moet terug maar weer komen de schrapnels op onze stellingen
gevolgd door nieuwe aanvallers, de ganse 25ste Duitse Brigade is in
de aanval en hun overgrote aantal laat toe tot aan de prikkeldraad te komen die
de Belgische stellingen afschermt. De mannen van het Negende vechten als
leeuwen en geholpen door mitrailleuses van het 14de Linie slagen ze
er in de Duitsers terug te dringen ondanks zware verliezen. Hoelang kunnen ze
dat nog volhouden.
6 Augustus:
Om 2 uur in de morgen slagen de Duitsers er in een huis in
te nemen waar ze in de vensters van de verdieping mitrailleuses opstellen
waarmede ze de Belgische loopgraven kunnen beschieten maar ook daar worden ze
door een Mi van het 14de Linie uitgeschakeld. De ganse nacht
strijden onze mannen werkelijk tot der dood want als ze in de vroege morgen
toch moeten opgeven blijven er nog 19 over onder leiding van Sgt Vander Beken .
Zij worden gevangen genomen maar de Duitsers zijn zo onder de indruk van dit
verweer dat ze hen de eer bewijzen . Dank zij de heldenmoed van deze 9
Liniemannen geholpen door het 14de konden de Duitsers hun doel niet
bereiken, namelijk doorsteken tussen Maas en Barchon.
***
Kolonel SBH
Brassel, Comd van het 9 Linieregiment heeft de eer Sgt Vander Beken te melden
dat hij vermeld werd op de dagorder van het Regiment:
De
tussenruimte,plateau van Rabosee, bezettende tijdens het gevecht van 6 Augustus
heeft blijk gegeven van moed en koelbloedigheid alle hoogachting en lof waardig. De Officieren en de Eenheidsadjudant
van zijn eenheid gedood of gekwetst zijnde heeft de overblijvende mannen
verzameld en weerstand geboden aan veelvuldige zware aanvallen van de vijand
tot hij samen met zijn kameraden gevangen genomen werd.
Deze
vermelding geeft toelating tot het dragen van het Oorlogskruis met Bronzen
Leeuw.
PS: Deze
onderscheiding werd toegekend aan alle 19 overlevenden van de slag om Rabosee.
Citatie op de
dagorder van de Natie : Het 1ste Bn van het Negende Linie wordt vermeld op de
dagorder van de Natie voor zijn heldhaftige verdediging in de sector
Maas(stroomafwaarts)tot Barchon waar het op het plateau van Rabossee 85 man verloor
bij de verdediging van deze sector.
***
RABOSEE
Er zouden
boeken nodig zijn om in detail de daden van heldenmoed weer te geven die de
nacht van Rabosee hebben vervuld. We zouden er de namen lezen van alle helden
want nooit heeft een troep blijk gegeven van een hoger moreel dan deze dapperen
die plots, vanuit hun kalme gezinnen, in de chaos van de oorlog geworpen
werden!
Er zijn
namen in de geschiedenis der volkeren die zo uitzonderlijk zijn dat ze
voorbestemd zijn om verder te leven in de volgende generaties. Rabosee is zo
een naam
130 dappere
Belgen vielen daar; de arme sukkelaars werden zo snel gedood dat ze
waarschijnlijk de tijd niet gehad hebben om te begrijpen waarvoor ze streden en
stierven. Hadden ze de tijd om te begrijpen dat de vrijheid van de wereld
gekocht werd met hun bloed, Neen, waarschijnlijk niet.
Verliezen :
Duitsers : Doden :
16 Officieren, 384 manschappen
Gekwetsten:zeer talrijk waaronder 600 buiten gevecht
Belgen : Doden : 3
Officieren en 130 manschappen waaronder 85 van 9 Linieregiment.
|
|
|
|
De slag om Sart-Tilman
geplaatst op 2014-07-03 |
De Slag om
Sart-Tilman 5-6 Augustus 1914
Belgische troepen ter plaatse :
14de Regiment Vestingstroepen
9de Gemengde Brigade : 9 Linie : Kol Meiser 1ste
Bataljon : Majoor Doneux (4 Cies van 3
Pls)
2de Bataljon : Majoor Bruneel (id)
3de Bataljon : Majoor Michaux (id)
29 Linie - Lt Kol Artan met 3 Bataljons van 4 Cies met 3 Pls
een Cie Mi en een groep Aie
15de
Gemengde Brigade : 1ste en 4de Jagers te voet met telkens 3 Bataljons (4 Cies van 2 Pls)
een Cie Mi en een groep Aie
+ een
Pl Gendarmen
12de
Gemengde Brigade : 12de Linie met een Bataljon en een Cie Mi
29ste
Linie was een ontdubbeling van het 9de
Linie
Afkortingen:Bde
= Brigade Bn = Bataljon Cie = Compagnie
Pl = Peloton Mi = Mitrailleuse
Aie = Artillerie B = Belgische D = Duitse
***
Verloop van
de slag :
04 Aug:
De mannen van
9 en 14 Linie graven loopgrachten en zagen bomen af om hindernissen te plaatsen
op de toegangswegen naar Bois Saint - Jean en organiseren de stellingen.
05 Aug:
De stellingen
zijn bezet door het 1ste Bataljon 9 Linie min 2de Cie
(zie Rabosee) en krijgt van Generaal Leman het bevel om deze te verdedigen tot
het uiterste.
11 Hr: de
Duitse 38ste Bde is in rust te Esneux-Poulseur waar ze vervoegd
wordt door haar reserve , de 43ste Bde
11Hr50 : het
4de Escadron van 4 Lanciers
versterkt met 25 Cyclisten levert slag te Plainevaux waar de eerste
slachtoffers vallen en enkele Belgen gevangen genomen worden .
19 Hr : te
Sart-Tilman en in het Bois Sint-Jean blazen de klaroenen alarm en worden de
stellingen ingenomen. Het Bois Sint-Jean is bezet als volgt : Redoute 5 door 1/1/9 (1ste Cie/1ste
Bn/9 Linie) Cdt Goossens, links er van Redoute 6 door 4/1/9 Cdt Fievet en
rechts Redoute 4 door 3/1/9 Cdt Cantillon. Stromende regen doorweekt het
terrein en overal is modder waarin de voeten wegzinken, het is wachten op de
vijand.
22Hr30: De 38ste D Bde , opgehouden
door de talrijke hindernissen, vordert moeizaam richting Bois-Sint Jean waar de
Belgen hen opwachten.
23Hr30 : de eenheid Goossens 1/1/9 opent het vuur
onmiddellijk gevolgd door de twee andere eenheden van 9 Linie. De eerste rij
Duitsers vallen onder dit vuur maar het soms te hoog gerichte vuur der Belgen
treft de achterkomende Duitse eenheden. Deze, denkende dat zij onder
rechtstreeks vuur van de vijand vallen, beginnen tegen de orders in, hun wapens
te laden en te vuren. Zo schieten zij in de rug van de eerste Duitse eenheden
wat een grote paniek veroorzaakt onder de Duitse troepen die echt niet meer
weten waar de echte vijand zit en het wordt een echte slachtpartij waar de
Duitsers elkaar uitmoorden.
Een Duitse Officier schreef in zijn velddagboek:
(Een
ongelooflijke paniek maakte zich meester van onze troepen! Onmogelijk de orde
te herstellen, de geschreeuwde orders van de officieren gingen verloren in het
tumult en het vuren ging verder. De Bde Commandant werd met een bajonetstoot
geveld door een van onze mannen die werkelijk niet meer wisten waar de vijand
zich bevond. In het wazige maanlicht verschijnen plots gestalten voor ons, wij
gaan ze met de blote sabel te lijf; het zijn mannen van ons gevlucht uit de
eerste lijn! Als we de toestand bijna meester zijn valt weer een gordijn van
vuur over ons neer en de gevluchten uit de eerste lijn komen zich verschuilen
in de grachten en achter de hagen en zijn volledig onbruikbaar voor het
gevecht. Om de paniek meester te worden beginnen enkele gegradueerden (Die
Wacht am Rhein),een oud Duits volkslied, te zingen en zo slagen we er in de
troepen terug onder bevel te krijgen)
De Belgen
geven zich rekenschap van hun zwak effectief en de numerieke meerderheid van de
vijand. Duizenden Duitse infanteristen staan klaar om de genadeslag toe te
brengen en het voordeel van hun aantal zal toelaten de oude taktiek van
overvleugelen langs de flanken toe te passen. De onverdedigde tussenruimtes
tussen de B stellingen (250m) zijn te groot en laten de Duitsers toe tussen de
stellingen door te stoten en de Belgen te omsingelen.
06 Aug :
01Hr15 : Redoute
6 is zwaar onder druk en de verdedigers trekken terug naar het kruispunt Saint-Hubert
terwijl Redoute 4 op het punt staat overweldigd te worden, het wordt een lijf
aan lijf gevecht! Redoute 5 houdt nog stand maar Cdt Goossens geeft het bevel
tot terugtocht maar Lt Lepage blijft in de redoute samen met een 50 tal mannen
die blijven vuren en strijden. Even later worden zij overweldigd door de
overmacht en gedood of gevangen genomen. Meer dan de helft van het Bataljon is
buiten gevecht maar zij hebben de orders opgevolgd: verdedigen tot het
uiterste!
01Hr30 : De
Maasvallei is nu in het bereik van de Duitsers maar het 1ste Jagers
te Voet doet een tegenaanval naar de redoutes 4 en 6, zij slagen niet volledig
in hun opzet maar zij hebben de Duitsers zodanig gedesorganiseerd dat de
gevangenen van redoute 5, een veertigtal waaronder Lt Lepage, kunnen
ontsnappen. De Comd van de Duitse Bde heeft zijn commandopost opgeslagen op het
Kruispunt Sint-Jean en stelt vast dat een opmars naar Luik onmogelijk is zolang
hij de open plek rechts van zijn troepen niet onder controle heeft. Zijn
operatieplan is eenvoudig : de open plek omringen langs West, Zuid en Noord met
aanvalstroepen fors gesteund door mitrailleuses om zo de Belgische troepen te
omsingelen. Grote colonnes vorderen langs de bosranden van Sclessin, Saint-Jean
en Colonster en komen zo tegenover de Belgische stellingen. De hoeve, La Cence
Rouge, genesteld op het einde van de open plek is niet bezet door de Belgen en
de Duitsers maken er gebruik van om er mitrailleuses te plaatsen en er een
Blockhaus van te maken van waaruit ze in de rug van de verdedigers kunnen
vuren. Terzelfdertijd wenst de Duitse Comd zijn troepen te reorganiseren en wil
wachten op de dageraad om zijn troepen naar Ougree te sturen.
02hr : Generaal Majoor Gillis, bevelhebber van de 9de Gemengde Bde
krijgt bevel zich met het 3de Bn van 9 Linie en 2de en 3de
Bn van 29 Linie naar Sart-Tilman te begeven om er de redoutes te heroveren die
hij verloren waant.
02Hr30 : de
troepen in Sart-Tilman, ongeveer 1500 man, Jagers en Liniemannen door
elkaar,houden zich klaar om de schok van de D aanval op te vangen. Het 1/1Ch(1ste
Bn 1 Jagers) is in lijn behalve 3/1/1CH en 2/1Ch is in reserve. De aanval komt
uit het ravijn van Colonster, aangevallen langs voor en in de flank hebben de
belgen nog weinig bescherming en ook de reserve moet worden ingezet. In de
omgeving van La Cense Rouge zijn de twee Pls die de vijand op afstand moesten
houden erg verzwakt, zij worden van alle kanten onder vuur genomen. De dageraad
laat de aanvallers in de schaduw maar de Belgische stellingen zijn volledig
zichtbaar. 1/2/1Ch en 3/2/1Ch, verdedigers
van de tussenruimtes tussen redoute 1 en 2 krijgen het hard te verduren en ze
vluchten naar de huizen, gevolgd door de verdedigers van redoutes 2 en 3, het
wordt een wilde vlucht! Nu komen 2/2/1Ch en 4/2/1Ch in actie, zij stoppen de
vluchters en herbezetten de redoutes 2 en 3.
03HR30 : de
kalmte is van korte duur, de vijand, tot nu toe onzichtbaar duikt op uit de
bosrand Saint- Jean. De 43 D Bde vallen de B stellingen aan, ontplooid in
tirailleur, stormen ze door de havervelden. Ten Noorden van redoute 3 hebben
eenheden van 1/1Ch , opgesteld tegenover Bois Saint-Jean, de vooruitgang van de
Duitsers gestopt. In redoute 3 waar weinig bescherming is wordt veel schade
aangericht door het flankvuur van de Duitsers. Redoute 2 ligt ook onder vuur
dat schijnt te komen uit het haverveld waar 2/1/1Ch en een Pl van 4/1/1Ch zijn
opgesteld, vuren we op elkaar? De Duitsers schijnen te vuren vanuit de huizen.
04Hr : de toestand wordt
ernstiger,de 80 overlevenden van redoute
3 moeten zich overgeven en even later
vluchten de overblijvenden van redoute 2 naar het gehucht. De overwinning van
de Duitsers nadert. Nochtans op alle punten van het gevecht hergroeperen
stukken van 1/1Ch en 2/1Ch en zij slager er in de voortgang van de D in het
dorp te stoppen. Op dit moment komt 3/1Ch samen met een Cie Mi aan in het
Noorden van het dorp waar, in de schuur van de hoeve Les Peupliers, het
hoofdkwartier van de Belgen gevestigd is. Het gehucht staat op het punt
omsingeld te worden maar 6 mitrailleuses worden opgesteld 350 m ten
Noord-Oosten van Sart-Tilman en ze vuren in de vallei van Colonster waardoor de
rechtervleugel van de 38ste D Bde ineenstort en de omsingeling
afgewend wordt.
04HR30 : Ten Noorden van de stelling, in het bos Saint-Laurent zijn de troepen
herschikt en deze voeren een aanval uit naar de open plek en het haverveld; de
Duitsers trekken terug naar het bos Saint-Jean terwijl de Belgen terug de
redoutes bezetten maar de Duitsers graven zich in tussen de struiken rond het
bos Saint-Jean en de hoeve La Cense Rouge is nog steeds bezet door de Duitsers
en van daaruit beschieten ze nog steeds de redoutes. De Jagers beschieten Cense
Rouge vanop de daken van het dorp terwijl de jagers En Liniemannen redoutes 2
en 3 moeten verlaten en zich nestelen in het gehucht. Intussen is de 15de B Aie Bde
aangekomen in Sart-Tilman en onmiddellijk wordt een kanon opgesteld in de dreef
naar Cense Rouge en dit kanon schiet de schuur in brand. Een tweede kanon wordt
opgesteld en gericht naar bos Saint-Jean en schiet, zonder gericht te zijn,
alleen om de mannen terug moed te geven. Vervolgens, beschermd door zes Aie
stukken, bezetten ze terug de redoutes en maken met nieuwe moed front naar de vijand.
05Hr30 : nieuwe versterkingen
komen aan, het 3/9 heeft als opdracht de redoutes te heroveren die door de
Duitsers bezet zijn. Het aanvalsplan voorziet het volgende : 2/3/9Li zal
vorderen in de open plek tegenover het bos Sint-Jean, 1/3/9 zal zich rechts van
hem ontplooien en 3/3/9 zal vorderen ten Noorden van de open plek en Cense
Rouge zal ontwijken. De drie Cies zullen samensmelten tot een aanvalsgolf die door
het bos Saint-Jean naar het kruispunt Saint-Hubert.
Na de aankomst der
versterkingen hebben de Duitsers ingezien dat de open plek niet in te nemen is
en zij brengen versterkingen aan in het bos Saint-Jean om de flanken te
beschermen van hun eenheden die gevorderd zijn naar Ougree. Op een lengte van
300 m hebben ze een sterk front opgericht met verschillende mitrailleuses, dit
op 400m van Kruispunt Saint-Hubert. De aanval van 3/9Li stuit op de hevige
weerstand van dit front en moet terugtrekken. De 3/3/9Li reorganiseert in het
ravijn van Renory terwijl de andere Cies terugtrekken naar de Noordzijde van de
weg naar Renory.
06Hr Ondanks de mislukking van
3/9Li is de Duitse Commandant er niet gerust in en de constante toevoer van
Belgische versterkingen vanuit Angleur doet hem besluiten dat de verovering van
de open plek onmogelijk is en hij vreest een eventuele Belgische aanval op de
flank kan leiden tot de omsingeling van de eenheden die vorderen naar Ougree en
hij geeft bevel tot terugtrekken der eenheden die vorderen naar Ougree en
Seraing.
06Hr : 2/29 en 3/29Li komen
aan te Sart-Tilman en gaan trachten het offensief te hernemen in de richting
Boncelles, de rechtervleugel van de 2 Cies van 2/29Li is volledig onbeschermd
en daarom krijgt 3/2/29Li het bevel de Duitsers te verjagen uit Cense Rouge
terwijl 3/29Li de redoutes gaat versterken waar de toestand nog steeds
zorgwekkend is zolang de Duitsers Cense Rouge in handen hebben, dit blockhaus
schijnt niet inneembaar! Na het offensief van 3/9Li hebben de Duitsers deze
hoeve erg versterkt, vier tot vijf mitrailleuses verdedigen de omgeving. Onder
bevel van Cdt Colman en Sgt Danloy slagen mannen van het 29ste er in een hoog gebouw te
bezetten op 400m van de hoeve en een duel tussen mitrailleuses draait uit in het
voordeel der Belgen, de Duitsers zijn verplicht Cense Rouge te verlaten, niet
na eerst de eigenaar , Mr Duburnonville, te doden!
07Hr : Nieuwe versterkingen
komen aan te Sart-Tilman, het zijn 1/1/12, 2/1/12 en 4/1/12 Li onder bevel van
de Comd van 12 Linie.
10Hr : de Comd van 12 Li heeft
de stellingen gereorganiseerd en 3/9Li
en het 29ste Linie verlaten Sart-Tilman.
Om 07Hr30 gaf Generaal Leman
het bevel tot terugtrekken van alle troepen naar de linker Maasoever maar dit
bevel kwam slechts om 11Hr30 aan te Sart-Tilman! De strijd is definitief
gestreden maar de strijd om Luik werd een strop voor de Duitsers, behalve de 14de
Duitse Bde die kon doorstoten tot Bois de Breux moesten alle andere eenheden
terugtrekken en geen enkel fort werd veroverd.
De volgende dag besloot het
Duitse opperbevel een leger van 60.000 man op de been te brengen en dit te
versterken met kanonnen van 305 en 420 mm om Luik te kunnen veroveren. Hoe dit
afliep kunt u lezen in De Slag om Luik
delen 1 tot 3.
***
Een
geloofwaardige getuige doorliep op 6 augustus rond 10Hr30 het slagveld en telde
meer dan 500 doden in de dreef Croix-Ferme-Famelette tegenover redoute 5,
liggend zij aan zij per 4 als in marskolonne.
|
|
|
|
OUGREE BEGRAAFPLAATS
geplaatst op 2014-07-04 |
Gemeente
OUGREE
Belgische militaire
begraafplaats
Allee du Beau Vivier.
Ze
vielen op het Veld van Eer op 5 en 6 augustus 1914, in hun strijd tegen de 38ste
en 43ste Duitse Infanteriebrigades. Hun namen staan vermeld op het imposante
monument dat gelegen is in de schaduw van een prachtige bomenrij.
5
AOUT 1914
AUX SOLDATS BELGES MORTS POUR LA PATRIE
|
|
|
|
Hulde aan onze helden op begraafplaats OUGREE
geplaatst op 2014-07-04 |
-
Gemeente
OUGREE
Belgische militaire
begraafplaats
Allee du Beau Vivier.
Ze
vielen op het Veld van Eer op 5 en 6 augustus 1914, in hun strijd tegen de 38ste
en 43ste Duitse Infanteriebrigades. Hun namen staan vermeld op het imposante
monument dat gelegen is in de schaduw van een prachtige bomenrij.
5
AOUT 1914
AUX SOLDATS BELGES MORTS POUR LA PATRIE
Op bronzen platen worden de namen vermeld van de gesneuvelden van het 9 Linieregiment
-
Plaat 1
Plaat 2
Plaat 3
Plaat 4
Plaat 5
-
Plaat 6
|
|
|
|
Plaat 8
geplaatst op 2014-07-04 |
|
|
|
|
Plaat 9
geplaatst op 2014-07-04 |
|
|
|
|
De Slag om en rond LUIK. Deel 1
geplaatst op 2014-07-08 |
De Slag Om en rond
Luik. Deel 1
VRIJ VERTAALD UIT HET FRANS DOOR ROMAIN
Luik (5 - 16 aug 1914)
De Duitse plannen betreffende Luik
De marslinies van het
1ste en 2de Duitse leger (von Kluck en von Bulow)zijn de
wegen die de Maas kruisen tussen Maastricht en Maaseik. Vanaf het ogenblik dat
Duitsland afziet van het betreden van Hollandse bodem, om zich niet nog een
vijand meer op de hals te halen, moet het zijn troepen inzetten tussen Hollands
Limburg en de Ambleve.
De uitweg van deze
smalle zone is beheerst door het bolwerk Luik. Het is dus noodzakelijk, voor
het normaal verloop van het plan Schiesser, de vesting Luik in zo kort
mogelijke tijd te verzwakken.
Het Duits commando
gaat er van uit slechts te doen te hebben met 2 regimenten die daar in
vredestijd gestationeerd zijn en geeft de opdracht aan een Bde van elk van zijn
C.A. in eerste linie
Vanaf de 4de
aug , de duitse-generale staf zet het leger van de Maas in beweging onder bevel
van generaal von Emmich,commandant van de 10de C.A. Dit leger is
samengesteld uit:
Le 25e R.I. de Aix-la-Chapelle.
de 34e Br. van 9e C.A. komend van Schwerin.
de 27e Br. van 7e C.A. komend van Keulen
de 14e Br. van 4e C.A. komend van Halberstadt.
de 11e Br. van 3e C.A. komend van Brandenburg de 38e Br. van 10 C.A. komend van Hannover
de 43e Br. van 11e C.A.komend van Kassel.
In totaal 59.800 manschappen, zwaar bewapend met
Aie En Mi,s.De eenheden zijn weggenomen van het effectief van het 2de
leger (von Bulow) Bij het leger van de maas voegen zich nog het 2de
C.C., 2 batterijen Mortieren, een escadrille vliegtuigen en een zeppelin
Vanaf de derde dag van de mobilisatie moeten deze
strijdkrachten de belgische grens oversteken en trachten een aanval te doen op
Luik vanaf de 5de dag.Bij mislukking zal de zware Aie tussenkomen
vanaf de 11de dag.Als Luikingenomen is zal O.H.L.(???) het bevel
geven aan de rest van het leger via een omcirkelende beweging Belgie te doortrekken. Luik moet ten laatste de 12de dag van de mobilisatie
ingenomen zijn.
De 5 bruggen van Luik alsook de 4 spoorverbindingen
die Belgie met Duitsland en Frankrijk verbinden moeten intact veroverd worden want
de bevoorrading van het Duitse leger gebeurt via de spoorweg.
De vesting LUIK
De Luikse forten werden ontworpen door Brialmont. Hun bouwis mogelijk gemaakt door de
volharding van Koning Leopold II en Beernaert. De vesting van Luik bevat 12
forten ,6 kleine driehoekige en 6 grote 5 hoekige, zij omgeven de stad op een
afstand van 7 tot 9 Km van het centrum, de afstand tussen de forten varieert
van 2 tot 6 km. Elk fort is uitgerust met twee oude kanonnen van 150 die een
projectiel van 40 Kg 8 km ver kunnen sturen, 2 kanonnen van 120, 1 of 2
granaatwerpers van 210 en 2 snelvuurkannonen van 57 voor nabije
beveiliging.Deze kanonnen verspreidden een zware zwarte rook want zij
gebruikten zwart poeder alhoewel het poeder zonder rook reeds was uitgevonden.
Brialmont had
gewelven voorzien die in staat waren te weerstaan aan ontploffingen van 60 kg
brisantpoeder. Het beton is niet gewapend in tegenstelling met dit van de frans
forten. De forten van Verdun bvb konden weerstaan aan obussen van 420.
De belgische forten
werden gebouwd in de tijd dat beton nog in een experimentele fase was en
bevatten slechts een laag.De pantsering waren niet dikker dan 22 mm en kunnen
weerstaan aan obussen de 210 met een gewicht van 91 kg maar de projectielen van
420 wegen 10 keer zwaarder!
Generaal
Leman neemt het bevel.
De laatste dag van
1913 overlijdt plotseling Generaal Graaf tSerclaes de Wommersom, commandant
van de Vesting Luik. De Belgische regering denkt er aan de plaats te geven aan
een energieke man met onbetwiste reputatie.
Leman neemt de post
aan en wenst, in de tussenruimtes tussen de forten, ononderbroken
infanteriestellingen in te richten , een lijn beschermd door een krachtige Aie
maar het ministerie van Oorlog meent dat Leman het TE groot ziet. De Generale
Staf stelt hem toch een budget van 30.000 Fr ter beschikking voor het in orde
brengen der forten Fleron en Chaudfontaine.
De dag van de
oorlogsverklaring van Oostenrijk aan Serbie , 28 Juli,beveelt Leman het in orde
brengen der forten. Hij doet terrrasen aanleggen die drie concentrische lijnen
moeten vormen van loopgraven en schansen waar van de verste, ter hoogte der
forten 48 Km meet.Langs gans de ring der forten werken dag en nacht duizenden
soldaten en 20.000 burgerarbeiders om het schootsveld vrij te maken,bomen en
huizen uit de weg te ruimen, loopgraven en schansen te graven.Op maandag 03 Aug
vraagt Leman de toelating voor de vernieling van de eerste serie een voor Luik.
De Gn laat de de tunnels springen van Hombourg op de spoorweg Verviers-Aken en
de Nasproue, op de spoorweg Luik-Luxemburg alsook deze van Troisponts en
Stavelot.De spoorwegen zijn afgesneden ne vrijwillige treinontsporingen worden
uitgevoerd in de van tunnels van COO Roanne,Remouchamps,Verviers-Oost en Sauveniere
te Spa. Terzelfdertijd worden de bruggen over de Maas te Argenteau en Vise
vernield. In de nacht van 04 Aug wordt het bevel gegegeven alle kunstwerken van
de spoorwegen in de provincie Luxemburg alsook de bruggen van Engis, Ombret, en
Hermalle-sous-Huy te vernietigen. De 04 Aug zijn deze werken niet afgewerkt
De tegenwoordige strijdkrachten
Generaal Leman
beschikt over volgende troepen:
Deel uitmakend van de
3de legerdivisie
Eenheid Commandant
9de
Gemengde Bde Generaal Gillis
11de
gemengde Bde Generaal Bertrand
12de
Gemengde Bde Generaal
Vermeulen
14de
Gemengde Bde Generaal Aldringa
Andere Eenheden: 2
regimenten Lanciers
3de Aie regiment
Een Bn de Gn en een Korps
transport
Vanaf 05 Aug
15de Gemengde Bde
Een groep Aie onder beval van Commandant Massart
9de,11de,12de en 14de
fortregiment
12 fortbatterijen
In totaal ongeveer 33.000 tot 35.000 man voor een perimeter van 50 Km
De door de Duitsers
opgestelde strijdkrachten omvatten 6 Inf Bdes, 3 Divisies Cavalerie, Aie en Gn,
hetzij 59.800 manschappen,166 kanonnen en granaatwerpers en 200 Mi,s
4 Aug : verkenningen en eerste confrontratie
Vanaf 4aug 6 uur
stuurt Leman escadrons ter verkenning naar de rechteroever van de Maas. Het 2
Lanciers overschrijdt de brug en en gaat tot het plateau van Herve.Vanaf 8 uur
stopt het escadron zijn opgang op 3 Km van Herve. Fonck, een verkenner, wordt
vooruitgestuurd en die ziet een groep duitse ruiters.De verkenner doodt een
duitser maar zijn eigen paard wordt
neergeschoten door de duitse infanterie, hij kan nog recht komen maar wordt
omsingeld en neergeschoten. Het is de eerste belgische gesneuvelde van den
grooten oorlog.De andere lanciers volgen de voortgang van de duitsers en
houden het hoofgdkwartier op de hoogte met berichten via reisduiven.Te Vise
signaleert een belgisch waarnemer een kolonne duitsers die de stad naderen.Om
13 uur komen duitse ruiters richting vernielde brug en de belgen openen een
hevig vuur vanaf de rechteroever maar duistse schutters installeren zich langs
de Maas en rond 1430 uur beschiet de duitse Aie de belgische stellingen vanaf
de hoogte van Mouland wat dan weer de repliek van het fort van Pontisse
veroorzaakt.Te Lixhe, tegenover het wad ,beschieten de duitsers de belgische
stellingen en de duitsers beginnen de Maas over te steken. Het bevel tot terug
trekken wordt gegeven om 1645 Hr. De doorgang te Lixhe laat de duitsers toe de
luikse forten te omtrekken langs het noorden. In tegenstelling met de plannen
van Brialmont was geen enkel fort gebouwd om het wad van Lixhe te verdedigen!
O5 Augustus:
4h30 :
De duitse kanonnen
beginnen de forten van Luik te beschieten maar deze lijden weinig schade want
het gaat hem nog over kleine kalibers. Anderzijds lijden de duitse batterijen
grote schade te Argenteau,Dalhem,Micheroux en elders.
5h30 :
Een duitse onderhandelaar
biedt zich aan bij een belgische voor post op de baan van Fleron.Hij wordt
geblinddoekt naar het fort van Fleron gebracht en vandaar naar het
Hoofdkwartier in de Rue Sainte-Foi.Hij stelt een ultimatum en verklaart te
wachten tot 13 Hr. In geval van weigering zal de stad gebombardeerd worden door
zeppelins.Een uitwisseling van telegrammen tussen luik en Brussel geeft volgend
resultaat: Alle diplomatieke betrekkingen onderbroken,zet de operaties voort, de 15de
Gemengde Bde krijgt bevel u te versterken.
Generaal Leman
weigert dus op het ultimatum in te gaan en de onderhandelaar wordt terug
gebracht naar de duitse linies. Hij is pas terug in de linies of het fort van
Fleron bestookt de troepen van de 14de duitse Bde
10h :
De eerste aanval bij
volle dag is gericht op het fort van Barchon. De forten van Pontisse et Evegnee
bombarderen de terreindieptes.Ten koste van grote verliezen komen de duitsers
tot de terreinplooi maar worden er weg gemaaid door het vuur van Mi,s en
belgische infanterie.
11h :
De laatste aanvallers
haken af voor het fort van Barchon. Het duits bombardement wordt steeds heviger
en het fort verliest zijn observatieposten van Blegny en Cerexhe.Terzelfdertijd
bouwen de duitsers een brug in de omgeving van het wad waar hun cavalerie
voorposten doorgebroken waren, deze brug moet de 34ste Bde toelaten
in de nacht de maas over te steken tussen de forten Liers en Pontisse. Een
waarnemer houdt de werken in het oog en doet het zware geschut van de forten
tussen komen om de brug te vernielen.Drie keer zal het fort van Pontisse daarin slagen.
Zo hard ging het er soms aan toe!
12h :
Generaal Bertrand,
Comd van de 11de Bde verneemt dat de tussenruimten van het fort van
Barchon doorbroken zijn en besluit een energieke tegenaanval uit te voeren. De
duitsers zijn opgerukt tot Chefneux. Twee Cies van het 14de worden
daarheen gestuurd terwijl het 31 Li oprukt naar Housse en het dorp Barchon.
13h :
De duitse artillerie
beschiet de oprukkende belgische troepen maar toch nemen de belgen Chefneux in
en komen tot de weg Barchon-Evegnee.
Einde van de
namiddag:
De Belgische
waarnemer bij Lixhe moet terug trekken nagezeten door duitse patrouilles. Het
fort van Pontisse moet vanaf nu dus blind vuren en moet ook replikeren op de
mortieren 210 geinstalleerd op de rechter maasoever. Tot 16 Hr regelt een "taube"(Duits vliegtuig)dat boven Pontisse vliegt het Duits Aie vuur. Bij het
fort van Evegnee, gedurende uren bestookt door Mor 210, zijn de twee linker
stukken geneutraliseerd. Twee Bns van het 32 Li vegen de omgeving van het fort
schoon en installeren zich op de militaire weg op de as Evegnee- Barchon
In de avond:
De 34ste
duitse Bde tracht de door de pioniers gebouwde brug over te steken maar de Aie
bevindt zich nog op de rechter oever als de Belgische infanterie in actie
treedt.
|
|
|
|
De Slag in en om Luik. Deel 2
geplaatst op 2014-07-09 |
05 Aug
21 Hr
Leman telegrafeert aan de
Koning :Deze namiddag serieuze schermutselingen in de tussenruimte
Barchon-Maas. Duitsers terug gedrongen door de 11de Bde. Voor de
nacht verwachten we een aanval tegenover Boncelles.
Albert antwoordt : U zult zeker een nachtaanval ondergaan. Ik vraag u
uw hoofdkwartier zonder uitstel te verplaatsen naar een schuilplaats buiten
elke verrassing.
Bij het vallen van de nacht :
De 6 Brigades van de
maas zijn verzameld op aanvalsafstand, te Hermee(34ste), Agenteau (27ste),
Micheroux (14e), Saint-Hadelin (11e), Zuid van Boncelles (38ste) en Plainevaux
(43ste).
Boven vermeldde
Brigades ontketenen een geconcentreerde aanval en naderen tot 5 Km van de
Citadel van Luik. Ze willen de wegen tussen de forten Liers en Pontisse
gebruiken maar plots begint fort Pontisse Hermee te besproeien met projectielen
en even later doet Liers hetzelfde. De 34ste Bde stormt naar voor tot Pontisse
maar wordt daar terug gedrongen door Belgische infantereisten.
34e Duitse
Brigade
Heeft als opdracht de linker maasoever te volgen op het
plateau dat de stroom domineert van Heure-le-Romain tot de Citadel van Luik.
01 Hr : belgen hebben een hinderlaag gelegd in en om het
kerkhof van Rhees. Duitse grenadiers vallen dit aan en het komt tot een lijf
aan lijf gevecht.
02 Hr : duitse grenadiers zijn meester van de vlakte en
hergroeperen aan het kerkhof van Rhees. De duitsers marcheren naar Herstal maar
de 34 ste Bde in gevecht tussen de forten Liers en Pontesse blijft aan de grond
genageld. Het duitse 90 ste grenadiers verovert het dorp Pontisse alsook de
weg Vivegnies-Herstal maar aan de ingang van dit laatste waken 400
belgische infanteristen. Zij vormen de tweede verdedigings linie en hebben de
grote baan Vivegnies-Herstal, de weg naar Rhees en de brug van Wandre
gebarricadeerd. Elke barricade is voorzien van hopen stro gedrenkt in pek. Van
als de duitsers zich laten zien wordt het stro in brand gestoken en het vuur
geopend. De duitsers worden terug gedreven en hun verliezen zijn aanzienlijk.
Een Duits vaandel (het eerste in deze oorlog)werd buitgemaakt aan de brug
van Wandre.
03.30 Hr Een kleine groep duitsers is doorgedrongen
tot Luik en begeeft zich naar het belgisch H.K. (rue Sainte-Foi) maar Generaal
Leman kan ontsnappen en begeeft zich naar fort Loncin.
09.00 Hr De Comd van de 34steDuitse Bde geeft order tot de
terugtocht. De forten van Pontisse en Liers schieten op de duitse concentraties
die zich in de tussenruimtes bevinden.De 34ste Bde slaagt er toch in tot in
Hermee te geraken. Zij telt 900 gevangenen en 1500 doden of gewonden. De
troepen gaan terug de maas over te Lixhe en trekken terug tot Mouland. Het werd
een duitse nederlaag in deze sector.
27e Duitse
Brigade
De brigade moet de rechteroever van de Maas opgaan op de
stijgende weg naar Argenteau alvorens af te dalen naar Jupille en zo uitkomen
in de tussenruimte tussen de forten Pontisse en Barchon. De belgen
(9 Linie )hebben een weerstandsnest gebouwd te Rabosee aan het kruispunt Quatre
Bras. De bezetting bestaat uit 450 man met elk 400 kogels.
0h : De 27e duitse Bde valt aan. Er zijn slechts 450
belgen om 5000 duitsers tegen te houden. De duitsers bieden zich aan in
marskolonne in rijen van 4. Als de duitsers aan het verdedigingspunt der belgen
komen openen de belgen het vuur. Tientallen aanvallers komen om en de duitse
soldaten verschuilen zich in de hagen en de weiden .Daar veel belgen te hoog
geschoten hadden kwamen hun kogels terecht bij het 25ste infanterie dat zich in
tweede positie bevindt Deze replikeren en schieten in de rug van hun kameraden
van het 53ste. Deze, gepakt tussen twee vuren, draaien zich om en schieten op
hun beurt op het 25ste regiment. De twee regimenten moorden mekaar uit.
Gedurende twee uren lanceren de duitsers opeenvolgende aanvalsgolven. .
2h10 : De duitse kapitein Langemak van het 25ste slaagt
er in een huis binnen te dringen waar hij een Mi opstelt die een moordend vuur
op de Belgische stelling legt.
4h30 : De belgen ontvangen een nieuwe dotatie munitie
waarmee ze de duitse schutters die hun loopgraven domineren kunnen
uitschakelen.
5 Hr : de
duitsers bezetten de Belgische loopgraven en stellen mitrailleuses op die de
belgen van op de zijkant bestoken. De terugtocht wordt bevolen
6h30 : de 27e D Bde bestormt de Belgische stellingen, 133
doden bij de belgen een 1000tal doden en gewonden bij de duitsers die daardoor
hun overwinning niet kunnen uitbuiten.
7h : Het uur van
terugtocht van de 27ste Duitse Bde is geslagen en zij trekt terug en
hergroepeert zich te Argenteau en Dalhem.Het is de volledige mislukking in deze
sector. .
9h : In deze sector heeft het Belgisch leger 428
manschappen verloren en de duitsers zeker evenveel maar de belgen blijven meester
van het terrein.Ook in deze sector kunnen de duitsers niet doordringen.
14e
Duitse Brigade
De 14de duitse Bde valt aan in de
sector tussen Evegnee en Fleron vanaf Soumagne via
Micheroux-Retinne-Queu du Bois-Jupille.Deze tussenruimte wordt verdedigd
door de 14de Belgische Bde. De Comd van de duitse 14de Bde sneuvelt, Ludendorff,
Kwartiermeester van het IIde duitse leger is per toeval ter plaatse. Hij neemt
het bevel over de Bde en bereikt Jupille in de voormiddag. De kop van de 14de
Bde verlaat Micheroux. Zij veroorzaakt de terugtocht van kleine Belgische
opstellingen en komt aan te Sur-Fosse niet ver van Liery. Op 700m daar van, te
Liery wachten de belgen de duitsers op met twee stukken van 75. De Belgische
commandant stuurt drie verwittigingen en opent het vuur als de duitsers heel
dicht bij de kanonnen zijn. Zij worden weggemaaid door het kanonvuur. De
generaal von Wussow is buiten gevecht gesteld en bij het binnenkomen van
Retinne denken de duitsers dat ze aangevallen worden door de burgerbevolking en
beginnen ze op elkaar te schieten tot 4 uur in de morgen. Ludendorff vervangt
von Wussow, neemt het bevel over de kolonne en marcheert
naar Queu-du_Bois, ondersteund door
drie grote projectoren en 4 granaatwerpers 105. Queue-de-Bois is verdedigd door
10 Cies .
2h30 :
De eerste schoten worden gewisseld maar de
duitse golf breekt en tracht binnen te sluipen via de boomgaarden die de straat
afboorden.
3h30 :
De duitsers stellen een en later meerdere
granaatwerpers 105 op. Ludendorff roept onophoudelijk : mijn jagers,
vooruit!Een straatgevecht heeft plaats in Queue-de-Bois. De verdedigers,uit schrik
omsingeld te worden, trekken terug naar Bellaire.Alleen enkele groepen van het
9de en 12de Linie houden stand.
5h :
Een granaatwerper 105 begint Luik te
beschieten en stopt die slechts om 10 Hr. De obussen vallen in het kwartier
Outre-Meuse
5h40 :
Alle Belgische weerstand is
uitgeroeid in Queue-du-Bois en de duitsers stormen naar Luik.
7h20 :
De belgen zijn terug geworpen naar
Jupille waar een Cie van 32 Li in de sector komt. Ze proberen een tegenaanval
naar Bellaire.
8h :
Opgejaagd door hevig vuur en het vuur van
granaatwerpers verlaten de belgen definitief Bellaire en vervoegen Jupille. De
14de duitse Bde is de enige die de verdedigingslijn van de forten van Luik kon
doorbreken.
11e
Duitse Brigade
Het objectief van deze Bde(Generaal
von Wachter) is de tussenruimte tussen de forten Chaudfontaine en Fleron .Het
relief is oneffen want het plateau van Herve is doorsneden door de Vesder, de
weg Luik-Verviers en de spoorweg Luik-Aken.De belgische verdedigers trekken
terug naar Beyne-Heusay maar het terrein ligt dusdanig onder het vuur van de
forten dat de 11de Bde het verworven terrein verlaat en terugtrekt naar Magnee.
2h :
Een handvol belgische infanteristenverzet zich
tegen de inname van Magnee.De eerste duitse golven passeren het dorp en stoten
op de belgische posities. De loopgraven beslaan een grote boomgaard. De 2 Cie
van het 14 Li besproeit de kop van de 11de Bde met kogels. Het zuiden van het
dorp Romsee blijft goed verdedigd maar is belaagd door duitse infiltraties ten
noord-oosten van het fort Fleron.
4h :
De belgische Comd van de sector
ontvangt een bericht van de Rue Sainte-Foi zich terug te trekken. Dit
order is niet gegeven door generaal Leman. De Comd vraagt bevestiging
maar slaagt er niet in het hoofdkwartier te bereiken. De belgen trekken zich
ordelijk terug naar Beyne-Heusay en de duitse granaatwerpers vernietigen het
dorp Romsee. De duitsers naderen het fort Fleron maar de nabije verdediging
neemt ze onder vuur
9h :
Generaal von Wachter blaast de
terugtocht. De duitsers trekken terug tot Magnee maar vallen onder vuur van de
kanonnen van het fort Fleron. Verschillende burgers worden neergeschoten bij
het doortrekken van de dorpen. De tussenruimte Embourg-Chaudfontaine zal niet
aangevallen worden. Ook in deze sector een nederlaag voor de duitsers.
38e
en 41e Duitse Brigade
Zij staan onder bevel van generaal
von Hulsen. Het objectief is Luik binnen te dringen langs de twee maasoevers
passerend langs het fort van Boncelles naar de spoorwegbrug ten westen van
Angleur en de hoogten ten westen van het station Guillemins. Te Boncelles en in
het bos van Sart-Tilman zijn er schermutselingen. Het 73ste,74ste,83ste en
84ste regiment vorderen in deze orde .De voorwacht stoot op drie belgische schansen.
Het belgisch geschut waaronder dit van het fort Embourg bereiken de
regimenten die de voorwacht volgen. De duitse infanteristen van het 73ste en
74ste regiment schieten op hun eigen voorwacht wat paniek veroorzaakt. Generaal
von Hulsen is gekwetst waarschijnlijk door een van zijn mannen. De
Mecklenburgse Bde bezet de hoogtes van Herstal maar kan niet verder.
Op 6 Aug om 8h15 geeft de Comd het bevel tot terugtocht naar Vise.Ook in
deze sector een nederlaag voor de duitsers.
01h15:
Duitse Compagnies infanteristen omtrekken
schans 4 en nemen een deel der mannen gevangen terwijl schans 6 in de rug wordt
aangevallen. De 15de Gemengde Bde die van Hoei komt krijgt van generaal Leman
de opdracht sector Sart-Tilman en de tussenruimte tussen Boncelles en Maas te
houden. De Schansen 1,2,en 3 in de open plek van Sart-Tilman worden heroverd
met de steun van Aie. Fort Boncelles krijgt een erge beschieting te verduren,
gericht op de keel van het fort maar drie keer worden de duitse aanvalsgolven
afgeslagen. Zonder hun officieren wapperen een honderdtal duitsers met de witte
vlag, zij worden het fort binnengehaald. Het 2de en 3de Belgische jagers vallen
een groep duitsers aan die nog het bos Chatqueue,ten noorden van fort
Boncelles, bezetten. De duitsers moeten terug en prins Frederic de Lippe
sneuvelt.
5h :
De belgen slagen er in de westkant van de open
plek Sart-Tilman te heroveren en bewegen zich naar schans 5 maar zij worden in
de flank beschoten door duitse Mi,s
6h15 :
Twee Bns van het 29 Li(ontdubbeling
9 Li) komen de situatie in de open plek Sart-Tilman stabilisren. van Luik
: De Citadel van Luik wordt gebombardeerd, zij is slechts bezet door een
paar reservisten.De Comd, een kolonel van de burgerwacht, laat de witte vlag
hijsen na twee uur bombardement. Ludendorff en von Emmich worden er van
ingelicht en laten het bombardement stoppen. Von Emmich beslist een van zijn
vertegenwoordigers naar generaal Leman te sturen. De duitse onderhandelaars
worden vergezeld van de burgerlijke overheden van de stad Luik tot aan het fort
Loncin.
0730 Hr :
Belgisch en Duits Hoofdkwartier Ondanks het
mislukken van de duitse aanval is generaal Leman overtuigd dat de stad Luik
verloren is. Hij geeft bevel aan de 3de Div het leger te vervoegen dat zich langs
de Gete bevindt. De forten worden aan zichzelf over gelaten voor hun
verdediging en zullen dienen als stop-forten. De troepen op de rechteroever
moeten de Maas oversteken en zich hervormen op de lijn gaande van fort Lantin
tot fort Hollogne,blik op Luik. Mijn HK is in fort Loncin.
13h :
Een eerste kolonne van de 3de Div
zet zich in beweging rond 13 uur en komt bij valavond aan in Waremme;
16h :
Leman zendt volgend bericht naar Q.G.Q. De 3e
legerdivisie heeft met waar succes weerstaan aan de zware aanvallen der
talrijke strijdkrachten. De 3de divisie is volledig opgebruikt, laat ons
maatregelen nemen om ons zo snel mogelijk naar Waremme te begeven met de rest
van de 3de L.D .Haar troepen verzamelen zich tussen Loncin en Hollogne.
17h :
De duitse onderhandelaar wordt in contact
gebracht met generaal Leman nadat de witte vlag werd gehesen op de Citadel van
Luik maar hem wordt gezegd dat de overgave van de Cotadel geen enkele betekenis
heeft. Leman verklaart hem :men heeft de witte vlag gehesen zonder mijn bevel.
Ik blijf me verdedigen.
18h :
De duitse onderhandelaar vervoegt
von Emmich. Ludendorff beveelt onmiddellijk de herneming van het bombardement
met de batterijen vanop de dominerende heuvels op de rechteroever van de Maas,
de gazometer ontploft!
22h :
Ludendorff beveelt zijn jagers de
toegang tot de Maasbruggen in Luik te bezetten. De Cie komt aan de bruggen
zonder iemand te ontmoeten. De 14de Brigade bevolen door Ludendorff bevindt
zich alleen binnen de gordel der forten geisoleerd van de rest van het leger.
Zij is niet in gevaar gezien de 3de belgische Div weg is en ze buiten de
vuurdracht der forten is.
24h :
De volledige Be 3de Div heeft Luik
verlaten en de forten zijn volledig geisoleerd 7 aug: De
duitsers komen aan de brug Amercoeur en denken dat ze ondermijnd is. Ze
gebruiken gevangenen als schild. Ludendorff komt aan de poort van de Citadel en
doet de bezetters buiten komen.De 14de Div bezet de Citadel en weinig later
komt ook Emmig Luik binnen.5000 man neemt bezit van Luik. Leman besluit de
forten te verdedigen tot het einde. De franse regering verleent het Cordon van
het groot kruis van het erelegioen aan de stad Luik. Ludendorff
neemt het risico de 14de Div Luik binnen te brengen en te verzamelen bij de
Chartreuse. De forten blijven weerstand bieden en sluiten door hun vuur wegen
en spoorwegen af.Generaal Emmich dreigt Luik te vernietigen als de forten zich
niet overgeven. Na omvraag bij de belgische regering wordt zijn bedreiging niet
aanvaard. Daar geen enkel fort zich wil overgeven moet Ludendorff Luik verlaten
om de situatie voor te leggen aan de Comd van het IIe leger, von Bulow.Moltke
stelt een bezettingsleger samen, samengesteld uit 3 C.A.Generaal von Einem
wordt de bevelhebber er van, dus over ongeveer 120.000 man. Daar de duitsers in
de stad zijn zouden ze er kanonnen met groot kaliber kunnen opstellen en de
forten in de rug, hun zwakke kant, aanvallen.
Fort van Pontisse
Een Duitse kapitein komt de overgave
van het fort vragen maar wordt weg gestuurd. De Comd van het fort laat de
ijzeren ladders vernietigen die moeten dienen om de grachten te beklimmen en
geeft bevel iedereen te doden die zijn post verlaat.
Fort van Loncin
Het fort beschiet een kolonne
duitsers die de spooroverweg Ans-Liers oversteekt. Rond de middag vraagt de
burgemeester van Luik om generaal te spreken om hem te verklaren dat de
duitsers Luik zullen vernietigen als de forten zich niet overgeven. De Comd van
het fort ,NAESSENS, verklaart dat het fort van Loncin zich nooit zal
overgeven(hij heeft dit trouwens door het garnizoen laten zweren).Rond 18 hr
beginnen de eerste projectielen op het fort te vallen, het zijn slechts
proefschoten.De belgische uitkijkers bevinden zich in de kerktoren van Loncin
en deze nemen duitsers waar op een terril. Het fort richt er zijn vuur op en de
duitsers worden verdreven.
8 augustus
val van het fort van Barchon Ludendorff zet
een plan op punt dat de beslissing om Luik moet brengen en krijgt de
toestemming van von Bulow.De tweede aanvalsgolf brengt 120.000 man in lijn
bestaande uit de 7de,9de en 10de C.A. van het Iide duitse leger.
Fort Barchon
De duitsers concentreren het geschut
van hun mortieren 210 op het fort van Barchon waarvan de meeste koepels snel
uitgeschakeld zijn
15h : Dichte gaswolken
verbreiden zich meer en meer in het fort. De Comd laat de verdedigingsraad van
het fort samen komen. 4 van de 5 leden stemmen voor de overgave
16h : De witte vlag wordt
gehesen en het bombardement stopt.De eerste bres is geslagen in de
fortengordel.Luik is bezet door 3 Bdes en de brug van Vise is vernield.
Fort
Evegnee :
Ten gevolge van het bombardement is
een kleine koepel uitgeschakeld en die grote kanonnen zijn buiten dienst. Rond
de middag ziet de waarnemer van het fort een grote kolonne duitsers aankomen.
Enkele minuten later openen de kanonnen van het fort het vuur en de duitsers
moeten terug trekken. De waarnemer ziet ook een kolonne munitie op enkele
meters van het fort en deze wordt omgeworpen door gericht vuur.
Fort van Pontisse
Het bericht van de val van het fort
van Barchon is een klap voor het moreel van de verdedigers. Het fort moest, in
samenwerking met Barchon, de verbinding verijdelen tussen het leger van von
Emmich en de versterkingen komende uit Duitsland.
8 Augustus
De 3de Be Div onder bevel van
Generaal Bertrand vervoegt de andere eenheden achter De Gete. In een dagorder
brengt Koning Albert hulde aan deze Divisie
9 Augustus
De forten worden bestookt door de duitse Aie
maar het kaliber van de obussen (max 210)is onvoldoende om ze snel te
vernietigen. Von Bulow vraagt het toezenden van een batterij 420
Fort van Evegnee Een duitse onderhandelaar biedt even na 9 uur aan aan de
ingang van het fort.Hij vraagt,in naam van von Emmich, de capitulatie van het
fort. De Comd verklaart dat hij verder wil vechten. Het fort blijft zijn sector
vegen. Weinig na 17 uur moeten de waarnemers van het fort de kerktoren van
Tignee verlaten. Een duitse batterij begint met proefschieten
Fort van Pontisse
In de voormiddag beschieten duitse batterijen,
opgesteld te Saint-Remy,het fort en duitse troepen in de omgeving van het fort
openen een Mi vuur om de waarnemers te beletten hun werk te doen. Andere
batterijen vuren van uit Wandre en Cheratte.
Fort van Loncin
De kanonnen van het fort beginnen
vanaf 9 uur in de morgen te schieten op een duitse kolonne waargenomen op
de hoogte van Ans. In de loop van de avond wordt een duits vliegtuig vernield.
10 Augustus
Von Bulow herhaalt de werkelijke
situatie aan O.H.L.(?) Alle forten, behalve Barchon, zijn nog in handen van de
Belgen. Zolang de forten niet gevallen zijn is de doorgang van Luik
onuitvoerbaar. Generaal van de cavalerie, von Einem(10e C.A.)krijgt de opdracht
het belegeringskorps(corps de siege) te bevelen. Behalve 120.000 man beschikt
hij over 42.000 paarden en 500 Aie stukken.Een trein met 400 assen, drager van
de Mor 420 vertrekt uit Essen en komt aan in het station van Herbestahl te 23
Hr maar kan niet verder daar de tunnel verstopt is door verscheidene
locomotieven. De pioniers hebben de ganse nacht nodig om het spoor vrij te
maken.
Fort van Pontisse
De officieren zijn geschrokken door
de omvang van de schade:een gracht is volledig gevuld met puin en twee kanonnen
van 150 zijn erg beschadigd en de torens zijn uit de as. Gans de dag ondergaat
het fort de beschieting door 10 kanonnen. In de voormiddag signaleert een groep
verkenners een verzameling van duitsers te Dalhem bij Vise. Het fort kan de
kolonne verspreiden en een batterij 210 vernietigen.
Fort van Fleron
Het fort beschiet dit van Barchon,
nu in handen van de duitsers en slaagt er in een duitse batterij te vernietigen
die het fort van Evegnee onder vuur nam. Daar de Comd van het fort werd
verwittigd van de aankomst van het belegeringskorps(corps de siege)beschiet hij
Julemont,Romsee,Micheroux en Retinne ,overal waar duitse troepen gemeld werden.
Fort de Loncin
Het fort krijgt verschillende
projectielen over zich maar beantwoordt het vuur en doet de duitse stukken
zwijgen.
11 Augustus
Het laden en het vervoer te land met
stoomtractoren begint.Er zijn 6 uur nodig om de 10 metalen aanhangers van
17 ton en de twee weglocomotieven op de grond te krijgen.De twee konvooien Mor
420 vertrekken in de namiddag en stoppen te Henri-Chapelle. Intussen komen de
120.000 mannen,bevolen om Luik te vernietigen, het land binnen. Het legerkorps
vormt een kolonne van 49 km diepte.
Fort van Evegnee
Val van het fort. Vanaf de morgen
wordt het Aie vuur kaliber 210 intenser.Het fort wordt van 6 tot 8 uur
gebombardeerd zonder te kunnen replikeren want verschillende koepels zijn
buiten dienst. Twee waarnemers bestijgen de kerktoren van Tignee en zien
een duitse batterij achter het kasteel van Cerexhe-Heuseux. De twee nog
intact zijnde stukken van het fort richten hun vuur op deze batterij die zich
moet verplaatsen. sMiddags heeft het fort nog slechts een stuk voor vuur op
grote afstand : een granaatwerper van 210.Om 19 uur moeten de waarnemers de
toren van Tignee verlaten en dan valt ook de granaatwerper uit,er blijft nog
slechts een kanon van 150 bruikbaar. Het wordt om langs om meer verstikkend in
het fort,verschillende worden bewusteloos. In deze hopeloze toestand
consulteert de Comd zijn officieren. Op dit ogenblik brengt een duitse
onderhandelaar de vraag tot overgave. De officieren besluiten tot overgave om
zo het garnizoen van 380 mannen te sparen. Om 16 uur wordt de witte vlag
gehesen en de duitsers bewijzen de militaire eer aan het garnizoen. De duitse
Comd vraagt de Belgische Comd zijn sabel te behouden.
Fort van Chaudfontaine
De duitsers bombarderen de abdij van
Chevremont die een waarnemingspost is van het fort terwijl het fort op zijn
beurt gedurende een uur gebombardeerd wordt vanuit het dorpscentrum van Chenee,
gelegen op ongeveer 3 km van het fort.
Fort van Embourg
Een durend vuur van Aie 210 valt op
Embourg gedurende 10 uren
Fort van Fleron
Een Huzaar biedt zich aan vlag in de hand en vergezeld van twee luikse
notabelen vraagt hij de Comd te spreken. De Huzaar leest een lange nota waar in
staat dat 30 batterijen van groot kaliber gericht zijn op Fleron en dat zij
zullen vuren tot het fort vernietigd is. De Comd weigert te capituleren; de
officier groet en vertrekt naar Herve. In de avond zijn dit de posities der
duitse insluitingstroepen 17e D.I. naar Mouland 18e D.I. + 28e Bde Saive-Fort
van Evegnee en west van Soumagne 13e D.I. van AYENEUX naar Prayon 14e D.I. +
43e Bde van Prayon naar Beaufays en Monchamps De Korps Aie op de samenvloeing
van de Ambleve 38e Bde te Esneux Gros van de 10e C.A. te Louveignee 14 Bde van
Vottem naar Ans 11 Bde van Ans naar Tilleur 27e Bde te luik waar twee
bootbruggen gebouwd zijn 9e D.C. tussen de Ourhe en Maas.
.
12 Aug :
begin van het bombardement zware Aie De belegeringslijn rukt verder op en de
granaatwerpers zijn in de namiddag via de weg naar het dorp Mortier gebracht,
op 5Km van het fort van Barchon. Rond 18 uur begint het bombardement van fort
Pontisse. De forten rond Luik zijn uit ongewapend beton en kunnen niet
weestaan aan bommen 420( zo een bom is zo lang als een volwassen man en weegt
meer dan 900 Kg) - De 9de C.A. geholpen door de 28e Bde moet de
forten van Pontisse,Liers en Fleron veroveren. - De 7de C.A. en
de 43 Bde nemen Chaudfontainen en Embourg voor hun rekening - DE
10e C.A. bewaakt de linker flank van de duitse aanval Vanaf smorgens
ondergaat fort Embourg een vernietigingsvuur van meerdere inslagen per minuut
en in de avond is de hele Aie van het fort vernietigd. De zware Aie van de
belegeringstroepen De Oostenrijkse 305 Dit kanon is gefabriceerd door Skoda
en op punt gesteld in 1910.Het is demonteerbaar in 3 stukken: stuk
zelf-affuit-platvorm en kan zich 25 tot 45 km verplaatsen per dag.Het
wordt in minder dan 45 minuten schietklaar gemaakt en het demonteren gaat nog
sneller.het heeft een schootshoek van 60 graden en lanceert obustorpilles met
vertragings systeem tot meer dan 11 Km. Bij de aanvang van de oorlog had
Duitsland er 4, geleend door Oostenrijk. De Duitse 420 genaamd Dikke Bertha
Dit kanon vuurt projectielen van 1m lang met een gewicht van 931 kg,waarvan
106 Kg springstof , tot 14,5 Km ver. Vallend van en hoogte van 4000 m zijn
deze uitgerust met een vertragingsontsteking van 1 sec wat toelaat diep in
het beton door te dringen alvorens te ontploffen. De bom heeft 1 minuut nodig
om het oblectief te bereiken.het stuk, op zijn affuit, is 7,20m lang en weegt
98 ton. 5 lange metalen aanhangers met stalen wielen en elk 17 ton wegende
worden getrokken door weglocomotieven. In 1914 bezit Duitsland er 2 op
spoorwagens (type 2) en 2 voor beweging langs de weg.
Fort van Chaudfontaine
Grote
granaatwerpers geinstalleerd te Fraipont en Trooz sturen verschillende
projectielen op het beton. Een kleine koepel wordt buiten gevecht gesteld. De
schouw van de machinekamer is verstopt door puin.
Fort van Pontisse
Het bombardement herneemt met grote intensiteit
vanaf 8 uur en de atmosfeer in het fort wordt ongezond.Rond 17u30 sturen de
duitsers een tiental obussen 420 van uit het dorp Mortier.
Fort van
Fleron
Het fort
ondanks de beschieting, houdt nog stand,en beantwoordt het vuur.Weinig voor
de middag raakt een duitse obus een koepel van 120.Een stuk is onbruikbaar
maar de koepel draait nog. Een storm van staal valt over het fort gedurende
de ganse nacht. De duitsers slagen er in het fort te naderen tot op 400m en 4
mijnenwerpers werpen projectielen van 100 kg op de structuren van het fort.
13 aug :
val van de
forten van Chaudfontaine, Pontisse et Embourg De forten van Pontisse,Embourg
en Chaudfontaine ondergaan zware beschadigingen.Mortieren van 420, opgesteld
op 4km ten oosten van het gevallen fort van Barchon,beschieten het fort van
Pontisse.Om 9 uur valt een obus van ongekende kracht(een 420)de artilleurs
snakken naar adem en zijn aan verstikking toe en kunnen niet meer replikeren.
Om 11h30 capituleert het fort na een regen vn 43 obussen 420.De duitsers
bewijzen de oorlogseer aan het garnizoen en de officieren mogen hun sabel
behouden.
Fort van
Chaudfontaine
Rond 4 uur
in de morgen begint een intens bombardement dat 4 uur zou duren. Het gas
dringt in de lokalen en bedreigt het garnizoen met verstikking.Om 10h30
veroorzaakt een obus 280 vuur aan de poederreserves en de munitie. De
brand verandert het centrum van het fort in een inferno,ontploffingen volgen
elkaar op en 13.000 obussen ontploffen. Daar het fort het vuur niet meer
beantwoordt sturen de duitsers een patrouille die de ramp ontdekt.De duitse
regimenten opgesteld rond het fort organiseren de redding der gekwetsten.Op
de 300 manschappen van het fort zijn er 60 doden en meer dan 100 gekwetsten.
Fort van
Embourg
Het
aanhoudend vuur van de duitse batterijen vernield de koepels. O9Hr Duitse
onderhandelaars vragen om gehoord te worden door de Comd. Deze weigert het
fort over te geven.Na de val van Chaudfontaine zijn alle duitse kanonnen in
de sector gericht op Embourg. In de helft van de namiddag Twee kleine koepels
zijn ontwricht en hun kanonnen vernield en vervolgens moeten de grote koepels
verlaten worden. De duitsers stellen vast dat de Aie van het fort buiten
dienst is en beslissen het fort in te nemen door bestorming.
19h15 :
De 57e
duitse infanterie zet zich in gang maar op het ogenblik van de bestorming
wordt de witte vlag gehesen, de centrale galerij van het fort staat op
instorten.
Fort van
Fleron
11hr
De zware
Aie onderbreekt haar vuur en veldkanonnen mikken op de koepels.Het
bombardement der zware stukken herneemt rond 13 uur.Duitse waarnemers zijn
opgesteld op de terrils.Om 17 uur zwijgen de kanonnen van het fort en in de
galerijen wordt de lucht onadembaar, een obus heeft de centrale galerij doorboord,
alleen de twee kleine koepels zijn nog operationeel Rond middernacht :
Verontrustende geluiden worden waargenomen: kappen van pikhouwelen, geklik
van machienen.De Comd van het fort beveelt een ploeg naar buiten om een
bestorming van het fort te verhinderen.De duitsers, bezig proberen
binnen te raken,vluchten maar de duitse Aie komt tussen en jaagt de belgen
weer naar binnen.
Fort van
Lantin
Het fort
is onderworpen aan een intens vuur.In twee dagen zijn de koepels vernield en
een vuile rook doet de manschappen hoesten.
14
aug :
val van
het fort van Liers en Fleron Fort van Fleron Bij dageraad herneemt het
bombardement en dan wordt het fort geraakt door een obus 380,afgevuurd van
het plateau Belle-Flamme. De Comd roept de bijzonderste gegradeerden bijeen
en allen menen dat het geen zin heeft te blijven weerstaan.Om 10h15,na de
laatste vernielingen, blaast de klaroen de overgave.
Fort de
Liers
De duitse
Comd beslist het lot van het fort Liers te bezegelen en de twee mortieren 420
verlaten het dorp Mortier om het fort aan te vallen.De andere batterijen zijn
opgesteld bij Wilmort, in de diepte van Rhees en op de hoogtes van
Cheratte.De 400 mannen van het fort riskeren te verstikken door het gas en
het fort heeft geen electriciteit en geen water meer.De verdedigingsraad
besluit tot overgave.Gezien de mooie weerstand van het fort worden de
Belgische officieren uitgenodigd om hun sabel te behouden.
Fort van
Boncelles
Het fort
was geisoleerd van de gevechten tot 14 augustus.Een hevig bombardement valt
er op neer tijdens de loop van de dag. Zeer snel wordt de verluchting
bemoeilijkt.
Fort van
Loncin
De dorpen
Loncin en Alleur zijn ingenomen door de duitsers en de ring rond het fort
sluit zich. Rond de middag Een duitse onderhandelaar nadert maar wordt na
drie verwittigingen ge kwetst. In de namiddag: De laatste waarnemers van het
fort verwittigen Generaal Leman dat het fort omsingeld is.Gezien het gebrek
aan waarnemers zal het fort blind moeten vuren. Rond 16 uur Een systematisch
bombardement van het fort begint en de artilleurs en infanteristen
moeten zich opstellen in de centrale gang. Rond middernacht: Een soldaat
tracht buiten te gaan om de duitsers te observeren maar moet onmiddellijk
terug want de duitsers zijn zeer nabij.
15 aug :
val van de
forten van Boncelle, Lantin en Loncin De mortieren 420 worden overgebracht
naar het maneuverveld van Bressoux.De tweede batterij 420 komt aan in het
station van Luik vanwaar ze naar het park dAvroy gebracht wordt om van
daaruit te vuren op de forten van hollogne en Flemalle. Fort van Boncelles In
de morgen wordt een Oofr gedood en zijn er een vijftiental gekwetste soldaten
door een instorting. De koepels zijn ontwricht en de stroom is afgesloten
terwijl de lucht in de galerijen niet te ademen is.Het fort kan niet meer
riposteren en de officieren besluiten tot overgaven om 7h30 in de morgen.
Fort van
Lantin
Na alles
vernietigd te hebben wat mogelijk was capituleert het fort om 12h30.
Fort de
Loncin
Vers 1h du
matin : Als gevolg van een panne is het fort in de duisternis gehuld en
de grachten liggen vol puin.De munitie raakt uitgeput en rond 10 uur kan het
fort niet meer terug slaan
15
hr :
Het
bombardement van het fort door mortieren 420 begint vanaf het plein van
Bressoux(op 9 Km van het fort)Elke minuut valt een obus van dit kaliber op
het fort.De rook dringt in de galerijen en dreigt het garnizoen te
verstikken.Gezien lantin gevallen is concentreert al het vuur zich op Loncin.
17h20 :
Een obus
dringt door het schild van het fort en zet het vuur aan het poedermagazijn
gevuld met 12 ton poeder.De nochtans 40 ton wegende koepels van de 210 worden
omver geworpen en de plafonds storten in.De centrale galerij spijt in twee en
valt op de soldaten die de bestorming verwachten, er zijn slechts een 100 tal
overlevenden.Comd Naessens is buiten kennis en generaal Leman zwaar gekwetst.
De duitsers evacueren de gekwetsten naar het hospitaal van Luik.
16 aug :
overgave
van de forten van Hollogne en Flemalle Kort na de ontploffing van het fort
van Loncin komen onderhandelaars aan de forten van Hollogne en Flemalle omte
melden dat 10 van de 12 forten ingenomen zijn. De twee forten willen het
gevecht verder zetten maar moeten zich overgeven respectievelijk om 8h30 en
9h30. De versterkte positie Luik bestaat niet meer. Het duitse leger kan
ongemoeid de Maas oversteken en beginnen aan zijn opmars door Belgie. De
weerstand der forten van Luik en vooral deze van Loncin zal een
internationale weerklank hebben en zwaar wegen op de rest van de
veldtocht.Men denkt dat de achterstand van de duitse opmars vier tot
vijf dagen meer bedraagt dan wat het O.H.L. verwacht had.Deze termijn was
profijtig voor de geallieerde legers om hun concentraties te vervolledigen.
Generaal Poincarre zei daarover: De vertraging die de duitsers opliepen door
de weerstand van Luik heeft ons toegelaten onze concentratie volledig te
voltooien, Algerijnse troepen naar het noorden te laten komen en zelfs op het
punt te staan een deel der Marokkaanse troepen te zien
aankomen.Terzelfdertijd heeft dit de Engelsen toegelaten zich volledig te
concentreren.
|
|
|
|
|
|
|
De Slag om en rond Luik. Deel 3
geplaatst op 2014-07-09 |
Slag om Luik
Gesneuvelde
en vermiste kameraden
Let
wel op : Deze lijst is toont niet alle gegevens. Opzoekingswerk naar de vermiste
vrienden is zeer moeilijk omdat vele gegevens ontbreken en anderzijds de
verschillende bronnen elkaar tegenspreken.Juist daarom hebben we ook de lijsten van de gesneuvelden van de slag om Rabosee alsook de afbeeldingen van de bronzen platen laten staan omdat ze soms toelaten alle gegevens over een persoon terug te vinden.
Deze
lijst is bezorgd door :
Willem Segers
Projectmedewerker
Familienaam
|
Voornaam
|
Geboorte
datum
|
overleden
Vermist
Data
|
overleden
Vermist
Plaats
|
begraafplaats
|
Plaats
Van Her begraving
|
Eenheid
|
Stam
nummer
|
AELBRECHT
|
Charles
|
1891/08/03
|
1914/08/06
|
Ougrée
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk
graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/59878
|
AELBRECHT
|
Isidoor
|
1885/03/17
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (fort van Barchon ?)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 9
|
9 Li
|
109/53121
|
AERTS
|
Charles
|
1892/09/07
|
1914/08/06
|
Boncelles (Bois Saint Jean?)
|
Boncelles ?
|
|
9 Li
|
109/57808
|
AGLAVE
|
Arnold Guillaume Leon
|
1887/09/12
|
1914/08 /05 - 06
|
Barchon (fort)
|
Wandre
|
Wandre
rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 6
|
9
Li 3/4 (12 Cie)
|
109/52625
|
AMAND
|
Jules
|
1888/11/24
|
1914/08/06
|
Ougrée (Bois Saint Jean)
|
Ougrée Gros Hêtre
gemeenschappelijk graf f.r. 4927
|
Ougrée begraafplaats Gros Hêtre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/54524
|
ANDRE
|
Fernand Constant
|
1890/03/03
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 1/4 (4 Cie)
|
109/55671
|
ARENTS
|
Maurice Valeer
|
1892/02/22
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
29 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/57749
|
ASSCHERICKX
|
Prudent Robert
|
1893/03/18
|
1914/08/ 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 3/4 (12 Cie)
|
109/59257
/
60159
|
AUGUSTYNS
|
Joseph
|
1883/06/01
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee) (Fort Barchon?)
|
Wandre Rabosee speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 7
|
9 Li 1/ 3 (3 Cie)
|
109/51897
|
AUQUIER
|
Jules
|
1881/02/17
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre (Barchon - fort)
|
Rabosee - Wandre speciale begraafplaats graf nr 1319
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 2
|
9 Li 4/2
|
109/50705
|
BAELEN
|
Gaston Joseph
|
1889/06/09
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 1/4 (4 Cie)
|
109/55240
|
BAEYENS
|
Leon Emmanuel
|
1885/11/23
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Wandre speciale
begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 14
|
9 Li 4/1
|
109/53069
|
BALCAEN
|
Hector
|
1883/09/10
|
1914/08/06
|
Jupille
|
Jupille begraafplaats des
Bruyeres graf nr 2
1921/01/28
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
190 1924/11/25
|
9 Li 4/3 (10 Cie)
|
109/51928
|
BALZA
|
Fernand Ghislain Joseph
|
1890/03/26
|
1914/08/07
|
Liege (hospitaal)
|
Liege begraafplaats
Robermont graf nr 163-2-
21
|
|
9 Li 4/3
|
109/55983
|
BANGELS
|
Joseph Theophiel
|
1885/03/31
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 10
|
9 Li 1/2 (2 Cie)
|
109/53063
|
BARBIEUX
|
Maurice Georges Clement
|
1884/11/02
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee Wandre
|
Wandre Rabosee graf rep 1331
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 20
|
9 Li 3/4 (12 Cie)
|
109/52376
|
BARTHELEMY
|
Emile
|
1885/03/02
|
1914/08/06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre gemeentelijke begraafplaats Rabosee
|
Wandre
rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
191
|
9 Li
|
109/51693
|
BECQUIT
|
E.
|
|
1914/08
|
|
Tilff Liege
|
|
9 Li 1/4
|
|
BEELAERT
|
Alphonse
|
1896/02/25
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li 3/3 (11 Cie)
|
109/57883
|
BELLEMANS
|
Joseph
|
|
1914/08/05 - 06
|
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 11
|
9 Li
|
109/
|
BELLON
|
Pierre Julien
|
1893/12/16
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/59260
|
BENNAERTS
|
Louis Jean
|
1884/09/24
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee graf nr
1325
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 12
|
9 Li 4/1
|
109/52359
|
BERLEMONT
|
Arthur Louis Joseph
|
1882/10/21
|
1914/08/06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 13
|
9 Li 5/2
|
109/51220
|
BLOEMEN
|
Pierre Francois
|
1889/11/13
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/55228
|
BOGAERTS
|
Joseph Pierre
|
1884/10/28
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 18
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/52367
|
BONNEVILLE
|
Theodore Laurent
|
1894/07/07
|
1914/08/06
|
Angleur - Sart Tilman
|
Ougre Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/55257 /
56201 /
49580
|
BOURGUIGNON
|
Jules Eugene Desire
|
1889/11/05
|
1914/08/06
|
Boncelles
|
Boncelles
|
|
9 Li
|
109/55305
|
BRAHY
|
Jules Adrien
|
1893/11/18
|
1914/10/06
|
Walem
|
|
|
9 Li 1/2
|
109/59427
|
BRICQ
|
Oscar
|
|
1914/08 ?
|
|
Tilff
|
|
9 Li 1/4
|
|
BRUNEEL
|
Alberic Constantin Edouard
|
1863/01/05
|
1914/08/06
|
Liege (rue Saint Laurent, 79))
|
Liege Liège Robermont Sint Walburge
|
|
9 Li
|
10660
|
BUEKENHOUT
|
Francois Philippe
|
1884/10/25
|
1914/08/06
|
Rabosee-Wandre
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 16
|
9 Li 4/1
|
109/52654
|
BUGUIN
|
Albert Louis
|
1885/06/17
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 15
|
9 Li
|
109/53234
|
CABANIER
|
Joseph Louis Irma
|
1893/04/03
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 1
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/58811
|
CAP
|
Pierre Fideel
|
1882/11/27
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 93
1914/10/20
|
9 Li 5/2
|
109/51160
|
CASPERS
|
Louis Francois
Jacques Victor
Charles Ernest
|
1891/09/28
|
1914/09/05
|
Liege
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li 3/4
|
109/58032
|
CASTEELS
|
Guillaume
|
1889/05/08
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 3/1
|
109/55412
|
CASTEELS
|
Henri August
|
1892/07/19
|
1914/08/06
|
Sart Tilman (Ougree)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 2/2
|
109/58297
|
CEULEMANS
|
Ange Leopold
|
1886/04/24
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 22
|
9 Li 2/3 (7 Cie)
|
109/51742
|
CEUNEN
|
Pierre Jean Francois
|
1882/05/23
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
|
|
9 Li
|
109/51226
|
CHARLE
|
Maurice Eugene Albert
|
1891/01/17
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/57166
|
CHARLES
|
M.
|
1891/01/17
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
Brussel
|
9 Li
|
109/
|
CHARLIER
|
Leopold Jean Baptiste
|
1884/05/26
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre speciaal begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 25
|
9 Li 3/2
|
109/52321
|
CLAUDOT
|
Robert Charles Victor
|
1890/05/01
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 4/2
|
109/56063
|
CLERQUIN
|
Felix
Alexandre
|
1890/01/21
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 3/1
|
109/55836
|
COLIN
|
E.
|
1892/07/14
|
1914/08/06
|
Sart Tilman
|
Boncelles
|
|
9 Li
|
109/
|
COLLIN
|
Georges
|
|
1914/08/05
|
|
Boncelles
|
|
9 Li
|
109/
|
COLMAN
|
Marcelijn
|
1883/07/05
|
1914/08/05
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 24
|
9 Li 1/2
|
109/52816
|
CONTER
|
Albert
|
1892/12/19
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 2/4
|
109/58520
|
COPPIETERS
|
Albert Pierre
|
1892/12/21
|
1914/10/26
|
Liege ( Hopital des filles de la Croix)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li 2/3 (7 Cie)
|
109/56463
|
CRAITEUR
|
Rene Pierre Armand
|
1892/12/12
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/16063
|
DAES
|
Fritz Henri
|
1892/06/30
|
1914/08/27
|
Liege (hospitaal)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li 2/3
|
109/58024
|
DAMINES
|
Joseph
|
|
1914/08
|
Rabosee
|
|
|
9 Li
|
109/
|
DAMME
|
Joseph
|
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre speciaal begraafplaats
|
|
9 Li
|
109/
|
DANLY
|
Paul Joseph Ferreol Amedee
|
1893/03(02)/29
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/59841
|
DE BONTRIDDER
|
Louis
|
1881/08/28
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre speciale begraafplaats 1914/08/06
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 29
|
9 Li 2/4
|
109/51135
|
DE BUSSCHERE
|
Gustaaf Bonifaas
|
1885/07/04
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (fort Barchon)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 28
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/52975
|
DE BUSSER
|
P.
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
|
DE CLEER
|
Camiel Corneel
|
1889/09/08
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/55453
|
DE CUYPER
|
Joseph Emiel Francois
|
1880/04/25
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li 3/4
|
109/59908 /
(52474)
|
DE MAEGT
|
L.
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/55414
|
DE MESMAEKER
|
Leopold
|
1892/07/24
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/50960
|
DE PAU
|
Henri Leon
|
1890/11/08
|
1914/08/05
|
Ougree
|
Ougree
Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/55946
|
DE PAUM
|
|
|
1914/08
|
|
Wandre
|
|
9 Li
|
109/51490
|
DE ROECK
|
Cyrus
|
1893/05/13
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li 1/1 (1 Cie)
|
109/59288
|
DE RUYTTER
|
Prosper Ernest
|
1882/05/17
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 43
|
9 Li 4/2
|
109/51696
|
DE SCHUTTER
|
Victor
|
1876/05/10
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 49
|
9 Li 4/2
|
109/50650
|
DE SMET
|
Arthur Elie Vital
|
1884/08/18
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre
|
Wandre - Rabosee militaire
begraafplaats graf nr 48
|
9 Li 3/4 (12 Cie)
|
109/52845
|
DE SMET
|
Antoine
|
1885/09/17
|
1914/08/04 - 05
|
Angleur
|
|
Vermist/ graf onbekend
|
9 Li
|
109/52239
|
DE SORTE
|
Amedee Alphonse
|
1893/03/07
|
1914/08/05
|
Angleur
|
Angleur
|
Meerdonk Gemeentelijke begraafplaats
1922/11/30
|
9 Li 1/3
|
109/59454
|
DE SUTTER
|
Prosper
|
1891/07/12
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
graf rep 1045
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/56772
|
DE VICK
|
Paul Louis
|
1888/06/11
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
in Bois Saint Jean
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 2/4
|
109/59936
|
DE VREESE
|
Jules Florentin
|
1894/11/03
|
1914/08/05
|
Liege (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/56356
|
DE WAERE
|
Maurice
|
|
1914
|
|
Ougree
|
|
9 Li 2/4
|
109/57295
|
DE WEVER
|
Arthur Ad.
|
|
1914 - 1915
|
|
Angleur
|
|
9 Li
|
109/54069
|
DE WILDE
|
Hector
|
1877/10/28
|
1914/08/06
|
Liege (Rabosee)
|
Rabosee ?
|
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/50599
|
DE WIT
|
Louis
|
|
1914/08
|
Tilff
|
Tilff
|
|
9 Li 1/4
|
109/
|
DE WOLF
|
Paul Emiel
|
1893/03/03
|
1914/08/05
|
Liege (Sart Tilman)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 2/2
|
109/58211
|
DECLERCQ
|
Raoul Francois Ghislain
|
1892/02/09
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/57998
|
DECROLIER
|
Georges Charles Rene Ghislain
|
1891/11/19
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/56492
|
DEFRANE
|
Jules Victor Charles Joseph
|
1890/02/07
|
1914/08/05 - 06
|
Angleur
(ambulance de la rue Collee, 41)
|
Angleur begraafplaats La Dignette 1914/08/06
|
Boncelles rue Fossoul militaire
begraafplaats graf nr 108
1923/01/24
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/56030
|
DELAHAYE
|
Raymond Jean
|
1882/03/30
|
1918/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 26
1924/10/16
|
9 Li 5/2
|
109/51236
|
DELALOU
|
Paul Jean Laurent Ghislain
|
1893/11/08
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree
Gros Hetre graf nr 1036
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/58596
|
DELEU
|
Jules Auguste
|
1881/05/04
|
1914/08/06
|
Rabosee
|
Rabosee
|
onbekend
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/50983
|
DELFORGE
|
O.
|
|
1918/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
DELFOSSE
|
Norbert
|
1885/02/17
|
1914/08/07
|
Liege
|
Liege begraafplaats Sainte Walburge
|
Solre sur Sambre gemeentelijke
begraafplaats graf F - 150
1921/10/12
|
9 Li 3/4 (12 Cie)
|
109/53216
|
DELOECK
|
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/59288
|
DEMAN
|
Camiel
|
|
1914/08
|
Marchovelette
|
|
|
8 of 9 Li
|
49659
|
DEMARTEAU
|
Zenon Joseph
|
1896/08/20
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/59887
|
DEMESMAEKER
|
Francois
|
1894/07/12
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li 2/2
|
109/59948
|
DEPAUW
|
M. Henri F.
|
|
1914/08/06 ?
|
Bois Saint Jean?
|
Ougree Gros Hetre?
|
|
9 Li 3/1
|
109/56084
|
DESCAMPS
|
Arthur Desire
|
1885/09/11
|
1914/08/06
|
Wandre
|
Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 46
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/52915
|
DESCLIN
|
Georges
|
1893/12/26
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/59291
|
DESMEDT
|
Camiel
|
|
1914/08
|
Liege (omgeving)
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
114
|
9 Li
|
109/
|
DESMICHT
|
Camiel Corneel
|
1886/07/07
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
114
|
9 Li
|
109/53601
|
DESREUMAUX
|
Jeroom Louis
|
1885/10/20
|
1918/12/03
(14u30)
|
Liege (hospitaal 3
D.A., rue des
Rivageois, 4)
|
Liege begraafplaats
Robermont graf nr 4843
1918/12/05
|
|
19 Li / 3 Cie
|
119/2690
|
DETERVILLE
|
Flavien
|
1881/05/01
|
1914/08/06
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
180
|
9 Li
|
109/51286
|
DEVAERE
|
Henri Corneel
|
1891/01/09
|
1914/10/27
|
Liege
(verpleegpost vesting Liège)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li
|
109/50833
|
DEVENYNS
|
Armand Joseph
|
1893/12/07
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougrée Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 1
|
9 Li
|
109/58939
|
DEVUYST
|
Pierre
|
1883/01/25
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Rabosee Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 34
|
9 Li
|
109/52331
|
DEWANDELER
|
Rene Henri Francois
|
1882/07/22
|
1914/08/05 - 10
|
Rabosee (Wandre - fort Barchon)
|
Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 36
|
9 Li
|
109/51331
|
DEWEVRE
|
Maurice Charles
|
1893/03/29
|
1914/08/05
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li 2/4
|
109/57295
|
DIERCXSENS
|
August Maria Henri Corneel
|
1893/08/16
|
1914/08/05 - 06
|
Sart Tilman (Angleur)
|
Ougree Gros Hetre
|
Liezele gemeentelijke begraafplaats
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/59624
|
DIEST
|
Alphonse Lucien
|
1881/11/21
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (fort van Pontisse)
|
Rabosee
|
|
9 Li
|
109/50664
|
DIRICK
|
Jean Constant Gustaaf
|
1893/06/15
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/58969
|
DOM
|
Jean Joseph
|
1892/06/29
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 6
|
9 Li 1/1 (1 Cie)
|
109/55956
|
DUBAERE
|
Gustaaf Camiel
|
1885/10/17
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 31
|
9 Li
|
109/52998
|
DUHAIN
|
Adriaan Jules
|
1884/05/03
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
119
|
9 Li
|
109/52722
|
DUMONT
|
Hippolyte Ghislain Emile
|
1891/06/11
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 1
|
9 Li
|
109/56950
|
DUNET
|
|
|
1914/08
|
Tilff
|
|
|
9 Li
|
109/
|
DUPERROY
|
Rene Francois
|
1891/02/07
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf rep. 1052
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 1/4
|
109/57029
|
DUPUIS
|
Arthur Joseph Nicolas Evrard
|
1891/12/29
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
29 Li
|
109/55657
|
DUREUIL
|
Edouard Antoine Francois
|
1893/01/30
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/59298
|
EGELS
|
Valeer Albert
|
1888/09/24
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
29 Li
|
109/54351
|
ELSEN
|
Pierre Jean
|
1882/03/22
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee gemeenschappelijk graf
1914/08
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 1
1924/10/14
|
9 Li
|
109/51228
|
EVERS
|
Jan Alphonse
|
1884/12/05
|
1914/08/04
|
Goutroux
|
|
|
9 Li
|
109/52747
|
EYNATTEN
|
Alexander Lambert Bernard
|
1887/07/09
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 1/1 (1 Cie)
|
109/54168
|
FAEKEN
|
J.
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/
|
FAILIX
|
Albert
|
1881/09/13
|
1914/08/05
|
Queue du Bois (Saive)
|
Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
166
|
9 Li 4/6
|
109/50940
|
FLAMAND
|
Robert Francois
|
1886/12/14
|
1914/08/05 - 06
|
Jupille
|
Jupille
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
188 1924/11/25
|
9 Li
|
109/53432
|
FONTAINE
|
Georges Joseph
|
1884/02/17
|
1914/08/07
|
Liege (hospitaal)
|
Liege Robermont
|
|
9 Li
|
109/52318
|
FONTAINE
|
A.
|
|
1914/08/04
|
Chatqueue
|
|
|
9 Li
|
109/
|
FRANCKEN
|
Francois Corneel
|
1891/01/03
|
1914/08/05
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 4/2
|
109/56664
|
FRANCOIS
|
Emile Ghislain
|
1891/12/11
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
(gevechten te
Ougree)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 2
|
9 Li 4/2
|
109/56945
|
FRISCHMAN
|
Lucien Gustave Edgard
|
1893/07/30
|
1914/08/06
|
Ougrée (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 4/2
|
109/59710
|
FRISQUE
|
Melchior Joseph
|
1890/07/12
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 4/2
|
109/55861
|
GEORGE
|
Polydore Francois Joseph
|
1891/02/12
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/57018
|
GERIN
|
Gustave
|
1887/12/04
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/54188
|
GILLE
|
Polidoor Florimond Lucien
|
1883/01/07
|
1914/08/06
|
Liege
|
|
|
9 Li
|
109/51135
|
GLIBERT
|
Pierre
|
1889/09/03
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/57748
|
GOBLET
|
Zenon
|
1881/10/03
|
1914/08/06
|
Wandre Rabosee (fort van Barchon)
|
Rabosee speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 52
|
9 Li
|
109/50758
|
GOOSSENS
|
Arthur Joseph
|
1880/03/15
|
1914/08/06
|
Wandre
|
Rabosee graf rep. 1355
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 50
|
9 Li
|
109/50729
|
GOOSSENS
|
Aime Martin
|
|
1914/08
|
|
Tilff
|
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/57328
|
GROUT
|
Joseph Benoit Charles Ghislain
|
1897(95)/08/23
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 1/4
|
109/59807
|
GRYMONPREZ
|
Jules
|
1889/07/25
|
1914/08/08
|
Liege (Materniteit hospitaal)
|
Liege begraafplaats
Robermont 1914/08/08
|
|
9 Li 2/1 (5 Cie)
|
109/55284
|
HABARU
|
Georges Jean Baptiste
|
1893/04/22
|
1914/08/05
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/58569
|
HALLEUX
|
Olivier Joseph
|
1883/11/24
|
1914/08/06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 53
|
9 Li
|
109/51872
|
HANEGRAEF
|
Felix Pierre Joseph
|
1891/02/16
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/
|
HAUTFENNE
|
Jean Baptiste
Philibert Adelin
Louis
|
1891/08/23
|
1914/08/06
|
Liege (Boncelles)
|
Liege
|
|
9 Li
|
109/56951
|
HECTORS
|
Henri Antoine
|
1888/12/31
|
1914/08/08
|
Liege
|
Liege begraafplaats
Sainte Walburge
1914/08/08
|
|
9 Li 2/4
|
109/54572
|
HENDRICKX
|
Jan Frans
|
1888/03/03
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre Bois de Saint Jean
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/54492
|
HENDRICKX
|
Pierre Charles Albert
|
1884/03/05
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (fort Barchon)
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 55
|
9 Li 3/3 (11 Cie)
|
109/51678
|
HEYDONCKX
|
Louis
|
|
1914/08
|
Liege
|
Liege
|
|
29 Li
|
|
HEYMANS
|
Jacques
|
1881/09/17
|
1914/08/05
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois gemeentelijke begraafplaats 1914
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
149
|
9 Li
|
109/50899
|
HOYDONCKX
|
Henri Louis
|
1888/08/08
|
1914/08/10
|
Liege (voorlopig
MH in rue des
Rivages)
|
Liege begraafplaats
Robermont 1918/08/08
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 70
|
9 Li
|
109/54671
|
ILSBROUCKX
|
Ferdinand Seraphijn
|
1882/10/27
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 21
|
9 Li 2/1 (5 Cie)
|
119/51230
|
IMPENS
|
Desire
|
1893/08/11
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 3/3 (11 Cie)
|
109/59554
|
JACOBS
|
Remi
|
1887/05/28
|
1914/08/07
|
Liege (Rabosée)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li
|
109/56061
|
JACOBS
|
Jan Baptist
|
1891/11/12
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree
Gros Hetre graf nr 1149.
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 2/1 (5 Cie)
|
109/56507
|
JACOBS
|
Julien Edouard
|
1884/05/05
|
1914/08/06
|
Rabosee
|
Wandre Rabosee rep. 1362
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 58
|
9 Li 3/1 (9 Cie)
|
109/52463
|
JACQUEMAIN
|
Joseph Rene
|
1894/09/15
|
1914/08/05 - 06
|
Boncelles
|
|
|
9 Li 2/4
|
109/59725
|
JACQUET
|
Jean Clement
|
1885/01/24
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 56
|
9 Li 2/1
|
109/52310
|
JAMAR
|
Jean Felicien
|
1889/08/13
|
1914/08/06
|
Ougrée
|
Ougrée Gros Hêtre
|
Ougrée begraafplaats Gros Hêtre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 1/4
|
109/55137
|
JANS
|
Fideel Engelbert
|
1883/09/20
|
1914/08/05 - 06
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
175
|
9 Li 6/2
|
109/52015
|
JOACHIM
|
Luc
|
|
1914/08
|
Liège
|
|
|
9 Li
|
|
KEMAER
|
Theophile
|
|
1914/08
|
Rabosée
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 59
|
9 Li
|
109/
|
KEMPENAERS
|
Theophiel
|
1892/01/17
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/59814
|
KEPPENS
|
Alphonse
|
1888/10/03
|
1914/08/08
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 2/4
|
109/54965
|
KINNAER
|
Theophiel Charles
|
1886/04/04
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre speciale begraafplaats
|
|
9 Li
|
109/53491
|
KUIVY
|
X.
|
1888/11/05
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
LABOUVERIE
|
Rene
|
1893/02/03
|
1914/08/06
|
Angleur
(veldhospitaal)
|
Angleur
|
Gedinne Gemeentelijke begraafplaats
rep. 8030
|
9 Li / Cie
"Universitairen"
|
109/58749
|
LAMBERT
|
Albert Adolphe
|
1885/09/16
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 62
|
9 Li
|
109/53252
|
LANGELY
|
Jules
|
|
1914/08
|
|
Queue du Bois
|
|
9 Li
|
109/51286
|
LANNOYE
|
Alphonse
|
|
1914/08/06
|
Rabosee
|
Wandre Rabosee
|
|
9 Li
|
109/53088
(53068 ?)
|
LAURENT
|
Joseph
|
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/59196
|
LAURENT
|
Alfred
|
1886/03/17
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee graf rep. 1367
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 66
|
9 Li
|
109/53826
|
LECLERCQ
|
Abel
|
1891/02/04
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
|
|
9 Li
|
109/54416
|
LEFEBVRE
|
Georges Adrien Joseph
|
1890/04/07
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/56852
|
LEF�BVRE
|
Georges
|
|
1914/08/06
|
Liege
|
|
|
29 Li 3/1
|
109/56145
|
LEFEVRE
|
J.
|
|
1914/08/06
|
Boncelles
|
Boncelles
|
|
9 Li
|
109/
|
LEMAIRE
|
Andre Francois
|
1894/07/29
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/58986
|
LEROY
|
Julien Victor
|
1893/08/27
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree
|
|
9 Li 2/4
|
109/58587
|
LEROY
|
Jean
|
1892/11/19
|
1914/08/06
|
Bois de Breux (Liege)
|
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 2/4
|
109/56450
|
LETELLIER
|
Jules Joseph
|
1882/10/09
|
1914/08/05 - 06
|
Herstal (interval tussen de forten)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li 6/2
|
109/51298
|
LISON
|
Robert Valere
|
1893/06/18
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre gemeeneschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/58865
|
LOMBAERT
|
Joseph
|
1891/01/16
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 2
|
9 Li 2/4
|
109/56685
|
LOMBART
|
J.
|
|
1914 - 1915
|
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/54423
|
LONNOY
|
Auguste
|
|
1914/08
|
Liege
|
|
|
9 Li
|
109/49917
|
LOSSIE
|
Theodoor Joseph
|
1893/10/24
|
1914/08/06
|
Sart Tilman (Ougree)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf nr 1078
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 1/4
|
109/59215
|
LUCASSE
|
|
|
1914 - 1915
|
|
Angleur
|
|
9 Li
|
|
MAES
|
François Augustijn
|
1893/10/07
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 3/3 (11 Cie)
|
109/59555
|
MAES
|
Adolphe Joseph
|
1885/12/28
|
1914/08/06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 67
|
9 Li
|
109/53080
|
MAES
|
Leander Adolphe
|
1877/03/03
|
1914/08/04
|
Wandre
|
|
|
9 Li
|
109/49024
|
MALLET
|
Charles Louis
|
1882/08/15
|
1914/08/06
|
Barchon
|
Rabosee
|
|
9 Li 5/2 (de fortresse )
|
109/51168
|
MALOTTEAU
|
Auguste Felicien
|
1891/08/25
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/57012
|
MARC
|
P.
|
1894/07/07
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
MARCQ
|
Paul Hector Leon
|
1891/07/04
|
1914/08/06
|
|
|
|
9 Li
|
109/57227
|
MARTEAU
|
E.
|
|
1914
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/
|
MATERNE
|
Marcel Constant Joseph Gilles
|
1891/09/06
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/56821
|
MATHUES
|
Henri Alphonse
|
1889/09/16
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/55415
|
MEERSMAN
|
Egidius
|
1889/09/04
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/55154
|
MENS
|
Raymond Alphonse
|
1894/08/06
|
1914/08/06
|
Ougree
(Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre 1914/08/08
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 2/4
|
109/58904
|
MENU
|
Desire
|
1890/12/31
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li
|
109/55193
|
MEREAU
|
Auguste Francois
|
1881/09/12
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre gemeentelijke begraafplaats
|
Hensies gemeentelijke begraafplaats 1924/11/23
|
9 Li
|
109/50671
|
MESMACKER
|
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/8960
|
MINET
|
Vital Joseph Ghislain
|
1892/08/06
|
1914/08 (06?)
|
Angleur - Sart Tilman
|
Angleur begraafplaats
|
Denee - Maredsous
gemeentelijke begraafplaats
1922/09/14
|
9 Li
|
109/57417
|
MINNEBO
|
Robert Joseph
|
1888/06/09
|
1914/08/(06
|
Liege (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 2
|
9 Li 2/4
|
109/54852
|
MOENS
|
F.
|
|
1914
|
Seraing
|
Esneux
|
|
9 Li
|
109/56837
|
MORTIER
|
Maurice Adolphe
|
1886/02/14
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Rabosee - Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 71
|
9 Li
|
109/53762
|
MUNDA
|
Louis
|
1885/06/23
|
1914/08/06
|
Rabosee - Wandre
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 44
1924/10/17
|
9 Li
|
109/53217
|
NACKAERTS
|
Jan Joseph
|
1884/07/30
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee Wandre
|
Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 72
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/52504
|
NAZE
|
Julien Joseph
|
1891/10/08
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/56760
|
NELIS
|
Joseph Nicolas Hubert
|
1889/09/01
|
1914/08/06
|
Ougrée (Bois Saint Jean)
|
Ougrée Gros Hêtre
|
Ougrée begraafplaats Gros Hêtre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/55159
|
NEYRINCK
|
Remi
|
|
1914
|
Liege
|
|
|
9 Li
|
109/
|
NICAISE
|
Louis Francois
|
1892/05/12
|
1914/08/05 - 06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li 2/1
|
109/58011
|
NICAISE
|
Hector Edmond Renilde
|
1890/02/13
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 2
|
9 Li 2/2
|
109/55977
|
NICAISE
|
Paul Louis Ghislain
|
1894/12/01
|
1914/08/06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 51
1924/10/17
|
9 Li
|
109/66170
|
NORMAND
|
Desire
|
1884/02/29
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wanadre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 64
|
9 Li
|
109/52355
|
OOMS
|
Francois Louis
|
1892/04/27
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois de Breux)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li 1/1
|
109/58316 /
(51641)
|
OOMSELS
|
Joseph Antoon
|
1887/09/03
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois de Breux)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/54196
|
OP DE CANT
|
Desire
|
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee
|
|
|
9 Li
|
109/
|
OPDECAM
|
Desire
|
1885/05/13
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Rabosee
- Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 73
|
9 Li 1/2
|
109/52898
|
PANS
|
Julien Guillaume
|
1896/03/16
|
1914/08/05 - 06
|
Angleur
|
Sart Tilman
gemeenschappelijk graf
|
Waterloo Gemeentelijke begraafplaats
|
9 Li
|
109/58247
|
PAUWELS
|
Norbert
|
1883/11/18
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre militaire begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 78
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/53018
|
PERDAENS
|
Theophiel
|
1882/10/02
|
1914/08/05 - 06
|
Fleron (fort) (Bois de Breux)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li 6/2
|
109/51480
|
PETYT
|
Anatole Eugene
|
1891/12/07
|
1914/08/06
|
Liege (Hopital des Anglais)
|
Liege 1914/08/06
|
|
9 Li
|
109/57400
|
PIQUER
|
Paul
|
1890/03/01
|
1914/08/06
|
Angleur - Sart Tilman
|
Angleur Sart Tilman
|
Boncelles rue Fossoul militaire
begraafplaats graf nr 58
|
9 Li
|
109/56465
|
PIRAUX
|
Charles Joseph
|
1885/03/08
|
1914/08/06
|
Liege (Rabosee)
|
Rabosee
|
|
9 Li
|
109/53259
|
PIRET
|
Maurice Emile Paul Joseph
|
1892/04/16
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/58178
|
POELS
|
J.
|
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougrée Gros Hêtre
|
|
9 Li
|
109/
|
POTTIEZ
|
Joseph Emile
|
1892/12/10
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/57359
|
POURVEUR
|
Leon
|
1881/01/23
|
1914/08/21
|
Wandre (hospitaal)
|
Wandre
|
Frameries Gemeentelijke begraafplaats
|
9 Li
|
109/50710
|
QUEVY
|
X.
|
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
QUIVY
|
Xavier Alphonse
|
1888/11/05
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 2
|
9 Li
|
109/55494
|
RAESAERT
|
C. L.
|
|
1914/08
|
Ougree
|
Ougree
|
|
9 Li
|
109/35238
|
RAEYMAKERS
|
Georges Louis Marie
|
1891/12/23
|
1914/08/06
|
Sart Tilman (Angleur)
|
Angleur Sart Tilman
|
Boncelles rue Fossoul militaire begraafplaats
graf nr 46
|
9 Li
|
109/55914
|
RAISCHLING
|
L
|
1893/06/10
|
1914/08/06
|
Ougrée
|
Ougrée Gros Hêtre
|
|
9 Li
|
109/
|
RAMAKERS
|
Theophiel
|
1882/01/19
|
1914/08/06
|
Jupille
|
Jupille
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
187 1924/11/25
|
9 Li
|
109/51520
|
RECKENS
|
|
|
1914/08
|
Tilff
|
|
|
9 Li 2/
|
109/
|
REICHLING
|
Leopold Albert Joseph
|
1893/06/10
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre rep. 1143 gemeenschappelijk graf
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/58513
|
RENARD
|
Raymond Edmond
|
1892/10/29
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/58365
|
RENARD
|
Georges Joseph
|
1888/03/17
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee graf rep. 1389
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 80
|
9 Li
|
109/53825
|
RENAUX
|
Georges Albert
|
1894/07/03
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree begraafplaats Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk
graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/59915
|
REYNVOET
|
Emiel
|
1893/04/08
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/59220
|
RICHIR
|
Auguste Charles
|
1883/06/14
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee graf nr 1391
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 88
|
9 Li
|
109/51925
|
RIFFLET
|
Rene Louis Antoine
|
1890/11/22
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 1/4
|
109/58456
|
RINNAER
|
Theophiel
|
|
1914/08/05
|
Liege (omgeving)
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 59
|
9 Li
|
109/
|
ROEKENS
|
|
|
1914
|
|
Tilff
|
|
9 Li 2/4
|
109/
|
ROELANDT
|
Cyriel
|
1887/06/11
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hêtre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li 1/1 (1 Cie)
|
109/54270
|
ROGGEMANS
|
Oswald Joseph Ghislain
|
1891/10/29
|
1914/08/06
|
Liege (MH Rivageois)
|
Liege
|
|
9 Li
|
109/56444
|
ROGGEN
|
Frederic Gustaaf
|
1884/02/22
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 87
|
9 Li
|
109/52507
|
ROUSSEEUW
|
Theophile Emile
|
|
1914/08
|
Seraing (sector)
|
Tilff
|
|
9 Li 2/4
|
109/55020
|
SCHAERDYNCK
|
F.
|
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
SCHAKEWILS
|
Georges
|
1885/11/19
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 99
|
9 Li
|
109/51075 /
(51744)
|
SCHALBROECK
|
Auguste
|
1890/07/19
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/56423
|
SCHELFHOUT
|
Pierre
|
1893/02/08
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/59359
|
SCHEPENS
|
Ernest Georges Joseph
|
1894/02/07
|
1914/08/06
|
Ougree ('Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf naamplaat
3
|
9 Li
|
109/58246
|
SCHILTZ
|
Georges Jules Paul Gustave
|
1893/10/24
|
1914/08/06
|
Ougree ('Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li 1/4
|
109/59683
|
SCHREURS
|
Hubert
|
1881/12/24
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 96
|
9 Li
|
109/51744
|
SCLIFFET
|
Alphonse
|
1886/05/13
|
1914/08/08
|
Liege
|
Liege begraafplaats Sainte Walburge
|
|
9 Li
|
109/53504
|
SELDESLACHTS
|
Louis Remi
|
1885/09/21
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 98
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/53051
|
SERMON
|
Pierre J.
|
|
1914
|
|
Tilff
|
|
9 Li
|
109/55217
|
SEVERS
|
Louis Emiel
|
1890/08/17
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf rep. 1111
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 2/2
|
109/56057
|
SMETS
|
Hendrik Lodewijk
|
1886/04/20
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 91
|
9 Li
|
109/53828
|
SMOLDERS
|
Constant Hendrik Egidius
|
1892/03/21
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/56937
|
STAELENS
|
Jeroom Joseph
|
1885/02/04
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre speciale begraafplaats Rabosée nr F.R. 1396
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 97
|
9 Li
|
109/53012
|
STEEL
|
Francois
|
|
1914/08/05
|
Liege (omgeving)
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
100
|
9 Li
|
109/
|
STERCK
|
Philemon
|
1887/11/09
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/54273
|
STICKER
|
Jeroom Joseph Corneel
|
1886/03/23
|
1914/08/05 - 06
|
Bellaire (Liege)
|
Bellaire
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
199
|
9 Li
|
109/53613
|
STREEL
|
Francois Eugene
|
1886/09/19
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
100
|
9 Li
|
109/53551
|
TAELEMAN
|
Amedee Joseph
|
1881/06/09
|
1914/08/06
|
Jupille
|
Jupille
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
184 1924/11/25
|
9 Li
|
109/50920
|
TH�LIE
|
Emile Edouard Louis
|
1870/11/07
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 5
|
9 Li
|
109/12570
|
THIELENS
|
Emile Francois Paul
|
1893/03/01
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf naamplaat
3
|
9 Li
|
109/59177
|
THIERY
|
Joseph Jean François
|
1888/03/10
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Rabosee - Wandre graf nr 1404
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
106
|
9 Li / Cie
Mitrailleurs
|
109/52019
|
THIRION
|
Jules Francois Joseph
|
1893/03/12
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hêtre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/59903
|
THIRRY
|
Jean Francois
|
1890/07/15
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
29 Li
|
109/56109
|
THOMAS
|
Edgard Francois Clement
|
1889/04/01
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf naamplaat
3
|
9 Li
|
109/55053
|
TOUSSAINT
|
Julien
|
1889/03/05
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li 1/4
|
109/56852
|
TRATSAERT
|
Charles Louis
|
1889/12/29
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/55238
|
TROUILLARD
|
Gustaaf Hendrik Josephina
|
1889/07/21
|
1914/08/06
|
Liege (Boncelles)
|
Liege
|
Anderlecht Gemeentelijke begraafplaats
1916/03/19
|
9 Li 2/4
|
109/53317
|
TRUYENS
|
Joseph
|
1884/05/02
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosée gemeenschappelijk graf rep. 1405
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 84
1924/10/18
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/52708
|
TYTGAT
|
Remy Cyriel
|
1881/01/21
|
1914/08/05 (06)
|
Rabosee (Wandre)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
101
|
9 Li
|
109/50807
|
VALLAEYS
|
Camiel Isidoor
|
1884/09/28
|
1914/08/06
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
176 1924/11/18
|
9 Li 1/3 (3 Cie)
|
109/52562
|
VAN AALST
|
Fernand Albert
|
1891/04/15
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/57128
|
VAN BASTELAERE
|
Pierre Jean
|
1893/01/16
|
1914/08/06
|
Ougrée (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 3/2
|
109/59516
|
VAN
CAKENBERGH
|
Josse
|
1881/02/13
|
1914/08/06
|
Jupille
|
Jupille
gemeenschappelijk graf
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
189 1924/11/25
|
9 Li
|
109/51026
|
VAN de SYPE
|
Francois Xavier
|
1885/04/17
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Rabosee
- Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
109
|
9 Li
|
109/53133
|
VAN den BERGH
|
Francois Achiel Maria
|
1893/04/15
|
1914/08/06
|
Liege (MH des Rivageois)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/58623
|
VAN den HAUTE
|
Aime Adolphe
|
1891/09/12
|
1914/08/06
|
Angleur
|
Angleur
|
Boncelles rue Fossoul militaire
begraafplaats graf nr 93
|
9 Li 1/3 (3 Cie)
|
109/59522
|
VAN DEUN
|
Eugeen Joseph
|
1869/10/02
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre lez Liege
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
193
|
9 Li
|
12726
|
VAN GAVER
|
Georges Francois Octaaf
|
1892/09/26
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/57376
|
VAN
HAESENDONCK
|
Jacques Godefroid Pierre
|
1892/12/09
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/54978
|
VAN
HANDENHOVE
|
Hugo Joseph
|
1888/05/25
|
1914/08/12
|
Liege
|
Liege begraaplaats Sainte Walburge
|
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/54654
|
VAN KELECOM
|
Theophiel Laurent
|
1891/11/16
|
1914/08/06
|
Tilff
|
Tilff Boncelles
|
|
9 Li 1/1 (1 Cie)
|
109/56711
|
VAN LIERDE
|
Jean Baptiste
|
1893/11/11
|
1914/08/ 05 - /06
|
Angleur - Sart Tilman
|
|
|
9 Li 3/4 (12 Cie)
|
109/59074 /
72822)
|
VAN MUYLDER
|
J. P.
|
|
1914/08
|
|
Esneux
|
|
9 Li
|
109/55659
|
VAN OUTRYVEN
|
Adriaan Rene Gaston
|
1888/11/12
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li 3/1
|
109/27725
|
VAN OVERBEKE
|
Alphonse Joseph
|
1885/04/03
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Rabosee
|
|
9 Li 4/2
|
109/52969
|
VAN ROSSEM
|
Leon Pierre
|
1884/02/12
|
1914/08/(05 -
06?)
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr 32
|
9 Li 3/1 (9 Cie)
|
109/52715
|
VAN SEMANG
|
Joseph Jean
|
1892/05/08
|
1914/08/06
|
|
Angleur
|
Boncelles rue Fossoul militaire
begraafplaats graf nr 109
1922/10/30
|
9 Li 3/2 (10 Cie)
|
109/57872
|
VAN SINA
|
Jan Lodewijk
|
1889/07/29
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre gemeenschappelijk graf
|
Ougree
begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/55185
|
VANBERGEN
|
Henri
|
1884/10/15
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre
|
Wandre
rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
110
|
9 Li
|
109/52473
|
VANDENAMECHE
|
H.
|
|
1914/08/06
|
Bois Saint Jean
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
|
VANDENBROUCKE
|
Nestor
|
1893/08/30
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre gemeenschappelijk graf
naamplaat 3
|
9 Li
|
109/59011
|
VANDENHOVEN
|
H. J.
|
|
1914 - 1915
|
|
Liege
|
|
9 Li
|
109/54654
|
VANDER ROOST
|
Charles Louis
|
1891/09/09
|
1914/08/06
|
Liege
|
Liege
|
|
9 Li
|
109/56220
|
VANDERAVOORT
|
Napoleon Edouard Charles
|
1884/01/16
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Wandre Rabosee graf rep. 1406
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
105
|
9 Li
|
109/52373
|
VANDERCAPELLEN
|
Clement Robert
|
1886/03/31
|
1914/08/06
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois gemeentelijke begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
164
|
9 Li
|
109/53443
|
VANDERHAEGEN
|
Cyriel François
|
1884/01/27
|
1914/08/08
|
Liege (hospitaal)
|
Liege begraafplaats Sainte Walburge
|
|
9 Li
|
109/52398
|
VANDEVELDE
|
Edmond Gustave Ghislain
|
1885/03/27
|
1914/08/06
|
Rabosee
- Wandre
|
Rabosee Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 45
1924/10/17
|
9 Li
|
109/52972
|
VANDORPE
|
Arthur
|
1883/02/07
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee Wandre
|
Rabosee Wandre speciale begraafplaats
|
Wandre
rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
116
|
9 Li
|
109/51990
|
VANGAGENBERG
|
J.
|
|
1914
|
|
Jupille
|
|
9 Li
|
51126
|
VANNESTE
|
Gerard Aloïs
|
1885/11/12
|
1914/08/06
|
Wandre
|
Wandre
Rabosee speciale begraafplaats
|
Wandre
rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
113
|
9 Li
|
109/52989
|
VANOLANDE
|
Joseph Emile Jean Baptiste
|
1884/01/10
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Rabosee graf rep. 1414
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
115
|
9 Li
|
109/52358
|
VANROY
|
Pierre Joseph
|
1891/05/02
|
1914/08/22
|
Liege (hospitaal La Baviere)
|
Liege begraafplaats Robermont
|
Liege Robermont
|
9 Li 3/3 (11 Cie)
|
109/56848
|
VELINGS
|
Selim Octave Louis
|
1888/01/17
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/54966
|
VERALEWECK
|
Nestor Joseph Ghislain
|
1883/07/06
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre (Rabosee)
|
Rabosee militaire begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr 86
1924/10/18
|
9 Li
|
109/51854
|
VERBERT
|
Louis Richard
|
1893/02/08
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/58726
|
VERHASSELT
|
Andreas
|
1891/08/26
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/56499
|
VERHELLE
|
Remi Joseph
|
1891/05/25
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 2/2 (6 Cie)
|
109/55604
|
VERHOLLE
|
Hector Camiel
|
1889/10/18
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 1/1
|
109/54428
|
VERLOO
|
Henri
|
1891/09/20
|
1914/08/06
|
Liege (hospitaal)
|
Liège Rabosee rep. 40
|
Nederzwalm gemeentelijke begraafplaats 1921/10/13
|
9 Li
|
109/56620
|
VERTENTEN
|
Henri
|
1888/09/12
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 4/2
|
109/54722
|
VERTONGEN
|
Theodoor Leopold
|
1893/10/16
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 4/2
|
109/59754
|
VULSTEKE
|
Julien Leon
|
1885/09/18
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Wandre
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
112
|
9 Li
|
109/53623
|
VUYLSTEKE
|
Julien
|
|
1914/08/05 - 06
|
Liege (omgeving)
|
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
112
|
9 Li
|
109/
|
WARIN
|
Georges Adonis
|
1887/10/31
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/55038
|
WATZ
|
Lucien Joseph
|
1885/10/07
|
1914/08/05 - 06
|
Wandre
|
Wandre Rabosee graf nr 1419
|
Wandre rue Bois la Dame militaire begraafplaats graf nr
117
|
9 Li
|
109/52974
|
WAUMANS
|
Arthur Felix
|
1894/05/03
|
1914/08/05
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li 1/3
|
109/55853
|
WAUTELET
|
Oscar Joseph
|
1883/04/10
|
1914/08/06
|
Queue du Bois
|
Queue du Bois gemeentelijke begraafplaats
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
177
|
9 Li
|
109/51979
|
WENS
|
Emiel Joseph Arthur
|
1882/08/23
|
1914/08/09
|
Queue du Bois
|
|
|
9 Li
|
109/51518
|
WILIQUET
|
Telesphore
|
1890/09/28
|
1914/08/06
|
Liege
|
|
|
9 Li 2/4 (8 Cie)
|
109/53893
|
WILLS
|
R.
|
|
1914/08
|
|
Esneux
|
|
9 Li
|
109/58929
|
WILMART
|
Georges Edouard
|
1892/01/15
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gors Hetre graf nr 1137
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/57746
|
WINEN
|
G.
|
|
1914/08/06
|
Ougree (Bois Saint Jean)
|
Ougree Gros Hetre
|
|
9 Li
|
109/
|
WOUTERS
|
Jean Frederic Theophiel
|
1886/04/13
|
1914/08/05 - 06
|
Rabosee - Wandre
|
Wandre Rabosee
|
Wandre rue Bois la Dame militaire
begraafplaats graf nr
118
|
9 Li 1/2 (2 Cie)
|
109/53472
|
WYNEN
|
August Daniël
|
1893/01/01
|
1914/08/06
|
Ougree
|
Ougree Gros Hetre
|
Ougree begraafplaats Gros Hetre
gemeenschappelijk graf naamplaat 3
|
9 Li
|
109/58734
|
YANS
|
|
|
1914/08
|
|
Queue du Bois
|
|
9 Li
|
109/52015
|
|
|
|
|
Forten rond Luik
geplaatst op 2014-07-10 |
|
|
|
|
Aanval op Luik
geplaatst op 2014-07-10 |
|
|
|
|
Artilleur van de Fort troepen
geplaatst op 2014-07-10 |
|
|
|
|
Mi getrokken door honden
geplaatst op 2014-07-10 |
|
|
|
|
Het Negende van Luik naar Aarschot
geplaatst op 2014-07-19 |
Brief van een soldaat van het Negende
Vriend G.,
Ge vraagt me
voor de Stem eens wat te vertellen. Maar hier gebeurt niets en dan nog, Hett is
nu de tijd niet om de posities kenbaar te maken, maar om den tijd te dooden die
hier zoolang is en om u toch te geven wat ge hebben moet, wil ik vertellen hoe
ik den eersten keer op l'ordre du jour kwam.
Van Luik
teruggetrokken waren we te Kessel-Loo gekantonneerd geweest. Ik had me daar nog
heelemaal in het nieuw kunnen steken. Het was slechts van blauwe broek dat ik
niet veranderen wilde, zeggend daar doe ik den oorlog mee uit. Droevige
begeestering! Den 16den in de avond trokken we naar Aarschot. Hadt u dan den
moed onzer jongens moeten zien! Hoe dikwijls we den Vlaamschen Leeuw gezongen
hebben, weet ik niet. Het was een juichen en jubelen, een geven en aannemen
zonder einde.
Met het invallen
van den avond trokken we over den Demer naar de plaats waar de ijzerenweg van
Diest met dien van Herenthals samen komt. We losten daar het 6de af. Op den
Diesterschen weg spanden we draad en barrikadeerden we de baan met alles wat we
in handen konden krijgen. Links en rechts van den bareel van den ijzerenweg die
over den steenweg loopt stond een mitrailleuse opgesteld. De voorposten werden
uitgezet. Ik zelf trok in kleinen post.
Des Nacht
hoorden we nu en dan een ruiter, twee ruiters, een geweerschot, doch dat was
al.
Tegen het klaar
werd at ik een stuk gezouten vleesch en overwoog toen de positie.
Door het
struikgewas was ik belemmerd voor mij uit te zien. Daar was dus voorzichtig
eenige meters vooruit te gaan.
Gekomen tot
aan een kleine hoeve zie ik in een kiekenkot iets bewegen, een menschelijke
gestalte, een Duitsch. Ik schiet en hoor dat ik doel getroffen heb. , een gekreun, ik
schiet nogmaals. Al met eens komen er drie Belgische gendarmen in galop
aangereden ons roepend dat de Duitschers in grooten getale daar zijn en wij
achteruit moeten trekken. Onze voorposten komen af en trekken zich terug tot
achter den ijzerenweg. En het spel begint. Daar komn een veertig uhlanen in
volle charge op ons af tak tak tak!!! Onze mitrailleuse maakt er een bloedige
menschensalaad van. Kommandant Gilson blijft met zijn kijkers staan zien. Goed
gemikt, zegt hij en hij wenscht onze mitrailleurs proficiat. En 20tal andere
uhlanen stormen op hunne beurt vooruit en krijgen van het zelfde lood. Maar nu
komt de beurt aan de geweren. Allerwege zien we in de verte de een lijn
Duitschers achter de andere in tirailleur vooruitkomen. De cie. links van ons
trekt achteruit. Renfort voor ons zegt de kommandant, maar ieder voelt
wel dat hij het slechts zegt om moed te geven. Ondertusschen komen er meer en
meer kogels over. We tellen reeds een tiental dooden en gekwetsten. De cie.
rechts van ons trekt ook af. Maar onze commandant heeft geen orde ontvangen en
zet den weerstand voort.
De
pinhelmen sluipen tusschentijds altijd voort, altijd voort, door de korenvelden
heen, terwijl onze mitrailleusen maaien wat ze maaien kunnen. Reeds voor de
tweede maal zendt de kommandant den toestand te kennen aan den majoor. Niemand
keert terug. Een derde man wordt afgestuurd, om te zeggen ditmaal dat de
toestand onhoudbaar is. Want we zijn ondertusschen langs onzen linkervleugel
omsingeld en drie mitrailleuzen staan op onze linie gericht. Het derde peloton
onder Luitenant Fauconnier is met uitmoording bedreigd. Wie de kogels
ontsnappen wil wordt er eerst door gesnapt. De kommandant beveelt eene
ordelijke retraite. Maar we moeten over den steenweg die door de mitrailleuzen
onophoudelijk wordt gekuischt. Onze eigene twee mitrailleurs zijn dood en hunne
stukken kapot geschoten. Elk trekt zijn noodplan. Roef, ik steek een dertig
kogels op zak, werp ceinturon en ransel af en kruip op handen en voeten weg
langs een gracht door water en slijk, over dooden en gekwetsten. Zoo sluip ik
langsheen den steenweg tot over een huisje, wacht daar een min gevaarlijk
oogenblik af en wip, in een, twee, drie aan den overkant. Ik wil langs de
achterdeur binnen, maar ze is vast. Een tijdje schuil ik achter een regenvat,
maar ik wil in elk geval met de mijnen blijven en vlucht daarom terug in de
gracht dezerzijds den steenweg. Ik was zoo pas in die slijkgroef of eenige
meters achter me wordt onze kommandant juist terwijl hij het volk rond hem
aanraadde voorzichtig te zijn, getroffen. De kogel vloog hem vlak door den neus.
Hij loopt voort maar het bloedverlies doet hem wankelen. Wij ondersteunen hem
maar van verzorging wil hij niet weten. En zoo komen we in retraite tot in
Aerschot, zonder dat hij het feitelijk opgeeft. Hoe dikwijls heeft hij niet
geschuifeld terwijl ik hem daar steunde en geroepen: 1-4 par ici. Combattre
jusqu-au dernier. Maar de Duitschers vallen Aerschot binnen, oogenblik op
oogenblik en we hebben weg te sluipen al vurende wat we kunnen naar de statie.
We trachten een lokomotief vooruit te krijgen die onder vuur staat: de stoom is
afgetrokken. We probeeren een railway-karretje op een ander spoor te brengen
maar het is ineen geroesd dat er niet op te denken valt het in weinige minuten
klaar te brengen. Aan den barreel staat er kar en peerd met opgeladen goed en
daarbij staat een moeder te schreien met vier kinderen aan haar rokken. We
willen daar onzen kommandant ophijsen maar hij zelf verzet er zich tegen. Daar
hooren we, binst we aan het doen en over en weer loopen zijn, een ruiter
afkomen gedraafd. We springen naar ons geweer en wachten hem op. Het was een
kanonnier op een officierspeerd, die ons zijn diensten aanbood. We heschen
onzen kommandant in den zadel, een onzer leidde het, een ander, mijn vriend B.
hield hem bij de ceinture. En vooruit nu. Onze kommandant was ten andere een
flinke ruiter en hij hield zich goed te peerd ondanks zijne zwakheid. Zoo
geraakten we halfweg Leuven waar we een auto troffen der Derniere Heure en
tegen wil en dank trokken we den kommandant van zijn peerd en duwden hem in het
rijtuig. Wij hadden den strijd twee volle uren uitgestaan tegen eene heele
divisie. Zonder de weerstand onzer compagnie ware wellicht het regiment
gevangen genomen. Het had echter veel bloed gekost. Van de 312 man keerden er
slechts 109 terug! Onze kommandant werd ridder der Leopoldsorde genoemd en wij
gedrieen verschenen op de orde van den dag om onzen overste te hebben gered
tegen zijnen
dank.
L.G.
|
|
|
|
Slag om AARSCHOT
geplaatst op 2014-07-20 |
De slag om Aarschot
Historisch overzicht
Na de Duitse inval op 4 augustus 1914 en de
val van Luik, besloot het Belgische leger zich terug te
trekken in het Hageland, waar een opeenvolging van rivieren - de Velpe, de
Kleine Gete, de Grote Gete en de Dijle -, de ertussen gelegen heuvelruggen en
een uitgebreid net van verbindingswegen, een geschikt slagveld vormden om een
vertragend gevecht tegen de Duitsers te voeren. Leuven deed dienst als
commandopost en uitvalsbasis, verdeelcentrum voor bevoorrading en zou de
doorgangspoort zijn voor de terugtrekkende beweging naar Antwerpen indien de
verdediging onhoudbaar werd.
Hoewel met de Slag der Zilveren Helmen bij
Halen (12 augustus 1914) een overwinning werd geboekt op het Duitse leger, was
het succes van de Gete-stelling van korte duur: het Belgische leger zou op 18
augustus in de Slag op de Zeven Zillen zware verliezen lijden in Oplinter,
Sint-Margriete-Houtem en Grimde. Diezelfde dag nog vertrokken vanuit Leuven
Belgische troepen om Aarschot te verdedigen. Ze stelden zich op ten noordoosten
van de stad - richting Herselt, Gijmel en Langdorp -, aan het knooppunt van de
spoorwegen Antwerpen - Leuven - Aken, en ten zuidoosten van de stad. In de
ochtend van 19 augustus werden de oprukkende Duitse troepen even opgehouden,
maar algauw bleek de overmacht. De legerleiding besloot de Belgische troepen
terug te trekken. Ze verlieten de stad onder hevig vuur. Een 120-tal militairen
sneuvelde. In hun doortocht door de stad spaarden de Duitse troepen niemand: 20
gewonde en gevangengenomen Belgische soldaten ( 15 van
het 9de linie regiment en 5 van het 14de linieregiment)
werden
gefusilleerd en in de Demer gegooid , burgers werden uit hun huizen gejaagd,
samengedreven en met de dood bedreigd. Na tussenkomst van burgemeester Jozef
Tielemans werden alle burgers vrijgelaten, doch met de waarschuwing dat voor
elke Duitse soldaat die door een burger wordt gedood, drie stadsgenoten zouden
terechtgesteld worden. Het bleef echter onrustig in de stad. Opnieuw vielen
burgerslachtoffers. Toen de Duitse Generaal-Majoor Stenger, die zijn intrek
genomen had in de woning van burgemeester Tielemans op de Grote Markt, op het
balkon neergeschoten werd, volgden vergeldingsacties: de huizen rond de Grote
Markt werden doorzocht op zoek naar de 'franctireurs' (Een
franc-tireur of vrijschutter is een persoon die een invallend vijandelijk leger
nadeel probeert te berokkenen, zonder dat hij een soldaat van een geregelde strijdmacht
is en een uniform draagt dat hem als zodanig kenbaar maakt. Het gaat dan ook om
burgerstrijders die niet als militair worden erkend door hun eigen of een
buitenlandse overheid)
en in brand gestoken, de bewoners werden bij de pomp op de Grote Markt bijeen
gedreven en een groep mannen werd meegenomen naar een weide aan de
Leuvensesteenweg. Daar werden ze per drie terechtgesteld. In het massagraf
werden later 75 lichamen gevonden. Later op de avond werd een tweede groep
gevangenen buiten de stad geleid. De volgende ochtend beslisten de Duitse
officieren om, zoals gedreigd, Een op drie gijzelaars terecht te stellen.
Opnieuw vielen 29 doden, waaronder de burgemeester en zijn zoon. Intussen ging
het plunderen en afbranden van de stad verder.
De burgers die nog in de
stad rondzwierven, werden in de kerk opgesloten en dagenlang vastgehouden.
Enkele keren werd er gedreigd met nieuwe executies. Af en toe werden groepen
weggeleid om loopgraven te graven of werken uit te voeren. Op 6 september
werden 300 gevangenen per trein weggevoerd naar het Sennelager kamp in
Duitsland.
In Aarschot zijn
volgens officiele bronnen 416 huizen afgebrand en 171 burgers omgekomen.
Aarschot
in 1914:
Na de Duitse inval trekt het Belgisch
veldleger zich terug achter de rivier de Gete. Bij Halen wordt even een
succesje geboekt, maar het is duidelijk voor de legerleiding dat het moeilijk
wordt om deze linie onder de Duitse druk te houden. Daarom wordt besloten het
leger terug te trekken binnen de Antwerpse fortengordel. De linkerflank
van het Belgisch leger wordt bezet door de delen van de 2de en de 3de divisie.
Het 9de linieregiment krijgt op 18 augustus de opdracht de terugtocht te
beschermen door zich op te stellen ten noorden en ten oosten van Aarschot.
18
Augustus :
In de aanloop van de beruchte Slag van
Aarschot was op 18 augustus het 9e Linie Regiment uit Leuven aangekomen, en men
bouwde een verdediging ten noordoosten van de stad richting Herselt, Gijmel en
Langdorp. De 4e compagnie van het 1e bataljon verschanste zich achter de bermen
van de spoorweg Antwerpen-Leuven-Aken. Andere eenheden van het 6e, 14e, 26e
linieregiment bewaakten de zuid- en oostkant van de stad of stonden in reserve
aan het station van Aarschot. Op 19 augustus kwam het tot een gevecht met de
oprukkende Duitsers. De stellingen van het Belgisch leger waren niet houdbaar
onder Duits artillerievuur, en het bevel tot terugtrekking kwam laat terecht
bij de 4e compagnie van kapitein Gilson. Zij trokken zich pas rond 8 uur terug
onder hevig vuur en een 120 Belgen sneuvelden, terwijl een twintigtal gewonde
en gevangen genomen Belgische soldaten nadien door Duitse soldaten werden
gedood en hun lichamen in de Demer werden geworpen. (15 van die vermoorde
soldaten waren van het 9de Linie Regiment)
18
Augustus :
De eenheden van de 2de Divisie die Aarschot bezetten, werden, op een
bataljon na, teruggetrokken en in de namiddag, vervangen door de 9de gemengde
brigade van de 3de Divisie, onder bevel van Generaalmaj Janssen.
Nog meer
noordwaarts werden de bruggen over de Nete tussen Heist-op-de-Berg en Booischot
bewaakt door infanteristen behorend bij de vestingtroepen van Antwerpen.
9de gem
Brigade van de 3de divisie : onder bevel van (Generaal Maj Janssen)
Heeft volgende opdracht :
De vijand
ophouden tot de achterhoede van de 2de Divisie Kortrijk - Dutzel had
bereikt:daarna terugtrekken op Tremelo of Lier. Opstelling: 9de Linie :
Opgesteld ten Noorden op de rechteroever van de Demer en houdt de toegangswegen
naar de stad Aarschot 14de Linie(-) : (bestaande uit 2 Bataljons) :Opgesteld
ten Zuidoosten van Aarschot met een defensieve stelling om aanvallen vanuit
Rillaar op te vangen ,stelling ter hoogte van Doornberg en steenweg op Rillaar
andere toegangswegen krijgen een bewakingspost. In vuursteun: Het 3de bataljon
van het 6 Linie Rgt en het 3de bataljon van het 26 Linie Rgt De artillerie: had
als opdracht om de def.posten te ondersteunen en neemt hiervoor de meest
geschikte gevechtsposten in.
Wat vooraf ging:
18 aug
1914: 9de linie was belast met de verdediging van
de rechter flank van het Belgisch Veldleger die zich terugtrok naar de Vesting
Antwerpen. Voormiddag Het 9de Linie Rgt krijgt als opdracht om
stellingen in te nemen ten Noorden van Aarschot.
14hr30 Het 9de Linie Rgt verlaat Kessel- Lo en
verplaatst zich naar Aarschot. 19hr Komt in Aarschot aan en plaats
zich ten Noorden op de rechter oever van de Demer. De 4de Cie van het 1ste
Bataljon heeft als opdracht: zich opstellen ten Noorden van Aarschot ,de weg
Aarschot - Herselt te bewaken en te verdedigen, de spoorlijn naar Antwerp te
bewaken en te verdedigen en het plaatsen van een wngpost ter hoogte van de
Ourodenbergmolen. Het 2de bataljon ligt iets meer naar het Oosten, en verdedigt
de Doorenberg , een voormalig kasteel. Het 3de Bataljon wordt in reserve
gehouden, maar na verkenning van het terrein, worden 2 Cie ingezet , ten
voordele van het 1ste en 2de Bataljon. De inlichtingen die geleidelijk
binnenkomen geven door dat de Duitsers zich voortbewegen via de as Route
Aarschot - Herselt. Deze route Aarschot - Herselt wordt gehouden door de
4de Cie van het 1ste Bataljon.De Comd van de 4de Cie, de Kapt.- Cdt Gilson
heeft opdracht gegeven om de posities te versterken, door middel van
schutterskuilen ,barricades , zandzakken en versperringen op de verhoogde
doorgangen ter hoogte van de spoorlijn Antwerpen - Hasselt en er worden
draadversperringen opgeworpen ter hoogte van de bedreigde doorgang. Er worden 2
machinegeweerposten geplaatst links en rechts van de baan. De rest van Cie
wordt als volgt opgesteld : Het eerste peloton :(Lt Fauconier) houdt het
gedeelte van de spoorweg Antwerpen -Herentals. Het tweede peloton : (Lt Jacuet)
en het derde peloton (Adj Theys) zijn geplaatst op de weg route naar Herselt en
houden respectievelijk de sector Oost en de sector West. Een waarnemingspost
(tellend 12 personen met 1ste Sgt Scheenaerts als Chef) wordt opgesteld 600m
voorwaarts aan km paal 2, dicht tegen Ourodenbergmolen. Schildwachten worden
voor en op de flanken geplaatst en patrouilles worden uitgestuurd om de
bewegingen van de vijand te volgen en inlichtingen te vergaren. Het werd een
zeer onrustige nacht: de mannen hebben niet veel geslapen, hoefgetrappel
,hondengeblaf, licht in de bossen hielden de mannen wakker en men voelde
duidelijk de vijand in de buurt.
19 aug
1914: Aanval vanuit Scherpenheuvel - Rillaar:
De in Scherpenheuvel gelegerde Duitse troepen trekken naar Rillaar op. De
voorhoede een Esk Dragonders met een verkennersploeg van 6 man sterk, onder
leiding van Lt Graf von Platen trokken als eerste het dorp Rillaar binnen.
Nabij de kerk was er een vooruitgeschoven post van het Belgische 9de Linie Rgt
,bemand door 5 man . Voor de Duitse verkennersploeg de Belgen kon opmerken
werden er drie van de 6 verkenners buiten gevecht gesteld, 2 Dragonders werden
gedood waaronder Lt Graf von Platen, de overige patrouille kon ontkomen
richting hun Esk. De Duitse batterijen namen hierop Rillaar onder vuur van op
Mannenberg, Intussen konden de 5 Belgische soldaten ongehinderd Rillaar
ontkomen. Het Eskadron chargeerde naar het dorp, de Dragonders vonden hun dode
Lt terug met afgesneden ringvinger. Hiervoor moest Rillaar boeten : De Duitse
troepen wraakte zich op het dorp. Plundering en de huizen werden platgebrand,
33 woningen gingen in de vlammen op. Vluchtende burgers tussen Rillaar en
Aarschot werden beschoten. Aanval vanuit Herselt De Duitse eenheid die
uit de richting van Herselt komt , heeft als opdracht om Aarschot aan te vallen
en te veroveren. Omdat de grote steenweg deze eenheid niet volledig kan slikken
werd er beslist om een deel van deze eenheid , de ruiterij ,een Bataljon jagers
en enkele stukken veldgeschut om Ramsel te laten trekken en een stelling te
laten innemen aan de molen. De infanterie rukte in gevechtspositie door de
velden en bossen, de artillerie gebruikte de steenweg , waar zij in 3 colonnes
naast elkaar oprukt. Twee over de weg en een over de tramlijn. De Duitse
batterijen worden vijf km voor de stad Aarschot opgesteld en richten hun vuur
op de binnenstad.
Tegen 5hr, De waarnemingspost meld de vordering
,op de weg van Herselt, van de eerste ploegen Duitse verkenners en een colonne
Infanterie en Cavalerie die hen volgde. Duitse verkenners vorderen tot op
hoogte van de waarnemingspost van de 1ste Sgt Scheenaert, deze geeft het bevel
om terug te plooien. In de verte horen zij het karakteristiek geluid van
rollende artilleriestukken op de kasseien. De vijandelijke voorhoede
bestaand uit een Cie stopt aan de voorrand van de dekkingen ,ong 400 m te
Noorden van de spoorweg, terwijl uiterst rechts, 6 verkenners vorderen tot de
verhoogde doorgang van de spoorlijn. Comd Gilson geeft het bevel aan zijn
manschappen om zich te verbergen en de vijand te laten komen, eenmaal dat de
vijand tot 100m is genaderd opent hij het vuur. (hij nam zijn geweer, richtte
rustig en beheerst) en schot per schot dode hij de drie eerste verkenners , de
drie anderen kunnen zich op tijd in veiligheid brengen. Nieuwe verkenners nemen
hun plaats in en de Duitse Cie ontplooit zich west en oost van de weg en
beantwoordt het geweervuur. De 4de Cie had het bevel gekregen om het vijandelijk
vuur niet te beantwoorden om alzo hun dekkingen niet te verraden, de Duitse
voorhoede maakt een tactische fout. In een lange lijn maken zij een sprong
voorwaarts , zonder dekking en in open terrein . Op dat moment geeft de Comd
Gilson het bevel om te vuren ook aan de machinegeweerposten. De laatste schoten
zo goed en juist , dat zelfs de Comd zich niet in hield om Bravo te roepen naar
de dicht bijzijnde machinegeweerpost. Door deze tactische zet werd de Duitse
Cie bijna tot nul herleid. Vanaf dat moment, stuurden de Duitsers nieuwe versterkingen
links en rechts van hun initiele ontplooiing. Zij vorderden door de dekkingen
van 300 tot 400 meter te Noorden van de Belgische verdedigingslijn. Maar
eennmaal terug in open veld worden zij gestopt door het Belgisch vuur.
6hr Vier Duitse Cies hebben geprobeerd om een doorgang te forceren
maar telkens moesten zij terug in de dekkingen en met een groot aantal van haar
manschappen achterlatend in open veld tot dan hebben de manschappen van de 4de
Cie geschoten als op een schietstand. De Duitse batterijen openden het vuur
geplaatst in de laagte, waarschijnlijk ter hoogte van km paal 3, eerst op de
voorrand noord van Aarschot, daarna meer naar het Zuiden en in het centrum van
de stad. Enkele granaten komen in de Belgische def. linie terecht.
6hr30
Een Duitse machinegeweerstelling komt in actie en men ziet enkel hun vuurmond
door de opspringende stof en aarde van het machinegeweervuur. Door al dat rook
kunnen de Belgen deze stelling moeilijk lokaliseren. Doormiddel van een
verrekijker kan de Comd Gilson de machinegeweerstelling vinden, nabij klein
bosje lag een Duitse observator die de schutter aanwijzingen geeft. De Comd
geeft ogenblikkelijk deze inlichtingen door aan de dicht bijzijnde
machinegeweerpost en enkele infanteristen, die met gericht vuur de vijandelijke
stelling het zwijgen oplegt. De Duitsers plaatsen een tweede, die door de Comd
met veel moeite kan gelokaliseerd worden. Deze kon gedurende een tijd
doorvuren. Ook doormiddel van de verrekijker kon hij deze opmerken en hij leidt
een gericht vuur en schakelde hiermee de bedienaars uit. Omdat de Duitsers niet
door de Belgische verdedigingslinie konden geraken, beslisten deze om een
omsingelende beweging uit te voeren op onze linkse flank. Drie tot vier Cies
vorderen langs de dekkingen van de spoorlijn Herentals, andere eenheden
vorderen door de Heibossen meer naar het Oosten gelegen. Om deze omtrekkende
Duitse aanval te misleiden, vuurden de Duitse artillerie, bestaande uit 4
stukken, genaderd tot 700m en geplaatst naast de molen, een verhoogde cadans
met splintergranaten uit. Op de gaanderij van de molen verbergt zich een Duitse
waarnemer die de juiste aanwijzingen gaf van de Belgische stellingen. De
Belgische verdedigingslinies krijgen het hard te verduren, de andere Duitse
batterijen blijven de stad Aarschot en de voorrand bombarderen. Om het
overwicht van de Duitse beweging te baas te kunnen en dat deze niet zou
doorbreken, beslist Kolonel Flebus , Comd van 9de linie, om een Cie uit te
sturen die zich ter hoogte van de spoorweg achter Aarschot moest opstellen,
langs daar is er een terugweg mogelijk, als zij de stellingen niet meer zouden
kunnen houden. De Duitsers zetten hun aanval voert op de 4de Cie van het
1ste Bataljon, waar de mannen een ongelijk gevecht leveren. Via een wielrijder
stuurt de Comd Gilson volgend bericht aan de Majoor. <<4de Cie
volledig in gevecht . De Duitsers overrompelen ons langs links, kan ik op
versterkingen rekenen?>> Deze vraag wordt aan de Kolonel doorgegeven en
hij geeft de opdracht aan een 3de Cie om een peloton in steun te geven aan de
4de Cie. Maar om op de plaats te komen van het CP van de 4de Cie, moet het
peloton eerst door een open zone vorderen. Die volledig onder vijandelijk
artillerievuur ligt afkomstig van de vijandelijke batterijen ter hoogte van
Gijmelberg. Hier door vorderen was te gevaarlijk. De mannen proberen zich in
veiligheid te brengen door het opwerpen van schootstellingen. Vijandelijk
machinegeweervuur verhindert hen dit met veel slachtoffers aan Belgische zijde.
Intussen krijgt de Generaal-majoor Janssen het bericht dat de
achterhoede van de 2de Divisie te 6hr30 Kortrijk - Dutzel zal passeren en
daarmee was de opdracht van de 3de divisie ingevuld. Hij kon nu de 3de Divisie
in veiligheid brengen.
6hr20 De generaal-majoor Janssen beval dat de 4de
Cie zich onmiddellijk moest terugtrekken, de overige eenheden kregen via een
marsorder, de volg weg tot terugtrekking. Gezien deze omstandigheid, besliste
de kolonel Flebus de terugtrekking via de spoorlijn, waar de Cie in reserve
zijn manschappen heeft opgesteld.. De lopers die de marsorder tot terugtrekking
aan 4de Cie moesten brengen werden gedood, De Comd Gilson blijft verweest
achter ,zonder orders en zonder de nodige versterkingen ,hij ziet dat de 1ste
Cie die de rechterflank moest verdedigen zich richting Aarschot terugtrekt.
De staf van de 9de Linie Rgt merkte op dat de 4de Cie geen aanstalde
maakte tot een versnelde terugtrekking. Daarop gaf Kolonel Flebus de opdracht
aan twee pelotons om onder zijn leiding ,versperringen op te werpen voor de
Kruispoort bij de Lierse Poort, hij trok zich pas terug, als hij vernam dat de
Comd Gilson in zijn terugtocht was geslaagd.
6hr30 Het 14de Linie Rgt,
het 3de bataljon van het 6de Linie Rgt en het 3de bataljon van het 26de Linie
Rgt die het Noord Oosten van Aarschot verdedigden, konden zich vrij ongehinderd
terugtrekken. Een peloton van het 26de Linie Rgt dat een Duitse Cie , ter
hoogte vande Mot aan km paal 15 een flinke dreun heeft gegeven en wat de held
gingen uithangen door wat te lang op hun stelling te blijven, werden op hun
beurt aangevallen, waardoor zij ijlings moesten terugtrekken met zware
verliezen in hun rangen tot gevolg. Terugtrekkend door het Hertogenbos
bleven er nog 15 manschappen over.. De Brigade trok zich verder terug naar Leuven.
In het velddagboek van Comd Gilson lezen wij het volgende : Bij
het zien van de terugtrekkende 1ste Cie richting Aarschot, heb ik begrepen dat
positie van het Rgt niet meer te houden was. Twee mogelijkheden spookten
door me: a)de opdracht om terug te trekken is me niet toegekomen b)of zij laten
mij de mogelijkheid om het terugtrekkend Regiment te
beschermen. Bij de mogelijkheid dat het terugtrekkend Rgt onder
vijandelijk artillerievuur zou vallen, wat niet ondenkbaar is, als ik nu zou
stoppen met de vijandelijke aanval tegen te houden en als ik de Duitsers deze
mogelijkheid zou geven.. Dan was er maar een oplossing: het terugtrekkend Rgt
dekken en te vechten tot al onze middelen en munitie zijn opgebruikt. Ik riep
moed in bij mijn manschappen: Courage, tenons encore quelques instant,
voici les camarades qui viennent nous secourir . Moed houden jongens, nog
enkele momenten en onze kameraden zijn hier om ons te versterken! Maar
de versterkingen kwamen niet, mijn manschappen moeten met lede ogen toekijken
naar de opoffering die ik van hen vroeg. Ik herinner hen aan de belofte die
gemaakt werd in Luik , vechten tot der dood. Cest maintenant , qu on connaitra
les braves Jongens dit het is het moment , later zullen ze ons herdenken om
onze heldenmoed Ik maakte voor mijn Hoofdkwartier 2 nieuwe veldorders,
uitleggend mijn situatie en mijn beslissing die ik heb genomen. De orders zijn
nooit op hun bestemming geraakt, de lopers werden gedood bij het binnenkomen
van de stad Aarschot, deze lag volledig onder vijandelijk vuur.
tegen
7hr: Ik besloot om terug te trekken en ik stuur een soldaat naar het kruispunt
, om te kijken of heel het Rgt was teruggetrokken naar het Zuiden. Later
tijdens mijn terugtrekking, zal ik zijn lichaam vinden bij de ingang van de
stad, zijn gezicht de helft opengereten door een shrapnell. Ik herkende hem aan
zijn witte veldtas.
Vanaf 7hr15: We zijn
omsingeld door ,denk ik, een minstens 10tal Duitse Compagnies , het vijandelijk
vuur was zo erg dat communicatie zeer moeilijk was met het peloton van Lt
Fauconier die links zijn positie aan het verdedigen was.
7hr30: De Lt Jacquet, met zijn positie links van
de weg , riep me toe dat de positie onhoudbaar werd. Dat de vijand een omsingeling
gemaakt heeft en hen in de rug aanvalt. Ik kon hen duidelijk zien, maar ik vond
dat het nog te vroeg was om los te haken, de vijand kon nog steeds het Rgt
achtervolgen. Ik maakte hem met veel handgezwaai duidelijk dat hij zijn
posities nog even moest standhouden wat er ook gebeurd. De Luitenant groette me
dat hij het begrepen had. Het gevecht verliep als het volgt: De Duitsers
hadden 6 machinegeweren laten opstellen: 2 voor, 2 op onze rechtse flank en 2
op onze linkse De artilleriestukken schoten voortdurend achter ons op de stad en
in onze linie.
7hr55: Een van onze
machinegeweren geraakt defect , ik probeer de tweede redden, de bedienaars
trekken hem naar achter, maar de enkele minuten dat het duurde , krijgt het
wapen de volle laag en wordt volledig vernield. We gooien hem in een put. Op
dit moment ,het Rgt moet volledig buiten het bereik zijn van Duitsers, er,
Korporaal Deltombe (gewond), Korporaal Bauwens Fernand en soldaat Berlens. Deze
vier militairen hebben gedurende de terugtocht mij ondersteund tot bijna
gedragen tot ik zelf door de hevige bloeding mijn bewustzijn begon te
verliezen. Een Belgisch rapport geeft volgende verliezen: 120 doden ,
600 gewonden en 355 krijgsgevangenen. Aan Duitse zijde: 70 doden waaronder 2
off . De vijand bezette Aarschot , gruwelijke massamoorden en
platbranden van woningen hebben gedurende 3 dagen de Stad Aarschot geteisterd.
Bronweergave
Vertaling uit : REVUE DE LA PRESSE DU NO 145 18 JUILLET 1918 La Belgique
heroique et vaillante Aerschot 19 Aug1914 Opgemaakt door Baron C.Buffin
Vrije vertaling Verslag van de gevechten : naar het velddagboek van
Kapt.-Cdt Gilson Georges gebruikte bronnen: Oostbrabant 1979-2 : Oostbrabantse
werkgemeenschap met haar bronnen
www.oostbrabant.org/tijdschriften/Oostbrabant/1979-2 De Slag van Aarschot zoals
beschreven in De Legerbode nr 664 24 augustus 1919
9de gem
Brigade van de 3de divisie : onder bevel van (Generaal Maj Janssen)
Heeft volgende opdracht :
De vijand
ophouden tot de achterhoede van de 2de Divisie Kortrijk - Dutzel had
bereikt:daarna terugtrekken op Tremelo of Lier. Opstelling: 9de Linie :
Opgesteld ten Noorden op de rechteroever van de Demer en houdt de toegangswegen
naar de stad Aarschot 14de Linie(-) : (bestaande uit 2 Bataljons) :Opgesteld
ten Zuidoosten van Aarschot met een defensieve stelling om aanvallen vanuit
Rillaar op te vangen ,stelling ter hoogte van Doornberg en steenweg op Rillaar
andere toegangswegen krijgen een bewakingspost. In vuursteun: Het 3de bataljon
van het 6 Linie Rgt en het 3de bataljon van het 26 Linie Rgt De artillerie: had
als opdracht om de def.posten te ondersteunen en neemt hiervoor de meest geschikte gevechtsposten in.
Wat vooraf ging: 18 aug
1914: 9de linie was belast met de verdediging van
de rechter flank van het Belgisch Veldleger die zich terugtrok naar de Vesting
Antwerpen. Voormiddag Het 9de Linie Rgt krijgt als opdracht om
stellingen in te nemen ten Noorden van Aarschot.
14hr30 Het 9de Linie Rgt verlaat Kessel- Lo en
verplaatst zich naar Aarschot. 19hr Komt in Aarschot aan en plaats
zich ten Noorden op de rechter oever van de Demer. De 4de Cie van het 1ste
Bataljon heeft als opdracht: zich opstellen ten Noorden van Aarschot ,de weg
Aarschot - Herselt te bewaken en te verdedigen, de spoorlijn naar Antwerp te
bewaken en te verdedigen en het plaatsen van een wngpost ter hoogte van de
Ourodenbergmolen. Het 2de bataljon ligt iets meer naar het Oosten, en verdedigt
de Doorenberg , een voormalig kasteel. Het 3de Bataljon wordt in reserve
gehouden, maar na verkenning van het terrein, worden 2 Cie ingezet , ten
voordele van het 1ste en 2de Bataljon. De inlichtingen die geleidelijk
binnenkomen geven door dat de Duitsers zich voortbewegen via de as Route
Aarschot - Herselt. Deze route Aarschot - Herselt wordt gehouden door de
4de Cie van het 1ste Bataljon.De Comd van de 4de Cie, de Kapt.- Cdt Gilson
heeft opdracht gegeven om de posities te versterken, door middel van
schutterskuilen ,barricades , zandzakken en versperringen op de verhoogde
doorgangen ter hoogte van de spoorlijn Antwerpen - Hasselt en er worden
draadversperringen opgeworpen ter hoogte van de bedreigde doorgang. Er worden 2
machinegeweerposten geplaatst links en rechts van de baan. De rest van Cie
wordt als volgt opgesteld : Het eerste peloton :(Lt Fauconier) houdt het
gedeelte van de spoorweg Antwerpen -Herentals. Het tweede peloton : (Lt Jacuet)
en het derde peloton (Adj Theys) zijn geplaatst op de weg route naar Herselt en
houden respectievelijk de sector Oost en de sector West. Een waarnemingspost
(tellend 12 personen met 1ste Sgt Scheenaerts als Chef) wordt opgesteld 600m
voorwaarts aan km paal 2, dicht tegen Ourodenbergmolen. Schildwachten worden
voor en op de flanken geplaatst en patrouilles worden uitgestuurd om de
bewegingen van de vijand te volgen en inlichtingen te vergaren. Het werd een
zeer onrustige nacht: de mannen hebben niet veel geslapen, hoefgetrappel
,hondengeblaf, licht in de bossen hielden de mannen wakker en men voelde
duidelijk de vijand in de buurt. 19 aug
1914: Aanval vanuit Scherpenheuvel - Rillaar:
De in Scherpenheuvel gelegerde Duitse troepen trekken naar Rillaar op. De
voorhoede een Esk Dragonders met een verkennersploeg van 6 man sterk, onder
leiding van Lt Graf von Platen trokken als eerste het dorp Rillaar binnen.
Nabij de kerk was er een vooruitgeschoven post van het Belgische 9de Linie Rgt
,bemand door 5 man . Voor de Duitse verkennersploeg de Belgen kon opmerken
werden er drie van de 6 verkenners buiten gevecht gesteld, 2 Dragonders werden
gedood waaronder Lt Graf von Platen, de overige patrouille kon ontkomen
richting hun Esk. De Duitse batterijen namen hierop Rillaar onder vuur van op
Mannenberg, Intussen konden de 5 Belgische soldaten ongehinderd Rillaar
ontkomen. Het Eskadron chargeerde naar het dorp, de Dragonders vonden hun dode
Lt terug met afgesneden ringvinger. Hiervoor moest Rillaar boeten : De Duitse
troepen wraakte zich op het dorp. Plundering en de huizen werden platgebrand,
33 woningen gingen in de vlammen op. Vluchtende burgers tussen Rillaar en
Aarschot werden beschoten. Aanval vanuit Herselt De Duitse eenheid die
uit de richting van Herselt komt , heeft als opdracht om Aarschot aan te vallen
en te veroveren. Omdat de grote steenweg deze eenheid niet volledig kan slikken
werd er beslist om een deel van deze eenheid , de ruiterij ,een Bataljon jagers
en enkele stukken veldgeschut om Ramsel te laten trekken en een
stelling te laten innemen aan de molen. De infanterie rukte in gevechtspositie door
de velden en bossen, de artillerie gebruikte de steenweg , waar zij in 3
colonnes naast elkaar oprukt. Twee over de weg en een over de tramlijn. De
Duitse batterijen worden vijf km voor de stad Aarschot opgesteld en richten hun
vuur op de binnenstad. Tegen 5hr, De waarnemingspost meld de
vordering ,op de weg van Herselt, van de eerste ploegen Duitse verkenners en
een colonne Infanterie en Cavalerie die hen volgde. Duitse verkenners vorderen
tot op hoogte van de waarnemingspost van de 1ste Sgt Scheenaert, deze geeft het
bevel om terug te plooien. In de verte horen zij het karakteristiek geluid van
rollende artilleriestukken op de kasseien. De vijandelijke voorhoede
bestaand uit een Cie stopt aan de voorrand van de dekkingen ,ong 400 m te
Noorden van de spoorweg, terwijl uiterst rechts, 6 verkenners vorderen tot de
verhoogde doorgang van de spoorlijn. Comd Gilson geeft het bevel aan zijn
manschappen om zich te verbergen en de vijand te laten komen, eenmaal dat de
vijand tot 100m is genaderd opent hij het vuur. (hij nam zijn geweer, richtte
rustig en beheerst) en schot per schot dode hij de drie eerste verkenners , de
drie anderen kunnen zich op tijd in veiligheid brengen. Nieuwe verkenners nemen
hun plaats in en de Duitse Cie ontplooit zich west en oost van de weg en
beantwoord het geweervuur. De 4de Cie had het bevel gekregen om het vijandelijk
vuur niet te beantwoorden om alzo hun dekkingen niet te verraden, de Duitse
voorhoede maakt een tactische fout. In een lange lijn maken zij een sprong
voorwaarts , zonder dekking en in open terrein . Op dat moment geeft de Comd
Gilson het bevel om te vuren ook aan de machinegeweerposten. De laatste schoten
zo goed en juist , dat zelfs de Comd zich niet in hield om Bravo te roepen naar
de dicht bijzijnde machinegeweerpost. Door deze tactische zet werd de Duitse
Cie bijna tot nul herleid. Vanaf dat moment, stuurden de Duitsers nieuwe versterkingen
links en rechts van hun initiele ontplooiing. Zij vorderden door de dekkingen
van 300 tot 400 meter te Noorden van de Belgische verdedigingslijn. Maar
eennmaal terug in open veld worden zij gestopt door het Belgisch vuur.
6hr Vier Duitse Cies hebben geprobeerd om een doorgang te forceren
maar telkens moesten zij terug in de dekkingen en met een groot aantal van haar
manschappen achterlatend in open veld tot dan hebben de manschappen van de 4de
Cie geschoten als op een schietstand. De Duitse batterijen openden het vuur
geplaatst in de laagte, waarschijnlijk ter hoogte van km paal 3, eerst op de
voorrand noord van Aarschot, daarna meer naar het Zuiden en in het centrum van
de stad. Enkele granaten komen in de Belgische def. linie terecht. 6hr30
Een Duitse machinegeweerstelling komt in actie en men ziet enkel hun vuurmond
door de opspringende stof en aarde van het machinegeweervuur. Door al dat rook
kunnen de Belgen deze stelling moeilijk lokaliseren. Doormiddel van een
verrekijker kan de Comd Gilson de machinegeweerstelling vinden, nabij klein
bosje lag een Duitse observator die de schutter aanwijzingen geeft. De Comd
geeft ogenblikkelijk deze inlichtingen door aan de dicht bijzijnde
machinegeweerpost en enkele infanteristen, die met gericht vuur de vijandelijke
stelling het zwijgen oplegt. De Duitsers plaatsen een tweede, die door de Comd
met veel moeite kan gelokaliseerd worden. Deze kon gedurende een tijd
doorvuren. Ook doormiddel van de verrekijker kon hij deze opmerken en hij leidt
een gericht vuur en schakelde hiermee de bedienaars uit. Omdat de Duitsers niet
door de Belgische verdedigingslinie konden geraken, beslisten deze om een
omsingelende beweging uit te voeren op onze linkse flank. Drie tot vier Cies
vorderen langs de dekkingen van de spoorlijn Herentals, andere eenheden
vorderen door de Heibossen meer naar het Oosten gelegen. Om deze omtrekkende
Duitse aanval te misleiden, vuurden de Duitse artillerie, bestaande uit 4 stukken, genaderd tot
700m en geplaatst naast de molen, een verhoogde cadans met splintergranaten
uit. Op de gaanderij van de molen verbergt zich een Duitse waarnemer die de
juiste aanwijzingen gaf van de Belgische stellingen. De Belgische
verdedigingslinies krijgen het hard te verduren, de andere Duitse batterijen
blijven de stad Aarschot en de voorrand bombarderen. Om het overwicht van de
Duitse beweging te baas te kunnen en dat deze niet zou doorbreken, beslist
Kolonel Flebus , Comd van 9de linie, om een Cie uit te sturen die zich ter
hoogte van de spoorweg achter Aarschot moest opstellen, langs daar is er een
terugweg mogelijk, als zij de stellingen niet meer zouden kunnen houden.
De Duitsers zetten hun aanval voert op de 4de Cie van het 1ste Bataljon, waar
de mannen een ongelijk gevecht leveren. Via een wielrijder stuurt de Comd
Gilson volgend bericht aan de Majoor. <<4de Cie volledig in
gevecht . De Duitsers overrompelen ons langs links, kan ik op versterkingen
rekenen?>> Deze vraag wordt aan de Kolonel doorgegeven en hij geeft de
opdracht aan een 3de Cie om een peloton in steun te geven aan de 4de Cie. Maar
om op de plaats te komen van het CP van de 4de Cie, moet het peloton eerst door
een open zone vorderen. Die volledig onder vijandelijk artillerievuur ligt
afkomstig van de vijandelijke batterijen ter hoogte van Gijmelberg. Hier door
vorderen was te gevaarlijk. De mannen proberen zich in veiligheid te brengen
door het opwerpen van schootstellingen. Vijandelijk machinegeweervuur
verhindert hen dit met veel slachtoffers aan Belgische zijde.
Intussen krijgt de Generaal-majoor Janssen het bericht dat de achterhoede van
de 2de Divisie te 6hr30 Kortrijk - Dutzel zal passeren en daarmee was de
opdracht van de 3de divisie ingevuld. Hij kon nu de 3de Divisie in veiligheid
brengen. 6hr20 De generaal-majoor Janssen beval dat de 4de Cie zich
onmiddellijk moest terugtrekken, de overige eenheden kregen via een marsorder,
de volg weg tot terugtrekking. Gezien deze omstandigheid, besliste de kolonel
Flebus de terugtrekking via de spoorlijn, waar de Cie in reserve zijn manschappen
heeft opgesteld.. De lopers die de marsorder tot terugtrekking aan 4de Cie
moesten brengen werden gedood, De Comd Gilson blijft verweest achter ,zonder
orders en zonder de nodige versterkingen ,hij ziet dat de 1ste Cie die de
rechterflank moest verdedigen zich richting Aarschot terugtrekt. De staf
van de 9de Linie Rgt merkte op dat de 4de Cie geen aanstalde maakte tot een
versnelde terugtrekking. Daarop gaf Kolonel Flebus de opdracht aan twee
pelotons om onder zijn leiding ,versperringen op te werpen voor de Kruispoort
bij de Lierse Poort, hij trok zich pas terug, als hij vernam dat de Comd Gilson
in zijn terugtocht was geslaagd. 6hr30 Het 14de Linie Rgt, het 3de
bataljon van het 6de Linie Rgt en het 3de bataljon van het 26de Linie Rgt die het
Noord Oosten van Aarschot verdedigden, konden zich vrij ongehinderd
terugtrekken. Een peloton van het 26de Linie Rgt dat een Duitse Cie , ter
hoogte vande Mot aan km paal 15 een flinke dreun heeft gegeven en wat de held
gingen uithangen door wat te lang op hun stelling te blijven, werden op hun
beurt aangevallen, waardoor zij ijlings moesten terugtrekken met zware
verliezen in hun rangen tot gevolg. Terugtrekkend door het Hertogenbos
bleven er nog 15 manschappen over.. De Brigade trok zich verder terug naar Leuven.
In het velddagboek van Comd Gilson lezen wij het volgende : Bij
het zien van de terugtrekkende 1ste Cie richting Aarschot, heb ik begrepen dat
positie van het Rgt niet meer te houden was. Twee mogelijkheden spookten
door me: a)de opdracht om terug te trekken is me niet toegekomen b)of zij laten
mij de mogelijkheid om het terugtrekkend Regiment te
beschermen. Bij de mogelijkheid dat het terugtrekkend Rgt onder
vijandelijk artillerievuur zou vallen, wat niet ondenkbaar is, als ik nu zou
stoppen met de vijandelijke aanval tegen te
houden en
als ik de Duitsers deze mogelijkheid zou geven.. Dan was er maar een oplossing:
het terugtrekkend Rgt dekken en te vechten tot al onze middelen en munitie zijn
opgebruikt. Ik riep moed in bij mijn manschappen: Courage, tenons encore
quelques instant, voici les camarades qui viennent nous secourir . Moed
houden jongens, nog enkele momenten en onze kameraden zijn hier om ons te
versterken! Maar de versterkingen kwamen niet, mijn manschappen moeten
met lede ogen toekijken naar de opoffering die ik van hen vroeg. Ik herinner
hen aan de belofte die gemaakt werd in Luik , vechten tot der dood. Cest
maintenant , qu on connaitra les braves Jongens dit het is het moment , later
zullen ze ons herdenken om onze heldenmoed Ik maakte voor mijn
Hoofdkwartier 2 nieuwe veldorders, uitleggend mijn situatie en mijn beslissing
die ik heb genomen. De orders zijn nooit op hun bestemming geraakt, de lopers
werden gedood bij het binnenkomen van de stad Aarschot, deze lag volledig onder
vijandelijk vuur. tegen 7hr: Ik besloot om terug te trekken en ik stuur
een soldaat naar het kruispunt , om te kijken of heel het Rgt was
teruggetrokken naar het Zuiden. Later tijdens mijn terugtrekking, zal ik zijn
lichaam vinden bij de ingang van de stad, zijn gezicht de helft opengereten
door een shrapnell. Ik herkende hem aan zijn witte veldtas. Vanaf
7hr15: We zijn omsingeld door ,denk ik, een
minstens 10tal Duitse Compagnies , het vijandelijk vuur was zo erg dat
communicatie zeer moeilijk was met het peloton van Lt Fauconier die links zijn
positie aan het verdedigen was. 7hr30: De
Lt Jacquet, met zijn positie links van de weg , riep me toe dat de positie
onhoudbaar werd. Dat de vijand een omsingeling gemaakt heeft en hen in de rug
aanvalt. Ik kon hen duidelijk zien, maar ik vond dat het nog te vroeg was om
los te haken, de vijand kon nog steeds het Rgt achtervolgen. Ik maakte hem met
veel handgezwaai duidelijk dat hij zijn posities nog even moest standhouden wat
er ook gebeurd. De Luitenant groette me dat hij het begrepen had. Het
gevecht verliep als het volgt: De Duitsers hadden 6 machinegeweren laten
opstellen: 2 voor, 2 op onze rechtse flank en 2 op onze linkse De
artilleriestukken schoten voortdurend achter ons op de stad en in onze linie.
7hr55: Een van onze machinegeweren geraakt
defect , ik probeer de tweede redden, de bedienaars trekken hem naar achter,
maar de enkele minuten dat het duurde , krijgt het wapen de volle laag en wordt
volledig vernield. We gooien hem in een put. Op dit moment ,het Rgt moet
volledig buiten het bereik zijn van Duitsers, er, Korporaal Deltombe (gewond),
Korporaal Bauwens Fernand en soldaat Berlens. Deze vier militairen hebben
gedurende de terugtocht mij ondersteund tot bijna gedragen tot ik zelf door de
hevige bloeding mijn bewustzijn begon te verliezen. Een Belgisch rapport
geeft volgende verliezen: 120 doden , 600 gewonden en 355 krijgsgevangenen. Aan
Duitse zijde: 70 doden waaronder 2 off . De vijand bezette Aarschot , gruwelijke
massamoorden en platbranden van woningen hebben gedurende 3 dagen de Stad
Aarschot geteisterd. Bronweergave
Vertaling uit : REVUE DE LA
PRESSE DU NO 145 18 JUILLET 1918 La Belgique heroique et vaillante Aerschot 19
Aug1914 Opgemaakt door Baron C.Buffin Vrije vertaling Verslag van
de gevechten : naar het velddagboek van Kapt.-Cdt Gilson Georges gebruikte
bronnen: Oostbrabant 1979-2 : Oostbrabantse werkgemeenschap met haar bronnen
www.oostbrabant.org/tijdschriften/Oostbrabant/1979-2 De Slag van Aarschot zoals
beschreven in De Legerbode nr 664 24 augustus 1919
|
|
|
|
Monument Aarschot
geplaatst op 2014-07-20 |
Verwijzing naar
het 9de Linie regiment . Geplaatst op 29 augustus 1957. Het originele zou verwijderd zijn in 1940.
door de Duitse bezettingsmacht. Mogelijk naar aanleiding van de tekst die
verwees naar de moord op 28 soldaten op 20 augustus 1914 in Aarschot.
|
|
|
|
Monument Aarschot 2
geplaatst op 2014-07-20 |
|
|
|
|
Vesting Antwerpen tot 09 oktober
geplaatst op 2014-10-01 |
Vesting Antwerpen
DE TOESTAND IN 1914.
Artikels uit : De legerbode van 1920 en 1921
Het nationaal plan.
Dit systeem van de steunpunten Luik en Namen en van de Vesting Antwerpen moest de bescherming verzekeren van de mobilisatie en de concentratie van het veldleger binnen deze driehoek.
Het veldleger en andere eenheden moesten ten alle tijden inzetbaar blijven.
Indien de aanval uit het zuiden komt,kan het leger zich op de Maas opstellen, of indien noodzakelijk offensief optreden in de Ardennen. In geval van mislukking kan het terugvallen op de steunpunten van Luik en Namen.
Indien de aanval langs de Maasvallei of Midden-Belgie gebeurt,zullen de Stellingen Luik en Namen,samen met het vernielen van bruggen en spoorwegen,de tegenstander vertragen.
Er wordt tijd gewonnen met het oog op de tussenkomst van de Gezanten. Komen deze evenwel te laat,dan kan het leger terugvallen op het Nationaal Reduit Antwerpen.
De rol toegeschreven aan de Vesting Antwerpen.
Bron: fortengordels.be
- Basis van het veldleger.
- Dubbel bruggenhoofd op Schelde,Rupel en Beneden-Nete,dat het veldleger moet toelaten te manoeuvreren op de beide oevers.
- Nationaal Reduit (De laatste zelfstandige verdedigingswerk waar de soldaten zich kunnen verschansen als alle andere verdedigingswerken al ingenomen zijn) in geval van een vijandelijke overmacht.
Organisatie van de Vesting.
Rechteroever:
Hoofdweerstandstelling (buitenlijn) bestaande uit oude forten aangevuld met nieuwe forten en schansen:
De forten van Stabroek, Ertbrand, Brasschaat, Kapellen, Schoten,'s, Gravenwezel, Merksem, Oelegem, Broechem, Kessel, Lier, Koningshooikt,
Sint-Katalijne-Waver, Walem, Breendonk, Liezele en Bornem.
De schansen van Berendrecht,Smoutakker,Driehoek,Audaan,Schilde,Massenhoven,Tallaart,Bosbeek,Dorpveld,Letterheide en Puurs.
De veiligheidsomwalling bestaande uit de oude fortengordel, van Fort 2 tot 7 aangevuld met kleine schansen en met een uitbreiding naar het noorden.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 2
De oude Stadsomwalling van 1858
Linkeroever:
Hoofdweerstandstelling (de buitenlinie) bestaande uit:
De forten van Rupelmonde (Steendorp) en Haasdonk.
De schansen van Landmolen en Lauwershoek.
Tweede verdedigingslijn bestaande uit de oude forten van
St.-Marie,Zwijndrecht en Kruibeke en de Defensieve Dijk.
Beneden-Schelde:
Drie kustbatterijen ter vervanging van de nog te af te bouwen forten van Doel en Oudendijk.
De verdediging van de bocht van Kallo bestaande uit de forten St. Marie,St. Filips en De Perck en een mijnenbarrage.
Onderwaterzetting van de beide Scheldeoevers.
De Hoofdweerstandstelling.
De ligging.
Op de rechteroever van de Schelde, ten zuiden van de Nete en de Rupel, op de linkeroever tussen Steendorp en de Linkeroeverinundatie.
Ten opzichte van de Antwerpse agglomeratie ligt de Fortengordel op de rechteroever 9 tot 16 km, op de linkeroever 11 km. Hierdoor kan de stad niet gebombardeerd worden met de in gebruik zijnde artilleriestukken.
De uitgestrektheid.
94 km over de twee oevers, waarvan 70 km op de rechteroever en 24 km op de linkeroever van de Schelde.
Van deze laatste worden slechts 6 km beschermd door permanente versterkingen. Twaalf km worden verdedigd door inundaties van de Beneden-Schelde.
plan forten 1 tot 8 (Vlaamse Gemeenschap, 01-01-1985, Vlaamse Gemeenschap)
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 3
De versterkte Vesting Antwerpen in 1914 (Cdt. L. Manet).
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 4
De organisatie.
Om de 5 km is er een fort. Tussen twee forten is er telkens een schans voor de verdediging van de intervallen tussen de forten. De forten zijn uitgerust met zware artilleriestukken onder pantserkoepels.
Bestaande kleine forten zoals Kapellen en Duffel worden als tussenwerk gebruikt.
Daar waar geinundeerd kon worden, waren schansen overbodig o.a. :Kleine Nete tussen Broechem en Kessel en Grote Nete tussen Lier en Kessel.
Ten gevolge van de ligging van de dorpskom van Sint-Katalijne-Waver, bouwde men twee halve schansen in Bosbeek en Dorpveld.
Op de Linkeroever tussen de Forten van Haasdonk en Steendorp (6 km) werden twee schansen gebouwd: Landmolen en Lauwershoek.
Schans Lauwershoek Foto: Onroerend Erfgoed
DE STERKTE VAN DE VESTING ANTWERPEN IN 1914.
De hoofdweerstandstelling bestaat uit een forten- en schansenlijn, zonder verdere permanente werken in de tussenruimten. De perimeter bedraagt 94 km met gemiddeld een werk om de drie km.
De forten van de eerste orde hebben 20 stukkengeschut, die van tweede orde 16 stukken en een schans slechts negen stukken. Deze artillerie (670 stuks, d.w.z. gemiddeld zeven stukken per lopende km) vormde een zogenaamde "permanente veiligheidsomwalling" en wordt voldoende geacht om een verrassingsaanval af te slaan.
Om aan een gebruikelijke rechtstreekse aanval te weerstaan, is een "aanvullende veiligheidsbewapening" noodzakelijk, bestaande uit batterijen, op te stellen in veldwerken in de tussenruimten en achteraan de verdedigingswerken. Hiervoor zijn 384 stukken (vier stukken per lopende km) nodig of te voorzien ,verdeeld in 96 batterijen. Het zwaarste en modernste stuk hiervan is het 15-cm kanon model 1890 (20 stuks). De oudste artilleriestukken zijn uit gietijzer.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 5
Ter ondersteuning van de vestingartillerie in de intervallen tussen de forten opgesteld, is er de "mobiele vestingartillerie". De 300 voorziene stukken zijn gezien hun ouderdom, onvoldoende mobiel en bestaan grotendeels uit verouderde veldartillerie, meestal 7,5-cm en 8,7-cm kanonnen model 1878. (Dus volledig achterhaald)
Het oudste stuk is een 12-cm gietijzeren kanon model 1862.
Bij het uitbreken van de oorlog is Generaal-Majoor Dufour Gouverneur van de Vesting. Op 6 september wordt Luitenant-Generaal Deguise aangesteld tot Commandant Versterkte Stelling Antwerpen.
De vesting troepen omvatten:
- 123 regimenten vesting infanterie (weder opgeroepenen van oude klassen met weinig officieren).
- 25 vesting batterijen in de forten.
- 96 batterijen aanvullende veiligheidsbewapening.
- 6 batterijen verdediging Beneden-Schelde.
(De mobiele vestingartillerie moet aanvankelijk nog georganiseerd worden)
- 15 geniecompagnies.
Er zijn zes sectoren.
Vanaf 4 augustus worden er werken uitgevoerd in de vesting, meestal door burgerarbeiders. op de forten van de hoofdweerstandstelling worden de openingen van de niet opgestelde koepels opgevuld. De ontbrekende betonwerken worden uitgevoerd of gecamoufleerd met zand- en cementzakjes. De infanterievuurkam wordt heringericht en verbeterd . In de tussenruimten worden loopgrachten, schuilplaatsen en batterijstellingen aangelegd. Het schootsveld wordt opgeruimd tot 1200 meter en een continue draadhindernis aangelegd.
Rondom de veiligheidsomwalling, zuidelijke sector, worden loopgrachten gegraven, de hindernis wordt doorlopend gemaakt en het schootsveld opgeruimd.
Tussen Deurne en Oosterweel wordt de Grote Omwalling van 1859 opnieuw in staat van verdediging gebracht.
Er worden een aantal vernielingen uitgevoerd of voorbereid en inundaties uitgevoerd. Er worden bijkomende bruggen geslagen en een spoorweg achter de hoofdweerstandstelling gebouwd, waarop onder meer pantsertreinen zullen opereren.
DE BELEGERING.
Het garnizoen van Antwerpen werd vanaf 20 augustus versterkt door het gros van het Veldleger, aanvankelijk vijf legerdivisies en de cavaleriedivisie.
Op 6 september vervoegde de 4e Legerdivisie (de verdedigers van Namen) de vesting en tussen 3 en 6 oktober zullen de Britten een marine divisie naar Antwerpen sturen.
De Duitsers ervaren de Vesting Antwerpen als een bedreiging voor hun rechterflank; ze vrezen er onder meer een Britse landing. Ze besluiten dan ook Antwerpen te belegeren.
Het belegeringskorps van Von Beseler telt vijf divisies (in plaats van de 11 voorziene, zodat de Vesting niet kan ingesloten worden). Het is uitgerust met een machtige belegeringsartillerie van 173 stukken, waaronder 48 stuks 21-cm houwitsers, vier 30,5-cm Skoda-houwitsers, vijf 30,5-cm Schwere Kusten Morser, twee 42-cm Gamma-houwitsers en twee 42-cm type M-houwitsers.
Het Duitse plan voorziet een verkorte aanval in de aanvalssector van 11 km (Walem - Lier),met drie divisies in lijn en 400 artilleriestukken in steun. Het omvat een naderingsmars van de infanterie,een stellingname van de zware artillerie op 8 km (buiten het bereik van de forten),een bombardement van de forten gevolgd door een stormaanval zowel op de forten als op de tussenruimten. Fort Kessel valt dus buiten de Duitse aanvalssector.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 6
Op 27 september start de aanval met de opmars van de Duitse infanterie. Op 28 september begint het bombardement van Walem en Sint-Katalijne-Waver, op 29 september dit der andere forten. De 30,5-cm en 42-cm nemen de forten voor hun rekening, de 21-cm de schansen en de overige artillerie de veldwerken en de tussenruimten. Op enkele dagen tijd worden de forten en schansen in de aanvalssector buiten gebruik gesteld: Ze capituleren of worden geevacueerd.
De toestand rond 28 september 1914.
Op 30 september vraagt Koning Albert voor de eerste maal hulp aan de geallieerden voor de rest van Belgie voor een verdere invasie te bewaren. Het Belgisch Leger dreigt afgesloten te worden van zijn geallieerden. Op de avond van 2 oktober besluit Koning Albert de troepen achter de Nete terug te trekken.
Op 3 oktober vertrekt de Belgische regering naar Oostende en komt Winston Churchill (eerste Lord van Admiraliteit) in Antwerpen toe, samen met 2000 marine soldaten en met de vraag Antwerpen tot het uiterste te verdedigen.
Op 4 oktober heeft de slag op de Nete plaats. Fort Kessel wordt vernield en verlaten.
Op 5 oktober vechten de Britse Mariniers te Lier. De Duitsers overschrijden de Nete ten zuiden van deze stad. Een nachtelijke Belgische tegenaanval met twee regimenten mislukt.
Op 6 oktober trekken Belgen en Britten zich terug op de hoogte rond Kontich. De Duitsers vallen Dendermonde aan. Koning Albert besluit het veldleger uit de Vesting terug te trekken.
Op 7 oktober trekt het veldleger af naar de zee. De veiligheidsomwalling wordt nu verdedigd door de 2e Divisie en de Britten. De Duitsers bombarderen de stad Antwerpen.
Op 8 oktober verlaten deze troepen op hun beurt de Vesting en trekt Generaal Deguise het garnizoen terug op de linkeroever.
Op 9 oktober volgt de overgave van de Vesting Rechteroever en op 10 oktober die van de Vesting Linkeroever.
De Vesting Antwerpen heeft dus in totaal veertien dagen stand gehouden en het Duits offensief aanzienlijk vertraagd. De ontsnappingsmogelijkheid voor het Belgisch Leger via de Linker Scheldeoever redde ons leger van de overgave. De gevechten om de Netestellingen hebben er niet weinig toe bijgedragen dat de Duitsers ons leger tijdens haar ongemerkt terugtrekken de pas niet heeft afgesneden.
DE OPERATIES IN DE ONDERSECTOR TUSSEN DE TWEE NETEN.
Vanaf 27 september werd de aanval ingezet op de hoofdweerstandsstelling met de forten. Op 29 september valt het fort van Sint-Katalijne-Waver. De volgende dagen wordt de aanval op de lijn Lier-Walem voortgezet.
De Duitse aanvalszone op de Vesting ligt dus zuidoostelijk van Kessel.
Het gebied van Kessel wordt begrensd,ten zuiden door de Grote Nete en ten noorden door de Kleine Nete. Het bevindt zich ook in de "sous-secteur entre les deux Nethes".
Opmerkingen :
POSITION FORTIFIEE D' ANVERS.
Gouverneur: Luitenant-Generaal Dufour
Adjunct later Commandant van de PFA: Luitenant-Generaal Deguise
1e Sector: Nederlandse grens - kanaal Antwerpen-Turnhout
- Generaal-Majoor Trocmez
2e Sector: kanaal Antwerpen-Turnhout - Kleine Nete
- Generaal-Majoor de Castres de Tersac
- Fort Broechem: Kapitein-Commandant Van Der Eycken
3e Sector: Kleine Nete - Dijle (aanvalsfront)
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 8
- Kolonel Hennebert
- 1e Vestingcarabiniers: Luitenant-Kolonel Collijns J.
- 1e Bataljon: Majoor Koller
- 2e Bataljon: Majoor Balle
- 3e Bataljon: Majoor Van Boechout
- 2e Vestingcarabiniers: Luitenant-Kolonel Delobbe
- 1e Bataljon: Majoor Van Den Bergh
- 2e Bataljon: Majoor Weyns
- 3e Bataljon: Kapitein-Commandant Doutrepoint
- 5e Vestingregiment: Majoor Jonckheere
- 1e Bataljon: Kapitein-Commandant Weyns
- 2e Bataljon: Kapitein-Commandant Rogissart
- 3e Bataljon: Majoor De Nalsch
- 6e Vestingregiment: Luitenant-Kolonel Guillaume
- 1e Bataljon: Kapitein-Commandant Stevens
- 2e Bataljon: Kapitein-Commandant Bergs
- 3e Bataljon: Kapitein-Commandant Lersuy
- Fort Kessel: Kapitein-Commandant Piraux
- Fort Lier: Luitenant-Kolonel Doneux
4e Sector: Dijle - Schelde
- Kolonel Millard
5e Sector: Schelde - Inundaties Linkeroever
- Generaal-Majoor Jamotte
6e Sector: Beneden-Schelde
- Kolonel Lijsens
30 september 1914.
Twee mobiele detachementen,samengesteld uit ruiterij,wielrijders en automitrailleurs,opereren sinds de vorige dag:
- Een eerste onder het bevel van Kolonel Hagemans ten oosten van Kessel,tussen de Twee Neten.
- Een tweede onder het bevel van Kolonel Jamine ten oosten van Broechem,ten noorden van de Kleine Nete.
Van Duitse kant bezet het 26e Infanterieregiment van de 6e Divisie het dorp Koningshooikt. De 26e Landwehrbrigade onder het bevel van Majoor Brinck (wederopgeroepenen tot 39 jaar) installeert zich in Berlaar en heeft troepen vooruit gestuurd over de ganse lengte van de Grote Nete,in de richting Lier. Het detachement onder het bevel van Major Uckermann bereidt zich voor om de streek ten westen van Herentals in te nemen.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 9
Duitse bronnen zeggen dat wachtposten van de 26e Landwehrbrigade op 30 september krachtige aanvallen op hun rechterflank moeten terugslaan. Deze aanvallen worden zonder onderbreking door de Belgische eenheden uitgevoerd door gemengde detachementen en voertuigen met mitrailleurs.
Van Belgische zijde wordt gezegd dat de twee mobiele detachementen de vooruitgeschoven Duitse posten hebben verdreven maar er wordt slechts gesproken over korte schermutselingen tussen patrouilles, zonder betekenis.
De Duitse generaal von Tschirtswirtz, vreesde een aanval van Belgische zijde vanuit dit gebied terwijl hij zijn troepen gericht had naar Lier en de Nete tussen Lier en Walem.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 10
Generaal von Beseler heeft hierdoor beslist de aanval op de Nabestellingen te bespoedigen.
Van Belgische zijde had men geen inzicht in het Duitse plan. Aan de mobiele Detachementen Hagemans en Jamine wordt in de loop van de avond van 30 september bevolen "voor de volgende dag, dezelfde opdrachten uit te voeren".
Operaties in de ondersector tussen de twee Neten - 30 september 1914.
Het belangrijkste feit van 30 september is dat de acties van de troepen van Hagemans en Jamine door de Duitsers overschat worden. Een bespoediging van de aanval op de Netestellingen wordt hierdoor in de hand gewerkt uit vrees voor een Belgische tegenaanval vanuit noordelijke richting (Kessel en Nijlen).
1 oktober 1914.
Het licht bewapend Duits Detachement Uckermann heeft als speciale opdracht het oostelijk front van de Versterkte Vesting te observeren en het front tot stand te brengen. Het moest de Belgische troepen misleiden en spoorwegen vernielen. Het spant zich in om het gebied Herentals - Grobbendonk - Herenthout "op te vullen" maar die inspanningen maken echter geen indruk op de Belgische troepen.
Enkele Belgische manschappen komen met deze Duitse troepen in contact. Er worden alleen enkele schoten uitgewisseld met een vooruitgeschoven Duitse post te Nijlen.
1 oktober is dus een betrekkelijke kalme dag. De Commandant van de Vesting beslist diezelfde dag de troepen tussen de Twee Neten in aantal te verminderen en een gedeelte ervan over te brengen naar Oostende.
In de streek ten noorden van de Kleine Nete zijn er geen vijandelijke acties. De Belgische troepen vernielen de bruggen over het kanaal te Grobbendonk waar elementen van het Detachement Uckermann waren gesignaleerd.
2 oktober 1914.
Het Fort.
De zware artillerie had de ganse nacht alle forten en andere versterkingen van het zijd-oostelijke deel van de Vesting Antwerpen gebombardeerd.
Alleen Fort Kessel blijft tot dan van een bombardement gespaard.
Fort Kessel, gelegen aan de linkerzijde van de aanvalszone, ad tot 2 oktober vooral gevuurd tegen gesignaleerde doelen ten zuiden van de Grote Nete,voor het Fort van Lier en de bijhorende intervallen.
Anderzijds had het, in tegenstelling tot andere forten die rechtstreeks waren aangevallen, gebruik kunnen maken van zijn waarnemingsposten te Kessel, Nijlen en Bevel.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 11
Het heeft ook verschillende verkenningspatrouilles uitgestuurd in de eigen zone.
De 26e Landwehrbrigade stond vlak voor dit fort opgesteld maar beschikte over geen belegeringsartillerie. Het Fort heeft echter wel doeltreffende hulp kunnen bieden met zijn stukken aan de troepen die werden aangevallen in het interval Tallaert - Lier.
Op 2 oktober, na een actie om het Fort van Lier te ontzetten, krijgt Fort Kessel en zijn omgeving hevig vuur, zijdelings op het Fort gericht,van klein en middelgroot kaliber. Het heeft echter geen groter gevolg dan beschadigingen van de buitenbepantsering.
Fort Kessel en het Spoorwegfortje zijn de enige werken in de eerste verdedigingslinie die nog in staat zijn actie te voeren in de eerste verdedigingslinie.
Strijd om de Buitenlijn en doorstoten tegen de sector van de Nete - 2 oktober 1914.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 12
Het interval.
Het interval tussen de Twee Neten wordt verdedigd door:
- 1e Bataljon 1e Regiment Vestingcarabiniers (oudste lichtingen van de carabiniers - infanterie),onder het bevel van Luitenant-Kolonel J. Collyns,tevens intervalcommandant tussen de Twee Neten.
- 15e Batterij mobiele vestingartillerie,opgesteld in de intervals, in steun van de vestingartillerie.
- Steun door het Fort van Kessel dat nog intact is.
- Gedekt door een groep van licht bewapende troepen op verkenning rond Bouwel.
De Duitse troepenbewegingen.
De verkenningstroepen keren 's avonds terug naar Broechem maar hebben in de loop van de dag verschillende inlichtingen doorgegeven:
- Rond 9u heeft het Detachement Brinck van de 26e Landwehrbrigade de verkenningstroepen teruggedreven die uitgestuurd waren rond Herenthout. Het Detachement is doorgestoken naar de bruggen van Grobbendonk.
- De bruggen zijn vernield maar de brokstukken maakten ze nog bruikbaar. Het Detachement Brinck wordt frontaal tegengehouden door de verdedigers van de bruggen en wordt in de flank aangevallen door een escadron ruiterij,een peloton en de compagnie wielrijders van het Detachement Wagemans. Brinck werd gedwongen tot de terugtocht en achterna gezeten door het vuur van de kanonnen van de Forten.
- Manschappen van de 26e Landwehrbrigade bezetten de Hellebrug op de Grote Nete om Dekking te geven aan de batterijen houwitsers die opgesteld staan in Kijlbossen en Itegem. Een van die houwitsers heeft die dag de kerktoren van Bouwel bevuurd met de bedoeling die waarnemingspost voor het Fort van Kessel uit te schakelen.
- Ten noorden van de Kleine Nete wordt een toenemende Duitse activiteit vastgesteld. Een 200 wielrijders en ruiterij dringen een post terug in Poederlee en gaan dan langs Sassenhout naar Vorselaar.
- Een ander Detachement verplaatst zich rond 09.55u van Geel naar Kasterlee.
Al deze waarnemingen doe veronderstellen dat er grote troepenbewegingen bezig waren. Er is geen enkele aanwijzing
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 13
dat er een nabije actie tegen het interval tussen de Twee Neten op komst is. Integendeel,de verkenningstroepen in Nijlen en Bevel,melden dat de streek ten oosten van het Fort van Kessel veilig is.
Het interval in Kessel verlaten.
Om 18.15u stuurt de Commandant van de 2e Sector (ten noorden van de Kleine Nete) een bericht aan de Commandant van de Vesting dat de nabijgelegen troepen,belast met de verdediging tussen de Twee Neten,zich terugtrekken.
Operaties in de ondersector tussen de Twee Neten - 2 oktober 1914
Om 19u ontvangt Luitenant-Kolonel Jacques Collyns inderdaad een bericht vanuit Lisp. De Commandant van de 3e Sector meldt dat hij de
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 14
troepen van zijn interval terug samen gebracht heeft. Hij heeft zich gevestigd te Lisp, links van de 1e Gemengde Brigade. (Een gemengde Brigade is een onderdeel van het Veldleger, bestaande o.a. uit twee infanterieregimenten).
Hij voegt eraan toe dat hij meent dat de brug te Emblem en de spoorwegbrug naar Aarschot dringend moesten vernield worden. Meer nog, de 15e Batterij heeft zijn stukken buiten gebruik gesteld alvorens de stelling te verlaten en zich uit het interval terug te trekken.
Een nieuw bericht vanuit Emblem bereikt het Hoofdkwartier om 19u. Het zegt: Kolonel Collijns waarschuwt dat hij een bevel ontvangen heeft zich terug te trekken. Moet de brug van Emblem opgeblazen worden?
Een dergelijk bevel kon niet gegeven zijn aan de Commandant van de interval tussen de twee Neten. Een vlug onderzoek laat toe te besluiten dat het hier gaat om een enorm misverstand.
Bij de ontvangst van het bevel vanwege de Commandant van de Vesting om zich ten noorden van de Nete te Lier terug te trekken, heeft Generaal-Majoor Coveliers,Commandant van de 1e Gemengde Brigade,zuidelijk van de Grote Nete, zich in verbinding gesteld met Luitenant-Kolonel Collijns, Commandant van het naburige interval tussen de Twee Neten. Deze heeft de mededeling verkeerd begrepen en geloofde dat het om een algemeen bevel ging zich terug te trekken achter de Nete.
Dit misverstand wordt in de hand gewerkt door het volgende. Het interval tussen de Twee Neten maakte oorspronkelijk deel uit van de 3e Sector. De limiet tussen de 2e en 3e Sector was de Kleine Nete. Op 28 september stelt de Vestingcommandant de rechterlimiet van de 2e Legerdivisie, die het oostelijk gedeelte van de 3e Sector verdedigde, op de Grote Nete.
Vanaf dat ogenblik neemt men de gewoonte aan de limiet van de 3e Sector op de Grote Nete te leggen en komt het gebruik in voege het gebied tussen de beide Sectoren (t.t.z. het gebied tussen de Twee Neten) rechtstreeks onder het bevel van de Vestingcommandant te plaatsen.
Toen Generaal Deguise, de Vestingcommandant, op de hoogte werd gebracht van de toestand laat hij het interval tussen de twee Neten onmiddellijk terug bezetten. Hij belast Generaal Trocmez, Commandant van de 2e Sector,ermee de verdedigingsstellingen direct te laten he bemannen ter hoogte van Fort Kessel en langs beide zijden ervan.
Generaal Deguise deelt terzelfdertijd mee dat het 5e en 6e Vesting regiment, samengesteld uit de oudste lichtingen, het interval vanaf de volgende dag zullen komen versterken. Deze Regimenten worden weggetrokken uit de 1e Sector (ten noorden van Antwerpen). Een bataljon zal belast worden met de verdediging van de doorgang te Emblem (op de rechteroever). De rest zou in reserve gehouden worden in het noorden met als opdracht de overstromingen van de Kleine Nete tussen Lisp en Emblem onder controle te houden.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 15
Deguise gaf inderdaad 's avonds aan Generaal-Majoor de Cestres, Commandant van de 1e Sector, het bevel om de volgende morgen twee Regimenten te laten vertrekken vanuit het station Kapellen via de spoorweg met bestemming Boechout.
De herinname van het interval van Kessel voltrekt zich tijdens de nacht. Er wordt munitie en materiaal genomen van de vesting batterijen van de 2e Sector. De 15e Batterij had de stukken buiten gebruik gesteld voor het terugtrekken uit de strijd.
Er werden ook versterkingen aangevoerd ten noorden van de Kleine Nete in de 2e Sector.
3 oktober 1914.
Problemen in de bevelvoering.
Opmerkingen
Een schets van de situatie voor 3 oktober:
Het interval maakte deel uit van de 3e Sector. De troepen van de 1e Vestingsruiterij,het personeel van de 15e Batterij en het garnizoen van Fort Kessel zelf,hebben tot de 3e oktober het interval bemand. Ze hangen dus ook af van de Commandant van de 3e Sector.
Sinds het begin van de belegering had Kolonel Hennebert in principe onder zijn bevel:
- De zware artillerie van de intervallen en de forten.
- de genietroepen van de forten.
Alle infanterie en veldartillerie-eenheden, alsook de vestinginfanterie waren overgedragen aan het directe bevel van de Commandanten van de divisies,v erantwoordelijk voor de verdediging van hun onder-sectors.
Op 29 september moest het 5e Legerdivisie een van zijn Brigades toevoegen aan de bemanning van het interval Tallaert - Kleine Nete om de 2e Legerdivisie op de linkerkant te verlengen. Generaal Dossin had toen aan de Vestingcommandant opgemerkt dat het interval veel te uitgestrekt was voor een brigade. Generaal Deguise was op zijn standpunt terug gekomen en stelde de noordelijke grens vast met de 1e Gemengde Brigade op de Grote Nete.
Vanaf dat ogenblik had men de gewoonte aangenomen, de grenslijnen van de 3e Sector vast te stellen tussen Heyndonck ten zuiden van Rumst en de Grote Nete.
Voor de troepen in het intervaltussen de Twee Neten,g old in principe dat zij onder het bevel stonden van de Vestingcommandant. Tot 4 oktober is er trouwens geen enkel feit te noteren dat dit zou tegenspreken.
Het is dan ook daarom dat Generaal Deguise zelf, onder zijn direct bevel, opdracht gaf aan de Commandant van het 5e en 6e Vestingregiment zich klaar te maken voor de overplaatsing van de 1e Sector. De bestemming zou de verdediging zijn van de intervallen ten noorden en ten zuiden van Fort Kessel. Dit bevel werd 's morgens gegeven.
Tevens gaf hij aan de Commandant van de 2e Sector een soort volmacht om persoonlijk tussen te komen. Hij vroeg hem alle krachten te bundelen van de troepen die met de verdediging van dat deel van de 3e Sector belast waren. Hij stelde tevens vast dat de druk op dit deel van de verdediging steeds sterker werd vanuit Duitse kant.
In de nacht van 2 op 3 oktober begeeft Generaal Trocmez zich ter plaatse. Het Bataljon van de Vestingcarabiniers en het personeel van de toegevoegde Batterijen hadden onterecht de vorige avond hun stellingen verlaten. Om 3u meldt hij Generaal Deguise dat hij de 1e Bataljon Vestingcarabiniers de opdracht heeft gegeven zich tot het uiterste te verdedigen. Hij voegde er aan toe dat hij aan de batterijen die buiten gebruik waren, opdracht had gegeven deze terug in staat van paraatheid te brengen. Hij had hen tevens medegedeeld dat het interval dadelijk zou versterkt worden door de aankomst van de 5e en 6e Vestingregimenten, die te Boechout zouden aankomen in de loop van de voormiddag.
De bruggen.
De bruggen hadden in deze zone een enorm belang, hetzij als overgang voor de vijand, hetzij als terugtochtweg voor de eigen troepen in de intervallen.
Rond 09.30u geeft het Commando een bericht door dat tijdens de nacht een ploeg van de genie de vernietiging van de bruggen in Emblem had voorbereid. De brug en bruggetjes van de Mol-ter-Nete (ten zuid-oosten van het Fort van Broechem) waren opgeblazen en bezet door een sectie Vestinggrenadiers van de 2e Sector,een Detachement genie en een post van de cavalerie van de 2e Jagers te Paard. De spoorwegbrug naar Aarschot over de Grote Nete was vernield.
De vernieling van de spoorwegbrug naar Herentals over de Kleine Nete was voorbereid. In de loop van de dag zal het Commando,w anneer het de onjuiste berichten verneemt over de aanwezigheid van Duitse troepen aan het kasteen van Nazareth,het bevel geven deze brug bij hoogdringendheid op te blazen.
Belgische troepenversterking in het interval Kessel.
Ondertussen zijn het 5e en 6e Vestingregiment in de voormiddag zonder problemen in Boechout toegekomen.
Overeenkomstig het bevel uitgevaardigd door Luitenant-Kolonel J. Collijns,die op dat moment nog het bevel voert over het interval,wordt de verdediging van de intervallen als volgt georganiseerd:
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 17
- 5e Vestingregiment in het interval Fort van Kessel - Grote Nete,samen met twee Compagnies van de Vesting karabiniers. Het derde Bataljon moet in reserve gehouden worden in een beschermde plaats in de omgeving van het kasteel De Bist en een Compagnie wordt uitgestuurd voor de bewaking van de brug van Emblem, die als enige terugtochtweg overblijft in het gebied.
- 6e Vestingregiment moet met een Bataljon het interval tussen het Fort van Kessel en de Kleine Nete verdedigen wat tot dan toe was gebeurd door twee Compagnies van de karabiniers. De twee andere Bataljons werden in reserve gehouden in de beboste wegen ten noorden van de hoeve Torenven (600m ten westen van het Fort van Kessel).
Operaties in de ondersector tussen de Twee Neten - 3 oktober 1914.
Om 13u zijn alle loopgrachten bezet maar de kolonnes waren onder vuur gekomen van de Duitse artillerie vanaf de aankomst van het eerste Detachement te Emblem.
Die Duitse artillerie had op 3 oktober als doelen gekozen: het Fort van Kessel, het dorp Emblem en de enige toegangsweg door de overstroomde gebieden van de Kleine Nete, namelijk de weg van Emblem naar Kessel.
De Compagnie die was uitgezonden om de overgang van de spoorwegbrug naar Aarschot te bewaken, stelt vast dat de vernieling van de brug over de Grote Nete onvolledig was uitgevoerd. De infanterie kon deze brug nog oversteken met twee man naast elkaar. De Commandant van het 5e Vestingregiment maakt zich ongerust over die toestand op zijn rechterflank. Om 16.30u vraagt hij aan Commandant van het Fort van Kessel met zijn kanonnen deze brug definitief onbruikbaar te maken.
In de loop van de namiddag wordt Luitenant-Kolonel J. Collijns ontboden op het Hoofdkwartier van de Vestingcommandant. Hij draagt het bevel van het interval over aan de Commandant van het 6e Vestingregiment.
Een mitrailleursectie vernietigd - alarm.
De nieuwe intervalcommandant moet onmiddellijk de taak op zich nemen de troepen over de sector te herverdelen want 's nachts wordt het Bataljon Vestingcavalerie uit de sector teruggetrokken om zijn Regiment te vervoegen.
Deze aflossing in de duisternis was nauwelijks uitgevoerd of, omstreeks 21u,openen de mitrailleurs van de 26e Landwehrbrigade het vuur tegen de loopgrachten van het 5e Vestingregiment. De verdedigers reageren onmiddellijk.
Om 21.30u herneemt het vuren op de uitwegen van Kessel waar men de aanwezigheid van een vijandelijke batterij had opgemerkt. het vuur wordt zonder noodzaak ook geopend in de naburige loopgrachten.
De artillerie van het interval opent het vuur, zonder bevel van hogerhand. Fort Kessel gelooft in een aanval en opent het vuur met zijn traditore batterijen. Het kost heel wat moeite om het vuren te doen stoppen. (http://www.encyclo.nl/lokaal/10454&page=1)
Het is een van de voorvallen die ongetwijfeld te wijten zijn aan de zenuwachtigheid van de troepen, die hun vuurdoop ondergaan. Maar hierdoor doen zij aan het Commando en aan de troepen van de naburige intervallen geloven dat de aanval op het interval van de Twee Neten begonnen is en lokken de staat van alarm uit in de 5e Legerdivisie. (een legerdivisie maakt deel uit van het Veldleger en bestaat uit drie Gemengde Brigades).
Hoewel de belegeraar niet aanvalt, laat hij zich niet onbetuigd en voert een bombardement uit, zo hevig, dat onder andere een mitrailleursectie van het 5e Vestingregiment wordt vernietigd.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 19
Geen Duitse troepenconcentratie.
Het Commando besluit tot de ontbinding van het Mobiel Detachement in operatie in de zone ten oosten van het Fort van Kessel met de bedoeling een nieuw voorlopige brigade te vormen en die naar Lokeren te sturen.
Ten noorden van de Kleine Nete was er op 3 oktober niets speciaals te melden. De verkenningen ten noorden van de Kleine Nete stellen slechts een detachement van de Duitsers vast in de omgeving van Poederlee.
Het kasteel van Nazareth.
De kalmte is momenteel teruggekeerd voor het front van de 5e Legerdivisie. Om 12.30u meldt de 1e Gemengde Brigade aan het Hoofdkwartier van de Divisie dat de Commandant van de Bataljons van de 1e Vestingscavalerie in stelling ten noorden van Lier "een sterke Duitse troepenbeweging vaststelt op zijn linkerzijde,ter hoogte van het kasteel van Nazareth".
Dit bericht scheen zeer eigenaardig en veroorzaakte een moment van verslagenheid op het Hoofdkwartier. Die vijandelijke troepen zouden, volgens de berichten, zeer talrijk zijn. Het kasteel van Nazareth is gelegen achter de stellingen van de Bataljons van de 1e Vesting cavalerie en van de 15e Batterij.
Niettegenstaande de kleine kans van waarheid en zonder te wachten op een bevestiging van de feiten, vraagt de Commandant van de 5e Legerdivisie onmiddellijk aan het Fort van Kessel te vuren. Die vraagt werd ook gesteld aan de 15-cm batterij aan kilometer 5 op de steenweg naar Antwerpen. De opdracht bestaat erin: "maatregelen treffen om zonder uitstel te vuren in de sector: kasteel van Nazareth, Heibloem, Ravenstein".
Hij beveelt tevens de Commandant van de 16e Gemengde Brigade om zeer kordaat tussen te komen op de linkerzijde van de 1e Gemengde Brigade en met alle middelen elke aanval af te slaan en de vijand terug te drijven in de Nete.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 20
Een officier van het Hoofdkwartier begeeft zich echter ter plaatse en stelt vast dat de vorige berichten totaal vals waren. Integendeel het waren Duitse obussen die op deze plaats neerkwamen.
De Netebruggen.
Die officier meldt tevens dat de spoorwegbrug ten noorden van het kasteel niet vernield is. Die brug was voorzien voor de terugtocht van de troepen van de 1e Vestingcavalerie.
Een tweede nota van deze officier meldt dat de spoorwegbrug naar Aarschot over de Grote Nete, aan kilometer 2.8 van de baan Lier - Kessel, nog altijd intact was. Ook de spoorwegbrug naar Herentals
over de Kleine Nete was nog intact maar deze was wel bezet door eigen troepen.
De Vestingcommandant geeft om 14.10u aan Kolonel Hennebert,Commandant van de 3e Sector,het bevel, bij hoogdringendheid, die bruggen te vernielen, ofwel door de genie ofwel door de stukken van de koepels van Fort Kessel.
De brug van Emblem, die bewaakt was, moest bewaard worden als terugtochtweg voor de troepen van het interval tussen de Twee Neten.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 21
De Grote Markt te Lier.
Tegen het einde van de namiddag werden Duitse patrouilles opgemerkt op de Grote Markt te Lier.
In de loop van de avond werd de 5e Legerdivisie nogmaals gealarmeerd door berichten van de troepen in de intervallen tussen de Twee Neten. Deze troepen waren weinig gehard in de strijd en onvoldoende bemand en niet voorzien van het nodige materiaal. Zij toonden zich uiterst nerveus.
Een zogenaamde aanval op het Fort van Kessel.
Het nieuws van een Duitse aanval tegen het Fort van Kessel bereikt het Hoofdkwartier van de Vesting rond 21.55u. Fort Kessel meldt dat het zwaar onder vuur werd genomen maar door kanonnen van middelbaar kaliber. De Vestingcommandant Generaal Deguise beveelt onmiddellijk aan Fort Broechem bijstand te verlenen. De 5e Legerdivisie wordt opgedragen zijn artillerie samen te trekken aan zijn linkerkant.
De Duitse troepen.
De vorige feiten komen voort uit een vergissing van de kant van de troepen van de 5e en 6e Vestingregiment. Zij waren pas ingezet in de intervallen en ondergingen hun vuurdoop. Het bombardement van hun stelling had hen de indruk gegeven van een dreigende aanval. De Duitse 26e Landwehrbrigade dacht er op dat moment nog niet aan tot de aanval over te gaan. Ze wilden eerst de volledige uitschakeling van de
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 22
loopgrachten en de verdedigingsposten, alsook de vernietiging van Fort Kessel.
Middernacht - Fort Kessel.
de Commandant van Fort Kessel meldt om 23.20u dat de naburige intervallen nog altijd bemand zijn door hun garnizoenen en dat de organen van het fort nog intact zijn, uitgezonderd een kanon van 5,7-cm onder kazemat.
Enkele minuten voor middernacht stelt Generaal Deguise zich telefonisch in verbinding met de Commandant van de 5e Legerdivisie om zich van de toestand te vergewissen.
" Zijn de bruggen van Lier opgeblazen?
" Ja.
" Bewaakt ge alle uitwegen?
" Ja.
" Geeft ge me alle waarborgen voor de verdediging van het gebied ten noordoosten van Lier?
" Ja,in de mate van onze mogelijkheden.
Er heerste op dat moment een bijna absolute kalmte voor de fronten van Duffel en Lier.
Generaal von Beseler wou zo spoedig mogelijk Lier doen innemen door de 6e Duitse Reservedivisie. Om de verwezenlijking van dit plan te vergemakkelijken was het aangewezen de twee Forten op de flank van de stad Lier,namelijk Kessel en Broechem,het zwijgen op te leggen.
De houwitsers van Generaal Borkenhagen zullen deze opdracht volbrengen.
- De 42-cm Batterij van Erdmann had de vorige dag het Fort van Lier vernietigd vanuit het station van Heist-op-den-Berg. Deze Batterij verplaatst zich op 3 oktober naar Isschot (zuidwesten van Itegem) op 8400 m van Fort Kessel.
- De Oostenrijkse Batterijen van Amann worden verplaatst
van Doornlaar,vanwaar ze het Fort van Koningshooikt
hadden vernietigd, naar km 19 van de baan Lier - Aarschot.
4 oktober 1914.
De Belgische troepen wankelen.
Rond de middag had Generaal Guiette, Commandant van de 5e Legerdivisie, de verontrustende berichten ontvangen over de toestand van de vesting troepen rond Fort Kessel en het interval tussen de Twee Neten.
De Commandant van de 5e Legerdivisie voelt zijn linker front bedreigd en wacht niet om onmiddellijk maatregelen te treffen.
Om 13u komt de 20e Gemengde Brigade in versterking. Aan de 16e Gemengde Brigade geeft hij bevel aan een Bataljon 2e Jagers te Voet, met mitrailleurs om de dijk van de Kleine Nete tussen Lisp en Emblem te gaan bezetten.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 23
Maar ondertussen hadden de 5e en 6e Vesting regimenten, troepen van oudere lichtingen, slechts uitgerust, sinds de vorige dag in het interval van Kessel gelegerd, onder het bombardement hun stellingen in de streek gelaten en toevlucht gezocht op de rechteroever van de Kleine Nete.
Het Fort van Kessel had als laatste in de aanvalszone geen weerstand kunnen bieden aan de Batterijen van 42-cm en 30,5-cm. Bestookt sinds de morgend ,onhoudbaar en tot een puinhoop geschoten, werd het door zijn garnizoen verlaten.
Door het bombardement van de zware artillerie was het weinig soliede moreel van de Belgische troepen volledig aan het wankelen gegaan. De manschappen van de oudere lichtingen van het 5e en 6e Vesting regiment hadden een miserabel kleine groep officieren en waren niet in staat te reageren.
Generaal-Majoor Trocmez had als opdracht sinds de vorige dag,die troepen te coordineren. Vanaf 13.45u geeft hij, de een na de andere,meerdere berichten door aan de Vesting commandant. Hij steld voor de loopgrachten te verlaten door de vesting eenheden en zich terug te trekken op de westelijke oever van de Kleine Nete. Hij stelt tenslotte voor de brug van Emblem op te blazen.
Men stelt echter vast, dat enerzijds de terugtrekking van de Belgische troepen werd uitgevoerd zonder achtervolging en dat anderzijds een compagnie wielrijders de streek ten zuiden van de Kleine Nete vrij vond van vijandelijke activiteit. De vesting commandant geeft Generaal Trocmez het opperbevel van de troepen van Luitenant-Kolonel Collijns en geeft hem volgend bevel:
"Het formele bevel de brug van Emblem te herstellen,het interval terug in te nemen en,met alle middelen,niet alleen de loopgrachten maar zelfs het Fort van Kessel terug te bezetten".
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 24
Operaties in de ondersector tussen de Twee Neten - 4 oktober 1914 (voormiddag).
De Duitsers in Kessel
Belgische versie:
Tijdens de ganse actie tegen Fort Kessel en het interval blijft de 26e Landwehrbrigade inactief. Zij blijft in veiligheid ten zuiden van de Grote Nete van Booischot tot het noorden van Berlaar.
De Duitse kanonnen moesten eerst het beoogde doel bereiken. Generaal von Schutz,die steeds zijn infanteristen spaarde,stuurde het Detachement van Majoor Brinck (2e Bataljon 39e Landwehr) tot in de omgeving van Fort Kessel. Zij hadden sinds de vorige dag de streek van Bevel verkend.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 25
Duitse versie:
In de voormiddag rukt het ganse 1e Bataljon naar Berlaar op en komt terug onder het bevel van de Regimentscommandant te staan.
In de namiddag voert het 2e Bataljon onder leiding van Majoor Brinck een bijzondere opdracht uit tegen het Fort van Kessel. Hierover geeft Majoor Brinck volgend verslag:
" 's Namiddags om 14.35u ontving ik van "Excellenz von Schutz" volgend bericht: Fort Kessel zou door de vijand verlaten zijn, evenals de streek van Bevel-Heikant. Gij gaat met een Detachement ,bestaande uit een peloton cavalerie (Landw. Ulanen 5), inf. II/39 en een peloton Landw. houwitsers - batterij 59 alsook de wielrijders-compagnie, naar Kessel en stelt vast of Kessel verlaten is en hoe de omstandigheden zijn in Kessel zelf en noordwaarts tot aan de spoorweg. Ziet of u Kessel kunt bezetten. Laat u in alle geval in geen ernstig gevecht verwikkeld worden. Er zouden geen verliezen mogen genoteerd worden.
Het Detachement kwam in beweging om ongeveer 15.55u en bereikte de westelijke uitgang van Bevel rond 17.15u. Bij verdere opmars naar Kessel onderging het Detachement sterk schrapnel- en granaat vuur, klaarblijkelijk door een melding van Belgische vliegtuigen. Deze vliegtuigen hadden kort voordien mijn Detachement opgemerkt. De vliegtuigen kwamen uit het zuiden. Ik besloot van dat moment voor Kessel om te buigen.
Wanneer het Bataljon die beweging aanving opende Fort Broechem een zeer sterk schrapnel- en granaatvuur in de richting van Kessel. Ook werd uit noordwestelijke richting op het terrein ten noorden van Kessel gevuurd. Bij het uitvoeren van de bevolen beweging was reeds volstrekte duisternis ingetreden. Kort daarop was er echter een helle maneschijn.
Ik stuurde vervolgens patrouilles uit om vast te stellen waar en hoe in het Fort kon binnen gedrongen worden. Ik sterkte me met de melding dat het Fort waarschijnlijk niet meer bemand was. Het Fort is echter wel met een 15 tot 20 m brede watergracht omgeven en men kan enkel binnendringen door een vernielde brug en een lange poterne, die op sommige plaatsen ingestort is.
Ondertussen had zich het granaat- en schrapnelvuur versterkt zowel op het dorp van Kessel als op het Fort. Omdat ik het bevel had mij in geen ernstig gevecht in te laten en mogelijk zonder verliezen mijn opdracht uit te voeren, heb ik de terugtocht bevolen naar Hullebrug. Deze terugtocht is blijkbaar ongemerkt voor de vijand verlopen. Om ongeveer 22.45u 's avonds kwam ik terug bij Hullebrug aan."
Een voorstel tot de tegenaanval.
Generaal Guiette,Commandant van de 5e Legerdivisie, neemt door de ernstige feiten van de voormiddag, nieuwe initiatieven. Om 15.15u wordt aan de Commandant van de 16e Gemengde Brigade opdracht gegeven
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 26
zich klaar te maken om de vijand terug te drijven. Belgische troepenversterkingen worden aangevoerd.
Maar de Duitsers hadden de Belgische troepen niet achtervolgd. Bijgevolg wordt aan alle troepen alle mogelijke rust gelaten voor de volgende nacht.
Om 18u komt Generaal Deguise terug op de beslissing het interval te herbezetten. De brug te Emblem wordt vernield en men trekt zich terug op de rechteroever van de Kleine Nete.
Grote troepenversterkingen worden aangevoerd ten noorden van de Kleine Nete.
Operaties in de ondersector tussen de Twee Neten - 4 oktober 1914 (Namiddag).
5 oktober 1914.
De Duitse houwitsers van 420-mm en 305-mm worden nu ingezet tegen Fort Broechem. Tevens richten ze hun geschut tegen de loopgrachten die in alle haast waren gegraven in de Netestellingen, tegen de voorlopige opstellingen van de veldartillerie, alsook tegen de reserve-eenheden.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 27
De Belgen langs de Kleine Nete.
Sinds de vorige dag werd de dijk van de Kleine Nete van Lisp tot de vernielde brug van Emblem verdedigd door de Jagers te Voet,versterkt met zes mitrailleursecties van de 16e Gemengde Brigade. Tijdens 5 oktober graven de troepen loopgrachten aan de rand van de overstroomde gebieden en leggen verbindingen aan.
Het 5e en 6e Vesting regiment bewaakt nu de overgangen van de Kleine Nete tussen Emblem en het Fort van Broechem en graaft zich in. Ze worden onder het bevel geplaatst van Generaal Trocmez, Commandant van de 2e sector. Deze voorlopige regeling van de bevelvoering werd beslist door Generaal Deguise na de weinig verzekerde houding die het 5e en 6e Vestingregiment de vorige dagen hadden getoond. Het verlaten van het interval rond Kessel lag de Vesting commandant nog zwaar op de maag.
Tegelijkertijd wordt versterking gestuurd van de Reserve-brigade van de 2e Legerdivisie. De 5e Gemengde Brigade trekt tijdens de nacht van 4 op5 oktober in het interval te Emblem. Het 6e Vesting regiment, ingegraven van Emblem tot Broechem-Fort moet zijn gebied uitbreiden tot Mol-ter-Nete.
Het 5e Vesting regiment moet zich in tweede linie opstellen rond Molenveld.
Om 21u was er, tijdens de afgelopen dag, volgens een bericht uit het interval aan het Hoofdkwartier, niets speciaals gebeurt.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 28
De Duitsers nemen Kessel in
Belgische versie:
De 26e Landwehrbrigade had als opdracht het interval te bezetten. Indien het hier tijdig zou in slagen, kon het bij het 35e Reserve-Infanterieregiment helpen dat tegengehouden werd in Lier.
Aan de Kleine Nete was de nodige artillerie niet voorhanden. Die artillerie was samengebracht voor Anderstadt voor de overschrijding van de Nete.
Op 5 oktober wordt Fort Broechem bestookt met geschut van middelbaar kaliber. Belangrijke organen worden niet vernield. De koepels en de rechter traditore batterij hielden niet op gesignaleerde doelen te bestoken: Fort Kessel, Kannaertsheide, stad Lier, hoeve Torenven en omgeving van Fort Lier.
Het Fort van Broechem vuurt met de grootste hardnekkigheid. De volgende dag zal het door 42 en 30,5-cm kanonnen vanuit Berlaar en Koningshooikt gebombardeerd worden.
Om 19u vraagt Generaal Guiette de brug ten zuiden van Lier, opgericht door de Duitsers, onder vuur te nemen.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 29
De vestingsbatterijen, verspreid achter het interval, hadden slechts oude kanonnen van 12-cm en 8,7-cm en konden niet terugslaan. Ze konden slechts tot Kessel-dorp schieten en op het glacis van het Fort.
Fort Oelegem schiet op grootste dracht samen met de traditore batterij van Fort Broechem en de vesting batterijen naar de toegang van Fort Kessel waar de aanwezigheid van de vijand was gesignaleerd.
Het Detachement onder Majoor Brinck (2e Bataljon 39eLandwehrbrigade) neemt het Fort in.
Het grootste gedeelte van de 26e Landwehrbrigade houdt halt ten zuiden van de Grote Nete in afwachting van de oprichting van de bruggen. Twee Bataljons hadden het Detachement Brinck gevolgd en staan in de nabijheid van de linkeroever van de Kleine Nete in Kloosterheide en het kasteel Heibloem.
Duitse versie:
In de Duitse bronnen worden volgende bevelen voor 5 oktober genoteerd:
Het bevel van de Divisie:
- Fort Kessel is tot zwijgen gebracht. Het vijandelijke vuur uit het noorden komt waarschijnlijk van Fort Broechem.
- Landwehr Brigade stelt 's morgens vast of het Fort verlaten is en bezet eventueel het Fort.
Het bevel van de Brigade:
Het 2e Bataljon van de 39e Landwehr Brigade neemt de opdracht van de vorige dag terug op zich en doet een poging om in het bezit van het dorp en het Fort van Kessel te komen. Het Detachement is op dezelfde manier samengesteld als de vorige dag. De opmars begint te 06.30u in de voormiddag.
Op 5 oktober begon het Detachement Brinck terug zijn opmars tegen Fort Kessel. Majoor Brinck meldt hierover het volgende:
"De volgende morgen om 04.50u kreeg in het bevel de opdracht van de vorige avond terug uit te voeren. Om 05.30u zette ik het Detachement op dezelfde manier als de vorige dag in beweging. Ik boog voor Kessel terug noordwaarts door struik- en bosterrein en stond om ongeveer 08.00u klaar om de aanval in te zetten.
De verplaatsingen waren blijkbaar ongemerkt verlopen en ik besloot deze omstandigheid te benutten. Zonder oponthoud en met veel energie gingen de Compagnies op de schouderhoeken van het Fort af. Zij bereikten rond 08.15u de keel van het Fort. De 6e Compagnie, die bijzonder snel vooruit was gegaan, drong onder leiding van Luitenant Leipziger in de poterne binnen en bezette onmiddellijk de bovenwallen. ik liet de 8e Compagnie volgen in het Fort. De 5e en 7e Compagnie, die op de rechtervleugel wat achtergebleven waren, gaf ik het bevel in noordelijke richting naar de Kleine Nete, richting van het Fort van Broechem, verder te gaan.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 30
Om 08.30u was het Fort bezet. De vereiste maatregelen voor de plaatselijke veiligheid en de vereiste voorzorgsmaatregelen werden genomen. De 5e en 7e Compagnie gingen door tot aan de kleine Nete. Ze waren in de mening dat vanuit Fort Broechem niet meer gevuurd werd. Maar ondertussen opende Fort Broechem een zeer energiek schrapnel- en granaatvuur op het Fort Kessel en de omgeving maar ook op de tot aan de Kleine Nete voortgeschreden Compagnies.
De 5e en 7e Compagnie hadden aan de Nete niet kunnen halt houden. Ik nam deze Compagnies terug tot ongeveer 200m ten noorden van de spoorweg Lier - Nijlen. De wegen ten noordwesten van de Putting waren veilig en patrouillen werden tot aan de Kleine Nete vooruit geschoven. Het schrapnel- en granaarvuur op Kessel luwde soms. In de loop van de dag versterkte het echter meermaals. Tegen de avond kreeg ik het bevel de 5e en 7e Compagnie ter beschikking te stellen op mijn linker vleugel. Ik trok hen dus terug naar Putting. De 7e Compagnie nam onmiddellijk de Netebrug voor haar rekening. Deze brug was voordien door de aanwezige troepen opgegeven wegens het sterke artillerievuur. De 8e Compagnie stelde zich ten zuiden van het dorp op in de schuilplaatsen die de Belgische artillerie had gebouwd. Maar een Belgisch vliegtuig had weer de opstelling van de Compagnies verkend. Door deze verkenning openden Fort Broechem en Forten 3 en 4 een energiek vuur op de stellingen van de Compagnies maar zonder succes.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 31
Operaties in de ondersector tussen de Twee Neten - 5 oktober 1914.
De bezetting van Fort Kessel, zonder belangrijke verliezen, dankte het Bataljon aan de energie waarmee de Compagnies met grote snelheid uit hun opstelling tegen het object zijn opgetrokken. Speciaal wordt hier de moed van Luitenant Leipziger vermeld die het bevel voerde over de 6e Compagnie. Diezelfde Luitenant Leipziger had zich reeds onderscheiden door zijn dappere houding in een gevecht in Schloss Bosch (Heist-op-den-Berg). Ook de aanvoerder van de 8e Compagnie liet zijn Compagnie snel in het Fort binnenrukken. Op die manier kregen ze een steunpunt in handen dat het hen mogelijk maakte het langer uit te houden onder het vuur van de vijandelijke zware artillerie.
Belegering van Fort Kessel.
De activiteiten van dit Fort gedurende de vorige dagen tegen de vijandelijke batterijen in actie, tegen de verdachte troepenopstellingen, tegen de Duitse troepen in beweging of aan het werk, hadden een tegenactie uitgelokt van geschut van klein en middelbaar kaliber, opgesteld in de omgeving van Fort Lier. Deze tegenactie begon na het verlaten van Fort Lier. Alleen de pantsering van de deuren en de ramen had geleden onder dit vuur dat van opzij kwam. Het gepantserde fort zou zeker lange tijd weerstand hebben kunnen bieden tegen de opmars van de 26e Landwehrbrigade. Maar de formidabele Duitse houwitsers, die vanaf dat moment ter beschikking kwamen, worden nu ingezet tegen Fort Kessel.
Om 06.00u valt het eerste 42-cm projectiel, gericht tegen het Fort, op de caponniere en veroorzaakte het blokkeren van de 5,7-cm koepel. Het tweede projectiel, dat op het schietbureel valt, dringt dwars door het dikke betongewelf.
Even na 09.00u stuurt de Commandant van Fort Kessel een koerier naar het Fort van Broechem, wegens het buiten dienst zijn van de telefoonlijnen. De betreffende boodschap was gericht aan de bevelhebber van de Vesting Antwerpen.
Rond 12.00u verneemt Generaal Deguise de hopeloze situatie van het Fort. Onmiddellijk laat hij aan de Commandant van de 3e Sector volgend bericht:
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 32
"Fort Kessel, gebombardeerd sinds 06.00u vanmorgen door stukken van groot kaliber. Drie gewelven, een gang,koepel van 15-cm ingestort. Het vijandelijk vuur is zeer goed gericht. Indien het vuur voortduurt, zal het Fort weldra niet meer dan een puinhoop zijn. Het verblijf in het Fort is onmogelijk geworden. De Commandant heeft zijn garnizoen laten vertrekken en is alleen achtergebleven in het Fort. Hij wacht op bevelen."
De verpletterende gevolgen van het bombardement zowel op het metselwerk als op de koepels als op de traditore batterijen, de gedwongen inactiviteit en het gevoel van onmacht veroorzaakten bij het personeel een staat van uiterste ontmoediging. De verstikkende lucht, teweeggebracht door het gas en het stof van het beton, verergert dit nog.
De Commandat heeft bij gebrek aan verbindingsmogelijkheden zich niet tot zij oversten kunnen richten. Hij neemt de verantwoordelijkheid op zich zijn garnizoen te laten vertrekken. Hij oordeelt dat het onbruikbaar is geworden en laat zijn manschappen, onder leiding van hun pelotonschefs, naar de brug in Emblem over de kleine Nete gaan.
Hij blijft dan alleen met zijn aalmoezenier achter in het Fort. Hij stuurt deze laatste naar Fort Broechem met de reeds geciteerde boodschap. Alleen,in zijn volledig uit mekaar geschoten Fort, wacht hij op de bevelen.
Maar ondertussen waren de troepen, die de verdediging van de intervallen ten noorden en ten zuiden van het Fort moesten bezetten, ook onder hevige bombardementen komen te liggen. Zij verlaten,de ene na de andere, hun opstellingen Zij waren immers zonder dekking tegen het vuur dat van opzij,vanuit zuidoostelijke richting, vanuit Lier kwam.
De Fortcommandant Piraux is vanaf dat ogenblik volledig geisoleerd in zijn tot een puinhoop geschoten Fort. Hij vreest te worden afgesneden van zijn manschappen. Hij wacht dan niet meer langer op de bevelen en voegt zich bij zijn artilleristen bij de brug van Emblem.
Rond 13.00u bereikt hem het antwoord op zijn boodschap.
De Commandant van de 3e sector beveelt hem met zijn manschappen terug te trekken naar Fort 8 te Hoboken.
6 oktober 1914.
De Staf van het III Bataljon Landwehr-Infanterieregiment 39 was toevallig getuige bij Kessel, hoe enkele officieren van de Oostenrijkse 30,5-cm batterijen met de auto aankwamen.
Na een korte uiteenzetting, gegeven door een Duits stafofficier, zegt een door zijn markant aangezicht en zijn blonde afhangende snor opvallende, Oostenrijkse kapitein in zijn dialect: "Nun,da werden wir balt gleich eine andere situation schaffen".
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 33
Enkele ogenblikken later kwamen jonge Oostenrijkse waarnemingsofficieren met telefoon ter plaatse. Ze sluipen in een gedeeltelijk zeer onoverzichtelijk terrein tussen onze opstelling en de vijandelijke stelling door en bereiken achter het Belgisch infanteriefront, vlak bij Fort Broechem, hun waarnemingsstelling. En dan gaat het snel vooruit, schot na schot van de 30,5-cm en 42-cm stukken komen op Fort Broechem terecht, waarbij men duidelijk kan vaststellen dat het antwoord zwakker en zwakker wordt en dat er nadien nog enkel af en toe wordt geschoten vanuit de nabijheid van het Fort, vermoedelijk door op sporen staande beweeglijke batterijen.
De toestand na het oversteken van de Netelinie en de aanval op de Fortengordel - 6 oktober 1914.
7 oktober 1914.
Het 3e Bataljon rukt 's middags met de 10e en de 11e Compagnie op langs Fort Kessel naar het station van Kessel en blijft daar in gereedheid. De bruggen over de Kleine Nete,die ten noorden van Kessel in drie armen voorbij vloeit ,werden door het 9e Pionier hersteld, waarbij de 10e en 11e Compagnie geholpen hebben.
's Avonds wordt gebivakkeerd aan de spoorwegovergang in Kessel.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 34
Een deel van de Compagnies werd ondergebracht in de boerderij van De Bist,de Staf in het kasteel De Bist. Het park van dit kasteel was ingericht als stelling door de Belgen met loopgrachten en schuilplaatsen.
Volgende notities in het oorlogsdagboek van het 3e Bataljon zijn niet oninteressant:
"In het park van het kasteel De Bist vonden wij een groot aantal kisten met munitie, gedeeltelijk aan en in de vijver weggezonken. Er dient te worden opgemerkt dat het kasteel, in hetwelk wij als eerste Duitsers binnendrongen, niet beschoten en binnenin totaal verwoest teruggevonden werd. Een verwoesting zoals ze in Aarschot en Heist-op-den-Berg niet erger werd aangetroffen. Alle kasten en laden waren uitgeladen en de inhoud was door de kamers wild uit mekaar gegooid. Klavier, deuren, vensters, meubels, met ..... kapot geslagen. Alle waardevolle zaken ontbraken, de schilderijen waren uit de lijsten gesneden. Het 5e Belgische Linieregiment moet deze verwoesting aangericht hebben. Postzakken, Compagnieboeken en Compagnielijsten werden gedeeltelijk door elkaar terug gevonden. Twee Belgische inwoonsters werden door de intrek van de 10e Compagnie hierheen gebracht en hebben zich van de werkelijkheid kunnen vergewissen. Een verklaring over de bevindingen werd ondertekend.
Bij deze gelegenheid willen we vermelden dat ook in ontelbare gevallen....
Ook daar waar tot dan toe Duitse troepen nog niet binnen gekomen waren of nog niet waren kunnen binnen komen, bevonden zich dorpen, boerderijen,..... in een toestand van een schrikwekkende verwoesting zoals hierboven beschreven. Onbetwiste bewijzen tonen aan dat de Belgische militairen in eigen streken ronduit op een barbaarse manier te werk zijn gegaan. De alleenstaande vrouwen die achtergebleven waren in de dorpen, beklaagde er zich over dat de Belgische militairen, en zelfs de officieren, zich zeer slecht gedragen hadden. En dat de enkele Belgische onderofficieren tientallen vrouwen hebben verkracht De Duitse behandeling stak sterk af tegenover de Belgische. Zelfs de sieraden die de vrouwen op het lichaam droegen werden door de Belgen brutaal afgenomen. Onze soldaten hebben dikwijls werkelijk hun laatste stukje brood met verlaten vrouwen en kinderen gedeeld.
Op 7 oktober trekt het veldleger af naar de zee. De veiligheidsomwalling wordt nu verdedigd door de 2e Divisie en de Britten. De Duitsers bombarderen de stad Antwerpen.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 35
De toestand op 8 oktober 1914.
Op 8 oktober verlaten deze troepen op hun beurt de Vesting en trekt Generaal Deguise het garnizoen terug op de linkeroever.
Vesting Antwerpen : Globaal overzicht : Duitse versie en Geallieerde versie 36
De toestand van 9 en 10 oktober 1914.
Op 9 oktober volgt de overgave van de Vesting Rechteroever en op 10 oktober die van de Vesting Linkeroever.
De Vesting Antwerpen heeft dus in totaal veertien dagen stand gehouden en het Duits offensief aanzienlijk vertraagd. De ontsnappingsmogelijkheid voor het Belgisch Leger via de Linker Scheldeoever redde ons leger van de overgave. De gevechten om de Netestellingen hebben er niet weinig toe bijgedragen dat de Duitsers ons leger tijdens haar ongemerkt terugtrekken de pas niet heeft afgesneden.
Iemand van het 9de schreef
Wij moesten in Schelle op strooi slapen maar wij hadden toch een sarzie
(deken)Zo had het al acht dagen geduurd en moesten we vertrekken. Met de trein
kwamen we om twee uur in Waarloos aan 's nachts, daar lagen de soldaten op de
straat te slapen. Wij moesten ook buiten slapen. Ik had tegen een huis
geslapen. 's Morgens was ik vroeg opgestaan van de koude. In den dag moesten
wij allen getuig gaan halen zoals schuppen (spaden, red.), truffels (grote
spaden, red.), piossen (pikhouwelen, red.) en
bijlen. Ieder het zijne, ik had een klein bijltje. Ze zegden dat wij transjees
(loopgrachten, red.) moesten gaan maken naar het fort van Waalhem (Fort van
Walhem rond Antwerpen, red.). Maar wij waren er toch niet geweest, want het was
er te gevaarlijk van het ontploffen van schrapnels (stukjes granaat, red.), die
geschoten werden naar eene bestuurbare ballon die in Waarloos opging."
"Toen zijn wij naar Contig (Kontich, red.) gegaan, daar hebben wij bij
de boeren geslapen. Den volgenden dag zijn wij weder op Waalhem aan gegaan om
transjees te maken maar moesten weder terug naar Contig gaan. 's Namiddags rond
4 uren moesten wij weder terug op Waalhem aan. Wij waren niet ver meer van
Waalhem of wij moesten weder terug, de kanonnen bulderden met geweld. Daar
stonden Belze (Belgische, red.) en Franse kanonnen die naar de Duitsche schoten.
|
|
|
|
9 Linie en Antwerpen
geplaatst op 2014-10-02 |
Overzicht
van de gevechtsactiviteiten van het 9de
Vesting Antwerpen : Vermelding op het
Vaandel
Gevecht
te Aarschot: 19 aug 1914
Eerste
Uitval uit Antwerpen: 24 tot 26 augustus 1914
1.
Gevecht te Impde (Imde): 24 aug
1914
2 pelotons ter ondersteuning (gekwetsten van Luik en Aarschot)
2.
Gevecht te Weerde: 25 en 26 aug
1914
1 Bataljon ?
3.
Gevecht te Hofstade-Schiplaken:
25 en 26 aug 1914
3 compagnie
4.
Gevecht te Haacht: 26 aug 1914
3 Bataljons
Tweede
Uitval uitAntwerpen: 9 tot 13 sep 1914
1.
Herinname van Aarschot: 9 sep
1914
2.
Gevecht te Kessel-Lo: 10 sep
1914
3. Gevecht te Wijgmaael 10 sep 1914
4.
Gevecht te Over-de-Vaart: 11
sep 1914
2 Bataljons en 1 bataljon in reserve
5.
Gevecht te Wakkerzeel-Hambos:
11 en 12 sep 1914
Derde
Uitval uit Antwerpen: 25 tot 27 sep 1914
1.
Gevecht te
Sint-Gillis-bij-Dendermonde: 26 en 27 sep 1914
2.
Gevecht te Lebbeke: 26 en 27
sep 1914
3.
Verdediging van Antwerpen: 28 sep tot 10 okt 1914
4.
Volledige eenheid ter
bescherming van Kontich
(Het is tevens de plek waar het Verdrag van Kontich op 9 oktober 1914 getekend
werd, dat de capitulatie van Antwerpen inluidt.)
Op 27
september begint de belegering van Antwerpen
Het derde reservekorps wordt versterkt, zodat de Duitse bevelhebber generaal
Von Bezeler nu 5 infanteriedivisies met 110 stukken belegeringsartillerie ter
beschikking heeft.
Na 20 uren veroveren ze Mechelen en gaan ze Sint Rombouts toren gebruiken als
observatiepost; Zodoende hebben ze een overzicht tot aan de voorsteden van
Antwerpen en kunnen ze hun artillerie accuraat bijsturen. Daarom kunnen de
Belgische troepen enkel bij valavond stellingen innemen of zich terugtrekken.
BRIEF VAN EEN SOLDAAT VAN HET NEGENDE.
|
|
|
|
Van Basel naar de Kust.
geplaatst op 2015-01-20 |
Van Basel naar de kust
geplaatst op 0000-00-00 |
Van Basel naar de Kust.
geplaatst op 2015-01-31 |
Van Basel
naar de Kust.
De slag om
Antwerpen was verloren maar de mannen van het Negende hadden er zich zo goed
verdedigd en toegelaten dat de andere eenheden zich konden terugtrekken dat ze
de vermelding ANTWERPEN op hun vaandel mochten vermelden.
We trekken terug maar laten niemand achter!
Op 7 oktober
vertrokken ze uit Sint Niklaas. Na veelvuldige strubbelingen onderweg en het
ontbreken van de beloofde treinen waardoor de verplaatsing dikwijls te voet
gebeurde worden ze uiteindelijk gegroepeerd in Oostende waar ze uiteindelijk
wat warm eten en nieuwe uitrustingsstukken krijgen.
Soms vervoerd maar ook grote stukken te voet....... naar Oostende!
Op 13 oktober omstreeks
02.00 moeten ze overhaast vertrekken naar Keiem. Dan ze krijgen ze de opdracht
om naar Diksmuide te marcheren waar ze op14 oktober aankomen. Vanaf 15 oktober tot 19 oktober worden ze in reserve
geplaatst 'maar onze jongens doen de dagelijkse verkenningen tussen de
streek Lampernisse - Oostkerke - Wulpen.
Het Belgische leger organiseert een paar buitenposten om de andere
kant te beschermen en te verdedigen, de toegang bruggen over de rivier. Het
10de Linie regiment geholpen door de 1e Lanciers, verdedigt Keyem Beerst voor
de brug van Tervaete. De Duitse aanval is verwoestend, ze moeten terugploien
waardoor meer dan 200 slachtoffers vallen.Tegen de valavond volgt een tweede
gevecht dat beslissend zal zijn.. Het 1ste Bataljon van het 8ste en 13de
linieregiment veroveren de eerste stelling en te samen met het 9de Linie
regiment zullen ze dit verdedigen en uitbreiden.
Pas op 19
oktober moeten zij zich opstellen in Oostduinkerke halfweg Nieuwpoort.Op 20 oktober zijn ze betrokken bij de gevechten om de Nieuwpoortse brug te
Lombardsijde waar ze uiteindelijk weer een ongelijke maar heroische strijd
uitvechten tegen een overmacht van de vijand. Het relaas van deze strijd vindt u verder.
Rusten als het kan!
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
De Slag van Lombardzijde 1
geplaatst op 2015-01-25 |
Slag
van Lombardzijde
De
2e legerafdeling zou de sector op de uiterste linkervleugel van het ganse front
bezetten; te Lombardszijde, tegen de zeeduinen en het strand, tot
Saint-Georges.(St Joris)
Rond
17 oktober 1914 begon de IJzerslag, die duurde tot 30 oktober 1914. De eerste
aanval op Nieuwpoort begon op 20 oktober 1914 met de aanval op Schuddebeurs en
de grote versterkte hoeve (Bamburgh).
Deze
hoeve, door paters, de vroegere bezitters van de hoeve, in een echt bastion
herschapen, was moeilijk te veroveren. Daar die hoeve een sterke verdediging,
als voorpost van de stelling Nieuwpoort was, werd om dit belangrijk steunpunt
hardnekkig gevochten en viel dit bastion meermaals in de handen van de vijand
en visa versa van de Belgen. Door de Duitse overmacht en de hardnekkige
aanvallen van de vijand, moesten de Belgen de hoeve prijsgeven.
Een Getuigenis:
Op
de uiterste vleugel van het front van Nieuwpoort tot aan de duinen, juist voor
het dorp Lombardsyde werd op de hoogste duin aldaar een Belgische vlag op een
hoge mast geplaatst, om de bevelvoerders van de Engelse oorlogsschepen, die de
Belgische strijdkrachten moesten steunen, aan te tonen waar de Belgische
loopgrachten van de eerste lijn zich bevonden.
Dit
was hoogst nodig daar door vernoemde schepen reeds in onze rangen geschoten
was, en de waarnemer (observateur) in de kerktoren van Lombardsijde uit zijn
post geschoten hadden en gedood.
Het
bevel werd gegeven dat aan de voet van die vlaggemast een wacht moest geplaatst
worden. Vijf soldaten en ikzelf, als overste, kregen het bevel bij die vlag te
gaan postvatten. Had ik dit bevel korrekt uitgevoerd dan zou ik nu niet meer
dit verhaal kunnen neerschrijven, want die Belgische vlag was maar amper 1/2
uur op de aangeduidde plaats gehesen of de Duitsers namen het onder kanonvuur
en bij het eerste schot trof de projectiel de mast die verschillende meter door
de lucht geslingerd werd en een kolonne duinzand deed opstuiven.
De soldaten
in de eerste lijn hadden uit nieuwsgierigheid die operatie gevolgd en wanneer
ze die vlaggestok in de lucht zagen slingeren veronderstelden ze dat de wacht
daarbij omgekomen was. Men kwam dan onmiddellijk toegelopen om zich te
vergewissen van de toestand. Maar op de plaats zelf was niets meer te
bespeuren;noch vlaggestok noch vlag. Ik aanzag dit alles lachend vanop het duin
op vijftig meter vandaan, "hewel, wat zoekt ge?" Het antwoord luidde,
wij kwamen u zoeken! Hun ongerustheid was te begrijpen, vooral de Jules was erg
geschrokken. Had ik niet vooruitziende geweest, en mijn opdracht slaafs
uitgevoerd, dan ware het onvermijdelijke gebeurd.
Bij het
terugkeren in de loopgracht werd ik bij de kommandant van de kompagnie geroepen
die mij geluk wenste en prees om mijn schrander vooruitzicht.
De vijand
verdubbelde zijn aanvalskracht en voor die overmacht moesten we wijken. De
terugtrekking van de kompagnie gebeurde tot 500 meter voor het bruggenhoofd van
Nieuwpoort.
Op 20
oktober bezette de Duitsers Lombartsijde en drongen niet verder aan. Het
overschrijden van de bruggen over de sluizen was zeer gevaarlijk daar deze
voortdurend onder vuur genomen werden, toch geraakte het gros van het Batailon
er overheen en verzamelde zich op een weide zuidwaarts van de stad, alwaar we
versterking kregen van vrijwilligers van allerlei pluimage.
De vrijwilligers waren slecht bewapend, sommige hadden een oud geweer
(Comblain, van de Garde-civique), en bovendien waren ze slecht onderricht
waardoor ze zeer gevaarlijke individuen waren, in zoverre dat ze bij het vormen
van gewerenbundels(faiceau) een onder hen zijn kameraad door het hoofd schoot;
hij had vergeten zijn wapen op veilig te stellen.
Comblain
Foto: Belgische wapens http://www.infanterist.be
Men werd
verplicht hun te verbieden met die oude geweren te schieten en te wachten tot
men hun Mosergeweren zou kunnen geven, wat niet lang op zich liet wachten
aangezien het groot aantal doden en gekwetsten, waarvan men hun dan een moser-geweer
kon terhand stellen. Ook moesten de geweerkogels uit de kardoestassen
(cartouchiers) van de gesneuvelden gehaald worden bij gebrek aan
schietvoorraad.
Bij de
tegenaanval op de hoeve (Bambourgh) werd het 9e linieregiment, versterkt met
Engelse mariniers, met machinegeweren, en manschappen van de 5e brigade
infanterie, ingezet. De kommandant Romedenne en luitenat Calle, die de belgische
sectie machinegeweren bevolen, wisten hoe gevaarlijk de toestand er was en
verwittigde de Engelse matrozen hun machinegeweren niet zo roekeloos bloot te
stellen. Maar zo verwaand ze waren niet naar de goede raad van de
Belgische officieren te willen luisteren, en toch hun zin doordreven,
waren ze nog maar even in stelling of een duitse batterij nam ze onder schot,
en ze moesten al hun materiaal en gesneuvelde makkers op het slagveld
achterlaten.
Maar het gevolg was dat door die roekeloze daad de verdediging van
"Bambourgh" verzwakt werd en door de sterke aanval van de Duitsers de
hoeve moest prijsgegeven worden, en de Belgische soldaten zich moesten
terugtrekken op de steenweg naar Nieuwpoort tot voor de bruggen over de IJzer.
De slag van Lombardsijde kostte grote verliezen aan officieren en manschappenHet regiment, zeer verzwakt, bracht de nacht van 20-21 oktober door onder de
plassende regen.
Heel vroeg in den morgen
van 22 en Oktober brachten patroeillen van het 6c, uit Nieuwpoort
gezonden, de mare dat Lombaertzijde door de duitsehers verlaten was. Het Ie Jagers
en het 9 linieregiment werden gelast zich van het dorp en de lijn tot aan de
Bamburghofstee meester te maken.Gedurende den gansehen
dag, moesten onze soldaten daar een
hardnekkig gevecht leveren,dat tegen den avond bekroond werd : uitgenomen Hamburghofstee was
ons front langsdien kant weer hersteld. Nochtans
ging de strijd voort met
eene bizondere hevigheid, de tegenstrevers
waren op sommige plaatsen enkel eenige meters van elkander gescheiden. Het 9e
dat reeds zoolang in den strijd was, en op 't einde
van dien lastigen 22en Oktober eenen geweldigen
duitschen aanval ten zuiden van Lombaertzijde had teruggeslagen,zal nog gedurende
den gansehen nacht en den volgenden morgen zegevierend de stormloopen van
den vijand knakken. En in den donder van de kanonnen die de ruitendeed daveren tot in
Holland, hoorden onze jongens van 't 9e uit
de duitsche loopgrachten den kreet stijgen
in correct Fransch Rendezvous,Messieurs !
en onmiddelijk daarop antwoorden
het korte energieke " Jamais
>>van luitenant Van Parijs. Den
volgenden morgen sloegen zij,
door de soldaten van het 1 Jagers geholpen, de duitsehers op de vlucht, hun 2 muitrailleuzen
en verscheidene krijgsgevangenen nemend.
Voor
de ongelooflijke moed en strijdvaardigheid van het Negende in deze slag
werd de citatie LOMBARSIJDE aan het Vaandel toegekend.
ENKELE GETUIGENISSEN :
1 - Getuigenis van een 9 Linie soldaat
Ons Regiment komt op 14 oktober, aan op de linkeroever van
de IJzer, het Belgische leger organiseert een paar buitenposten om de andere
kant te beschermen en te verdedigen, de toegang bruggen over de rivier. Het
10de Linie regiment geholpen door de 1e Lanciers, verdedigt Keyem Beerst voor
de brug van Tervaete. De Duitse aanval is verwoestend, ze moeten terugplooien
waardoor meer dan 200 slachtoffers vallen.Tegen de valavond volgt een tweede
gevecht dat beslissend zal zijn.. Het 1ste Bataljon van het 8ste en 13de
linieregiment veroveren de eerste stelling en te samen met het 9de Linie
regiment zullen ze dit verdedigen en uitbreiden.
Op 19 oktober 1914 nemen onze jongens stelling in
Oostduinkerke, en verblijven onder meer in de kerk, de pastorie en het gemeentehuis.
Tegen het einde van de maand werd de gemeente door de vijand beschoten: er
vielen 13 doden onder de burgerbevolking en de kerk liep zware schade op. Vele
inwoners sloegen op de vlucht. De Belgische eenheden werden op 23 oktober 1914
vervangen door Fransen, waaronder koloniale Zouaven, die hier tot eind mei 1917
zouden blijven.
Onze jongens moeten ook de route Oostduinkerke - Nieuwpoort behouden en
verdedigen. De ijzervlakte is een verdedigingslijn. Men spreekt niet
meer over de eerste lijn of tweede lijn. Alles vloeit door elkaar. Men
vecht om te overleven, Pervijse, Ramskapele, Nieuwpoort, Diksmuide alles
brandt. Lombarzijde van de kaart geveegd. Er liggen nog geen 20 seconden
tussen
de ontploffingen ,En noch onze jongens en Duitsers geven op. We moeten
de
Duitsers tegen houden, dit is het bevel van onze Koning. Maar we hebben
gebrek
aan alles, water, eten, munitie, droge kleding. De meeste slapen waar ze
staan.. Wanneer worden wij afgelost..Op de 20ste lukte het de Duitsers,
na dertien uur verbeten
strijd, om Lombardsijde en de hoeve Bamburg (gelegen vlakbij het kanaal
Nieuwpoort-Plassendale) in te nemen. Het Tweede Bataljon van het 9de
doet een
tegenaanval tussen Lombardsijde en de Beverdijk. Ze kunnen het front
verbreden
en uitdiepen, maar ze worden zwaar gehinderd door Duits machinegeweer.
Een van onze jongens schrijft het volgende. :
Onze compagnie moet oprukken. We gaan al dagen tot het uiterste. Onze vermoeidheid heeft al lang de grenzen van het menselijke
overschreden. Plots hoor je gefluit, daarna kreten, elk grijpt zijn geweer en
opent het vuur. Ondertussen veranderen die kreten in klaaglijk gehuil. De
strijd herneemt in alle hevigheid. De toestand is kritiek, het Belgische leger
wordt steeds kleiner en is aan zichzelf overgeleverd. We zijn hopeloos
ontredderd en hebben drie dagen niets meer gegeten of gedronken. De enkele
beschuitjes die we krijgen worden bevochtigd met het vuil stinkende water uit
de greppels. We slapen nabij gesneuvelde makkers en hebben de moed en de kracht
niet om hen te begraven. Geen aflossing, geen bevoorrading mogelijk. Het water
valt met bakken uit de hemel, een echte zondvloed! De loopgraven zijn als
kanalen en onze handen staan stijf van de koude. De noorderwind blaast ons om
de oren, je zou niet weten wat het ergst is: het gehuil van de wind of het
gedonder van de artillerie. Er niets te eten, we tandenknarsen en vermageren
zienderogen. We hebben zelfs moeite om elkaar te herkennen. Het is onmogelijk
de kuilen te verlaten. Of je hier nu miljonair bent of arme drommel, het blijft
voor iedereen het zelfde... . Je moet er in berusten. Ondanks alles blijven we
op post. De IJzer is onze laatste hoop. Het is overwinnen of sterven. We zijn
geen mensen meer maar duivels in lompen, zwart van modder, zweet en regen,
bebloed en ten einde adem. Net als de Duitsers offeren de hardnekkige Belgen
liever alles op dan te wijken.
De vijand verdubbelde zijn aanvalskracht en voor die
overmacht moesten we wijken. De terugtrekking van de compagnie gebeurde tot 500
meter voor het bruggenhoofd van Nieuwpoort.
Het overschrijden van de bruggen over de sluizen was zeer gevaarlijk daar deze
voortdurend onder vuur genomen werden, toch geraakte het gros van het Batailon
er overheen en verzamelde zich op een weide zuidwaarts van de stad, alwaar we
versterking kregen van vrijwilligers van allerlei pluimage.
Hopelijk worden we vlug afgelost..Het regiment, zeer verzwakt, bracht de nacht van 20-21
oktober door onder de plassende regen.
Op 22 oktober trekt ons regiment zich terug en neemt stelling aan de Palingbrug
(Kanaal Veurne - Nieuwpoort). Brug nr 25)
Omstreeks 10.00 hr. 11.00 hr. Ontvangt men het bevel om Lombardzijde terug te
heroveren en de pachthoeve Groot Bambourgh in te nemen.
Beeld van wanhoop!
.
Door de roekeloze daad van de Engelsen (zie vorige alinea) was de
verdediging van "Bambourgh" verzwakt waardoor door de sterke aanval
van de Duitsers de hoeve moest prijsgegeven worden, en de Belgische soldaten
zich moesten terugtrekken op de steenweg naar Nieuwpoort tot voor de bruggen
over de IJzer.
Daar hield ons regiment stand ondanks de
verschillende stormlopen van de Duitse eenheden. Om 02.40 hr. Word onze
stelling onder vuur genomen door Duits artillerievuur. Omstreeks 03.30 hr.
Volgt de laatste stormloop van de Duitsers, dankzij het 3 Bataljon konden wij
de Duitsers tegenhouden op 10 meter van onze stelling. Onze jongens nemen een
40 tal krijgsgevangen, maar het belangrijkste ze veroveren een munitie kar vol
machinegeweren en wapens..
De slag van Lombardzijde kostte grote verliezen aan
officieren en manschappen.
Lombardzijde, en de hoeve Bambourgh aan het kanaal
Nieuwpoort-Plassendale bleef evenwel in Duitse handen.
Diksmuide word terug zonder ophouden bestookt, maar
de Duitse infanterie hield zich - na de desastreuze stormlopen van de voorbije
dag en nacht afzijdig.
De
slag aan den Yzer treedt op dit oogenblik in eene nieuwe phase. Buiten het
front
Lombaertzijde-Groote
Bamburghoeve, heeft ons leger de stellingen der vooruitgeschoven
linie moeten
verlaten. De verdediging van den Yzer begint. De vijand die op dit
front over eene
schrikkelijke artillerie beschikt,zal onze loopgrachten als 't ware
met
projectielen
oversproeien ; op Dixmuide,Nieuwpoort en Schoorbakke zal hij zonder-
linge
infanterieaanvallen doen. Zonderling,omdat zij geschieden met eene ongekende
hevigheid, als
hadden de menschenlevens voor de duitschers geene waarde meer I
Zonderling nog,
omdat ze gedaan worden door zeer jonge troepen die huilend en
Hoch
! roepend, als dronken, stormend op onze linies afkomen en zich,
om zoo
te zeggen, slachten
laten door onze soldaten.Waarlijk, ons leger heeft het daar lastig
gehad I Op zooveel
plaatsen te gelijk gebeurden de aanvallen en zo talrijk waren
zij, dat onze Staf
de reserven ook op de vuurlijn moest zenden. Nochtans zij weerstonden,
onze jongens ! Sommigen
hadden geene rust meer genoten sedert vier nachten;
sommigen hadden
geen mantel meer en sliepen in 't open veld in hun zomerpak;
sommigen-zooals P.,
het vertelt- speelden 's nachts in hunne loopgrachten met de
kaart om te weten
wie, na eenen ganschen dag vasten, het stuksken brood langs den
weg gevonden, eten
zou ! Wij
dronken het zwarte, vuile water der beek, zegt hij,en
vonden dat heerlijk !
Nog een getuigenis:
De 22e oktober werden we te Oostduinkerke gekantonneerd. De 24e oktober
kreeg de kompagnie opdracht stelling te nemen aan de brug van Keteleersdam, als
versterking van het 14e linieregiment dat in een verwoedde slag door de duitse
overmacht op de Noordvaart moest terugtrekken.
De Duitsers achtervolgden de Belgen door zich te laten voorafgaan van Belgische
krijgsgevangenen als scherm gebruikend, wat ons belette te schieten op de
Duitsers om geen kameraden te doden; een zeer laffe daad van de Duitsers! De
25e oktober werd in samenwerking met een bataillon van het 6e linieregiment een
tegenaanval ingezet; deze tegenaanval mislukte en een groot gedeelte van het
bataillon werd krijgsgevangen genomen.
Door de
grote overmacht van de Duitsers moesten de overblijvenden van het bataillon van
Majoor Gillet zich terugtrekken tot achter de dijk van de spoorweg
Nieuwpoort-Diksmuide, waar de vijandelijke vooruitgang gestuit werd. In de
nacht van 26 oktober werd het bataillon afgelost door verse troepen en we
werden te Wulpen gekantonneerd om aldaar het het bataillon te hergroeperen.
Op 1
november werd de toren van de kerk van Wulpen door de Belgische Genie
opgeblazen, opdat de toren niet meer als mikpunt voor de Duitsers zou kunnen
dienen. De burgers van het dorp waren reeds gevlucht, alleen de zusterkes van
het klooster waren de laatste die zouden vertrekken, omdat ze eerst hun
voorraad wijn aan de man wilde brengen. De soldaten vroegen niets beter dan die
wijn te kopen, en de Jules en ik maakte van dit buitenkansje ook gebruik om elk
twee flessen van die beste wijn, tegen 2 frank de fles, te kopen. Wij hebben
samen die flessen beste wijn zeer profeitelijk uitgedronken.
Op 28
oktober piket in de steenbakkerij van Ramskapelle.
De 29e
oktober bezetten we de dijk van de spoorweg van Nieuwpoort-Diksmuide en tot de
hoeve "Viole".
Onze
kompagnie bezette het gedeelte tussen Palingbrug en het station van
Ramskapelle.
Op 4
november 1914 werd aan de bevelhebber van de Fransen, in Belgie, gevraagd in
samenwerking met de Belgen, een uitval te doen richting Lombardsijde-Westende,
terwijl de 1e en de 2e kompagnie het bruggenhoofd van de palingbrug moesten
bezetten.
Niettegenstaande
de uiterste wilskracht van de soldaten werd Lombardsijde door de Duitsers terug
bezet. In de nacht van de 4e November nam onze kompagnie stelling in de eerste
lijn voor Nieuwpoort. Afgelost de 5e november, werden we in de kelders van
Nieuwpoort-Stad ondergebracht.
|
|
|
|
De Slag aan den IJzer.
geplaatst op 2015-01-31 |
De Slag aan den IJzer.
(18 - 31 oktober 1914)
Wat vooraf ging :.
Luik
werd reeds op 7 augustus bezet en op 20 augustus was het de beurt aan Brussel.
Op 9 oktober valt de vesting Antwerpen en wat nog rest van het Belgisch leger
trekt zich, samen met Britse marine fuseliers, terug op de IJzer, de laatste
natuurlijke hindernis waarop nog weerstand kon geboden worden. Koning Albert I
slaat zijn hoofdkwartier op te Veurne. Zijn dwingende boodschap tot het leger
is dat dit laatste stukje vrij Belgie�ë koste wat kost moest verdedigd worden,
niet enkel om dit deel van het land van Duitsers te vrijwaren, maar ook omdat
in de 'wedloop naar zee' dit gedeelte van het Westelijk front van cruciaal
belang was. Indien het leger deze opdracht had verknald lag voor de Duitsers de
weg open naar de havens van Duikerke Calais en Boulogne, de voor de
Britten belangrijkste aanvoerhavens nadat Oostende en Zeebrugge in Duitse
handen waren gevallen. Terreinstudie van de IJzervlakte tussen Nieuwpoort en
Diksmuide Het landschap tussen Nieuwpoort en Diksmuide wordt, buiten een tot 20
meter hoge duinengordel langs de kust, gekenmerkt door zijn zeer geringe
hoogte, tussen - 1 meter bij hoogtij en + 4 meter bij laagtij. De streek wordt
doorkruist door een wirwar van waterlopen, afwateringskanalen en beken die,
samen met het sluizencomplex van Nieuwpoort (Ganzenpoot) ervoor moet zorgen
dat: deze vlakte bij hoogtij niet onder water loopt, het water afkomstig uit de
heuvels rond Ieper via de IJzer vlot kan worden afgevoerd, de waterstand in de
kanalen en de IJzer voldoende hoog kan gehouden worden om de binnenscheepvaart mogelijk te houden.
De spoorlijn tussen Nieuwpoort en Diksmuide loopt praktisch over de ganse
lengte op een verhoogde berm die gemiddeld 3 meter boven zeeniveau uitsteekt.
De IJzer, met een gemiddelde breedte van 20 meter, stroomt ten Oosten van deze
kunstmatige berm en heeft op beide oevers een dijk die 2 meter hoger is dan het
omgevende landschap. Er zijn drie belangrijke bruggen over deze rivier: de Uniebrug in
het Noorden tussen St-Joris en Mannekensvere. de brug te Schoorbakke,
juist ten Noorden van de bocht van Tervate, die Pervijse met Schore
verbindt, de brug ter hoogte van Tervate in het Zuidelijk deel van de
gelijknamige bocht die een verbinding naar Keiem toelaat.
Dit terreingedeelte met in het
Noorden Nieuwpoort, in het oosten de IJzer, in het Zuiden Diksmuide en in het
Westen de spoorlijn Nieuwpoort - Diksmuide wordt als het ware van Noord naar
Zuid doorkruist door de Grote Bevervaartdijk die via het sluizencomplex te
Nieuwpoort aansluit op de Noordvaart.
Het verloop van de slag
Toestand half oktober 1914
Getalsterkten
- Belgen : +/- 75.000 waarvan 52.000 infanteristen en 5.000 cavaleristen
- Fransen : +/- 6.000 marine fuseliers onder bevel van admiraal Ronarc'h
- Duitsers : +/_ 100.000 infanteristen
Geallieerd
front
- Voorlinie : Westende, St.-Pieters-Kapelle, Leke, Vladslo
- Voorposten : Lombardsijde, Mannekensvere, Schore, Keiem en Beerst
- Bruggenhoofden over de IJzer: Nieuwpoort, Schoorbakke en Diksmuide
Geallieerde
opstelling. :
Vanaf de Noordzee tot Noord van Diksmuide: 2de Belgische Divisie (Generaal
Dossin), 1ste Belgische Divisie (Generaal Baix) en 4de Belgische Divisie (Generaal
Michel)
In bruggenhoofd Diksmuide: Franse Marine fuseliers en 3de Belgische Divisie (- 2
brigades)
Vanaf het Zuiden van Diksmuide tot Fort Knokke: 5de Belgische Divisie (Generaal
Guiette), vanaf 18/10/14 (Generaal Scheere)
Langs kanaal Ieper-IJzer tot Boezinge: 6de Belgische Divisie (Generaal
Lantonnois)
Ten Zuiden van het bos van Houthulst: 1 Belgische Cavaleriedivisie (Generaal De
Witte) en Frans Cavaleriecorps (Generaal De Mitry)
In reserve: Resterende twee
brigades van de 3de Divisie in Lampernisse en 2de Belgische Cavaleriedivisie
(Generaal De Monge) te Nieuwpoort.
Doel van de Duitsers : De
kanaalhavens veroveren om de ravitaillering aan troepen en materieel uit
Groot-Brittannie te beletten. Het objectief is de IJzer over te steken te
Nieuwpoort of Diksmuide of via de drie tussenliggende bruggen (Uniebrug,
Schoorbakkebrug en Tervatebrug)
Gebeurtenissen net voor de slag
15 oktober 1914:
graven van
gevechtsstellingen en loopgraven op de linker oever van de IJzer (eerste
linie). De IJzer vormt een goede natuurlijke verdedigingslinie, bovendien ligt
de linker oever bijna twee meter hoger dan de rechter oever. Deze relatieve
veiligheid van de verdedigers wordt echter verzwakt door de grote "bocht
van Tervate" (Stuivekenskerke, Diksmuide), waar de Belgen van opzij kunnen
worden beschoten.
Voor de Duitsers zijn er twee
mogelijkheden om door te steken:
-
ofwel Nieuwpoort of Diksmuide innemen en de Belgische en Franse
troepen in de rug aanvallen,
-
ofwel doorbraak bij een van de drie IJzerbruggen (de Uniebrug, de
Schoorbakkebrug of de Tervatebrug)
Geografische aspecten ten westen
van de IJzer kunnen echter een ruggensteun vormen bij een eventuele
terugtrekking:
1. geheel van waterlopen, o.m.
Reigersvliet en Beverdijkvaart. Deze laatste, verlengd door de Noordvaart,
loopt evenwijdig met de IJzer,
2. de spoorlijn Diksmuide-Nieuwpoort
met een spoorwegberm van 1 tot 2 m hoogte,
3. 10 km ten westen vormt de Lovaart
een waardevolle tweede waterlinie.
Geografische aspecten ten westen
van de IJzer kunnen echter een ruggensteun vormen bij een eventuele
terugtrekking
16 oktober 1914: het Belgisch leger neemt zijn stellingen achter de IJzer en de
Ieperlee in. De Frans-Britse troepen, teruggedreven uit Roeselare, stellen zich
op op een lijn lopende van Houthulst naar Armentieres (Noord-Frankrijk).
Hierdoor mag de Belgische Zesde Divisie het gebied Noordschote
(Lo-Reninge)-Boezinge (Ieper) verlaten, waardoor het Belgisch front (21
oktober) van 39 km tot 28 km wordt ingekort (Nieuwpoort tot Fort de Cnocke op
de grens van Lo-Reninge en Houthulst). Hierdoor kon het Belgische leger m.b.v.
de Derde Divisie (Wulpen, Koksijde), de Vijfde Divisie (Oostkerke, Diksmuide)
en de Zesde Divisie (Lampernisse, Diksmuide) een tweede linie opwerpen: er
worden loopgraven gedolven en opgeworpen ter hoogte van de Grote Beverdijkvaart
en de spoorweg Diksmuide-Nieuwpoort.
Een rustig? moment.
Begin van de Slag om Diksmuide (16
oktober-10 november 1914): de stad ligt onder zwaar Duits artillerievuur en
wordt gedurende drie weken verdedigd door een Franse brigade marine fuseliers
o.l.v. admiraal Ronarc'h en Belgische eenheden. Op 10 november nemen de Duitse
troepen Diksmuide in.
17 oktober 1914: Foch laat weten dat een Franse brigade van de 89ste territoriale
Divisie naar Zuidschote (Ieper) zal worden gebracht waardoor de Belgische
Vijfde Divisie zich mag terugtrekken om zich als reserve in Lampernisse op te
stellen.
Om te vermijden dat de vijand
kerktorens en molens als mikpunt of als observatiepost zou gebruiken, worden
talrijke van die bakens opgeblazen door het Belgische leger. Op 17 oktober
worden o.m. de kerken van Leke en Keiem (Diksmuide) in brand gestoken. Andere
bakens volgen.
18 oktober 1914: de Slag aan de IJzer barst los. De Duitsers forceren een massale
aanval over een front van 100 km, vanaf Nieuwpoort tot La Bassee
(Noord-Frankrijk). Ze vallen de haastig geinstalleerde Belgische voorlinie en
voorposten op de rechter oever van de IJzer (met name: Westende, Lombardsijde,
Mannekensvere, Sint-Pieterskapelle, Schore, Leke, Keiem, Beerst en Vladslo)
aan. De dorpen Lombardsijde, Mannekensvere, Schore (Middelkerke), Keiem, Beerst
en Vladslo (Diksmuide) worden gebombardeerd en aangevallen. Schore
(Middelkerke), Keiem (Diksmuide) en Mannekensvere (Middelkerke) worden tegen de
middag onder de voet gelopen. De kerk van Beerst (Diksmuide) wordt door de
Fransen in brand gestoken.
19 oktober 1914: ondanks heroveringspogingen wordt Keiem definitief prijsgegeven
aan de Duitsers. Beerst wordt 's morgens veroverd, maar tegen de avond kunnen
de Franse fuseliers en delen van de Belgische Derde Divisie het brandende dorp
opnieuw innemen. De Tervatebrug (Stuivekenskerke, Diksmuide) wordt opgeblazen
uit angst dat de aanval van de Duitsers tussen de Uniebrug en de Tervatebrug
zou plaats vinden, om dezelfde reden wordt de Zesde Divisie te Pervijze
(Diksmuide) opgesteld.
20 oktober 1914: Lombardsijde (Middelkerke) wordt definitief prijsgegeven waardoor
het Belgische Leger op de oostelijke oever van de IJzer enkel nog te Diksmuide
stand houdt. Diksmuide wordt zwaar beschoten vanuit het "Praatbos"
(Vladslo, Diksmuide). Duitse troepen trekken richting Diksmuide vanuit Esen en
Beerst (Diksmuide). Een eerste bestorming van Diksmuide wordt echter
afgeslagen.
21 oktober 1914: Diksmuide wordt opnieuw heel heftig gebombardeerd en
verschillende malen bestormd door de Duitsers, doch houdt stand. Ook de bocht
van Tervate (Stuivekenskerke, Diksmuide) krijgt het hard te verduren door
beschietingen (vanuit Schore, Leke en Keiem) en diverse bestormingen.
Op 21 oktober ziet het vijandelijke
front er als volgt uit: Vierde Ersatzdivisie ter hoogte van Nieuwpoort, het
Derde Reservekorps op de lijn Nieuwpoort-Keiem, het 22ste Reservekorps ten
noorden van Diksmuide, het 23ste Reservekorps te Diksmuide en ten zuiden
daarvan. 22 oktober 1914: ter hoogte van de bocht van Tervate (kilometerpaal 10, op de
overgang van Eerste naar Vierde Divisie) in Stuivekenskerke (Diksmuide) slagen
de Duitsers erin om ongemerkt de IJzer over te steken. Ongeveer 800 m ten
zuiden van de Schoorbakkebrug (grens Pervijze (Diksmuide) en Schore
(Middelkerke)) richten de Duitsers de eerste noodbrug op. Ze slagen erin de
volledige bocht van Tervate in te nemen. Een (vergeefs) Belgisch tegenoffensief
van het Eerste Regiment Karabiniers o.l.v. kolonel Biebuyck (ca. 1200 doden) en
een tweede poging vanuit de hoeve Vicogne (Stuivekenskerke, Diksmuide) door het
Tweede Bataljon Eerste Grenadiers o.l.v. majoor d'Oultremont, blijft echter
steken op 300 m van de IJzeroever.
Nacht van 22 op 23 (?) oktober 1914: Belgische officieren steken de
kerk van Stuivekenskerke in brand, om te beletten dat de Duitsers de toren als
uitkijkpost zouden gebruiken.
23 oktober 1914: Duitsers bereiken
Schoorbakke (Pervijze (Diksmuide)) op grens met Schore (Middelkerke)), en
veroveren de plaats Tervate (Stuivenkenskerke, Diksmuide). Het Belgische leger
moet zich terugtrekken tot achter de tweede linie gevormd door de Noordvaart,
Beverdijk, Reigersvliet en het gehucht Oud-Stuivekenskerke (Stuivekenskerke,
Diksmuide).
Nacht van 23 op 24 oktober 1914: de Duitse troepen steken massaal de
IJzer over. Ca. 800 m ten noorden van de vernietigde Tervatebrug bouwen ze een
betonbrug. Tussen Tervate en de steenweg Beerst-Diksmuide worden loopbruggetjes
over de IJzer gelegd. Troepen die deze bruggen oversteken trekken zuidwaarts en
veroveren de hoeve "De Toren" (ter hoogte van Oud-Stuivekens,
Stuivekenskerke, Diksmuide), en de woning en de installaties van de zogenaamde
"Petroleumtanks" (Kaaskerke, Diksmuide). Op slechts 2 km afstand
kunnen zij Diksmuide nu in de rug aanvallen.
24 oktober 1914: de Duitse troepen palmen Sint-Joris (Nieuwpoort),
Stuivekenskerke en Oud-Stuivekenskerke (Diksmuide) in. Franse marine fusilliers
daarentegen voeren een tegenaanval uit op hoeve "De Toren" en de
"Petroleumtanks". Daarop smoren de Duitsers de tegenaanval op een
gruwelijke manier in de kiem door de "Petroleumtanks" in brand te steken.
Toch is de Duitse opmars langs de westelijke IJzeroever - richting Diksmuide -
tot staan gebracht. Met de tanks brandt ook de hoeve "De Toren" en de
"hoeve Vandewoude" af.
25 oktober 1914: de Slag aan de IJzer neemt catastrofale vormen aan voor het
Belgische leger. Kolonel Wielemans, de nieuwe stafchef, overweegt een
terugtocht naar de Lovaart (Veurne-Fortem-Lo). Diverse verschansingen ter
hoogte van de Lovaart worden gegraven.
Wanneer de Duitse aanval echter enigszins
stilvalt bij gebrek aan reserves, kan het Belgische leger de terugtrekking tot
aan de spoorweg Diksmuide-Nieuwpoort voorbereiden. De hoge berm biedt
bescherming en zou boven water blijven bij een onderwaterzetting. De vijand
moet zonder dekking aanvallen vanuit de vlakte. Door de rechte spoorlijn zijn
zijdelingse beschietingen uitgesloten.
De opzichter van de Noordwatering,
Karel Cogge, werkt een plan uit voor de onderwaterzetting van het gebied tussen
de IJzerdijk en de spoorwegberm. In de nacht van 25 op 26 en de 26ste oktober
1914 worden o.m. 24 'duikers' in de spoorwegberm gedicht. 's Nachts is er even
paniek: een Duits bataljon is via Esen over de IJzer geraakt en kan doorsteken
tot Kaaskerke (hoofdkwartier van Ronarc'h), waar het tot staan wordt gebracht.
De 26ste oktober nemen de Duitsers Oud-Stuivekenskerke en Stuivekenskerke
(Diksmuide) in en stellen hun artillerie hier op. De Belgische Eerste en Tweede
Divisie verlaten (onder druk van de Duitsers, maar ook met het oog op de
inundatie) hun stellingen aan de Beverdijk en de Reigersvliet, en hergroeperen
zich ter hoogte van de spoorwegberm.
Nacht van 26 op 27 oktober 1914:
twee aanvallen op de spoorlijn, nl. een in de richting van Booitshoeke (Veurne)
en een op het station van Pervijze (Diksmuide). De Belgen kunnen op het
nippertje een Duitse doorbraak verijdelen.
27 oktober 1914: ondertussen worden de sas- en steekdeuren aan het Oud-Veurnesas
te Nieuwpoort geopend, het zeewater stroomt het oude kanaal van Veurne binnen.
Op 29 oktober is slechts het gedeelte ten oosten van Nieuwpoort tot de steenweg
Ramskapelle-Schoorbakke onder water gelopen.
Om het gebied ten noorden van
Diksmuide te beschermen tegen overstroming, richten de Belgen een muur van
zandzakjes ('vaderlanderkes') op tussen kilometerpaal 16 aan de IJzer en
kilometerpaal 5 langs de spoorlijn Diksmuide-Nieuwpoort. Pervijze (Diksmuide)
net ten westen van de spoorlijn krijgt het ondertussen heel hard te verduren
door bombardementen.
29 oktober 1914: na zware beschietingen trekt de Duitse infanterie tussen
Booitshoeke (Veurne) en Pervijze (Diksmuide) ten aanval. Deze aanval wordt
echter afgeslagen.Op advies van de opzichter van de
Noordwatering, Karel Cogge, wordt beslist om toch, ondanks de gevaarlijke
ligging van het sluizencomplex in niemandsland, de overlaat op het kanaal
Veurne-Ambacht te openen. De Nieuwpoortse schipper Hendrik Geeraert slaagt er,
samen met geniesoldaten onder leiding van luitenant Ume, in om onopgemerkt de
poorten te openen. Vier uren later, bij eb, sluit men de poorten opnieuw. Op
deze manier stromen ongeveer 700.000 m3 water in de polder tussen IJzer en
spoorwegberm. Om het waterpeil te verhogen en te onderhouden zullen deze
operaties gedurende vier jaar herhaald. Daar het effect van de inundatie uitblijft, wordt beslist om
het verlaat ("Overlaat van Veurne-Ambacht") van de Noordvaart te
openen waardoor de IJzervlakte onder water komt te staan (ten onrechte bekend
als de overstroming van de IJzer). De Duitsers blazen hierop de terugtocht ten
oosten van de IJzer van Nieuwpoort tot Stuivekenskerke (Diksmuide). Deze
situatie herhaalt zich nog verschillende malen. Op 2 november bereikt het water
zijn hoogste peil met 3,25 m.
30 oktober 1914:De Duitsers vallen aan over de hele lengte van het IJzerfront. Ramskapelle en
het station van Pervijze worden door de Duitsers veroverd. Ramskapelle wordt
gedeeltelijk door Franse koloniale troepen uit Algerije heroverd. Ondertussen
stijgt het water ten Oosten van de spoorlijn over een breedte van zo'n twee
kilometer. Duitse troepen overschrijden de spoorwegberm, dringen Pervijze
binnen en veroveren Ramskapelle (Nieuwpoort) huis na huis.
Nacht 30 op 31 oktober 1914: door de geslaagde
onderwaterzetting moeten de Duitsers hun loopgrachten tussen de IJzer en de
spoorweg verlaten. De "Slag aan de IJzer" en daarmee de korte
bewegingsoorlog is voorbij. Enkel de westelijke oever van de IJzer ten zuiden
van de brug van Tervate (Stuivekenskerke) tot de "Petroleumtanks"
(Kaaskerke) blijft in Duitse handen, samen met enkele hoger gelegen 'eilandjes'
die als voorposten dienen, met name een twintigtal hoeves en het dorpje
Stuivekenskerke (Diksmuide) dat gedurende vier jaar door de Duitse voorposten
gecontroleerd wordt. De Belgische voorposten zijn: het gehucht Oud-Stuivekenskerke
(Stuivekenskerke, Diksmuide), zogenaamd de "Grand Garde Sud" of 1, de
"hoeve Reigersvliet" tussen Oud-Stuivekens en Stuivekenskerke,
zogenaamd de "Grand Garde Nord" of 2 (Stuivekenskerke), de
"Grand Garde 3" aan de Schildersbrug (Pervijze) en de "Grand
Garde 4" aan de hoeve "Berkelhof" (Pervijze).
31 oktober 1914
Door het stijgende water moeten de Duitsers hun stellingen tussen IJzer en spoorwegberm verlaten. Hierbij moeten ze veel materieel, waaronder artilleriestukken achterlaten. De slag aan de IJzer is gestreden.- Verscheidene weerstandnesten langs de linkeroever, die boven het waterpeil uitsteken, worden nog door de Duitsers gehouden evenals er ook verscheidene voorposten op dezelfde wijze worden bezet.
Hierop volgt een vier jaar lange
stellingenoorlog. De Belgische verdedigingslinie volgt vanaf Nieuwpoort de
spoorweg Diksmuide-Nieuwpoort tot ongeveer ter hoogte van het gehucht
Oud-Stuivekenskerke (Stuivekenskerke, Diksmuide), loopt daarna zuidoostwaarts
over de hoeve "de Rode Poort" (Kaaskerke, Diksmuide) om bij
kilometerpaal 16 op de IJzer aan te sluiten. Ten zuidwesten daarvan volgt het
front de IJzer over Sint-Jacobskapelle, Oudekapelle en Nieuwkapelle, om aan het
Fort de Cnocke (Lo-Reninge/ Houthulst) het kanaal IJzer-Ieper te volgen.
Een kort overzicht van na de
IJzerslag 1914 tot het Bevrijdingsoffensief 1918
1914
15/20 december1914 Belgische
& Franse troepen vechten met Britse ondersteuning te Lombardsijde.
24/27 december1914 Nieuwe
Franse & Belgische offensieven te Lombardsijde.
1915
Januari 1915 In de duinen van
Lombardsijde gevechten door Belgische & Franse troepen
2/14 april 1915 Strijd tussen
Duitsers en Belgen te Driegrachten & Diksmuide.
22 april 1915 Rechtse flank van
de Belgen betrokken bij de eerste Duitse gasaanval
19/21 juni 1915 Belgische
troepen veroveren terrein ten NW van Diksmuide.
06 augustus 1915 De Belgen
verlaten hun posities te Heernisse op de rechteroever van de IJzer ten zuiden van
Diksmuide
1916
02 mei 1916 Kleinschalige
Duitse acties ten noorden van Diksmuide.
10 mei 1916 Duitse
luchtaanvallen op de spoorlijnen rond Adinkerke
28 mei 1916 Duitse
luchtaanvallen op het vliegveld van Koksijde
14 december Hevig
artillerieduel te Steenstraete
1917
20 januari 1917 Zwaar
artillerievuur op Diksmuide
26 januari 1917 De Duitsers
veroveren de Belgische voorposten ten ZW van Diksmuide
15 april 1917 Te Diksmuide
vorderen Belgische troepen tot in de tweede Duitse lijn.
27 juli 1917 Men ontdekt dat de
Duitse loopgraven te Boezinge verlaten zijn, geallieerde troepen rukken op, de
Belgen tot Noordschote
1/15 augustus 1917 Zwaar
artillerievuur langsheen het volledige front
27 oktober 1917 Belgische
troepen maken deel uit van een geallieerde aanval, Luigem, Kippe, Merkem &
Aschloop worden ingenomen
28 november 1917 Duitse
offensieven tegen de Belgen te Merkem
1918
18 februari 1918 Britse en
Belgische troepen doen aanvallen op het Bos van Houthulst
26 februari 1918 Duitse
tegenaanvallen op de Belgische lijnen.
5/6 maart 1918 Tijdens de nacht
proberen de Duitsers 2 Belgische voorposten in te nemen te NW van Diksmuide. De
Belgen geven niet op!
07 maart 1918 Duitse aanval op
Merkem
12 maart 1918 Belgische aanval
op Lombardsijde
18/20 maart 1918 Duitse
offensieven op Nieuwpoort & Diksmuide dat door de Belgen verdedigd wordt.
27 maart 1918 Het Belgische
leger bezet de lijn vanaf de zee tot Langemark (40 km)
27 augustus1918 Belgische
eenheden nemen 4 km van de Duitse frontlijn in te Langemark
07 september 1918 Opnieuw
Duitse actie te Merkem
09 september 1918 Kleine
Belgische vooruitgang te Merkem
11 september 1918 Belgisch
offensief ten NO van Bikschote
12/13 september 1918 Duitse
tegenaanval ten NO van Bikschote
18 september 1918 Vernieuwde
Duitse tegenaanvallen ten NO van Bikschote
20 september1918 Belgisch
offensief te Merkem
28 september1918 Begin van het
Bevrijdingsoffensief
Chronologisch
overzicht van de gevechtshandelingen van ons regiment.
Na
de aftocht uit Antwerpen vertrekt ons regiment op 7 oktober 1914 uit Sint
Niklaas en marcheert naar Oostende. Op 13 oktober krijgen ze het bevel om een
verdedigingslinie op trekken en behouden
in Keiem.
Op
14 oktober krijgen ze het bevel af te marcheren naar Diksmuide, waar ze
voorzien worden van nieuwe kledij, munitie..en warme maaltijden..
Van
15 oktober tot 19 oktober, worden ze in reserve gehouden en aangevuld met
nieuwe soldaten of soldaten van de eenheid die terugkeren uit het hospitaal..
Er zijn ook de dagdagelijkse marsen en tegen-marsen in de streek Lampernise-Oostkerke-Los-Wulpen.
Op 19 oktober 1914
vestigt het Regiment zich in een bos halfweg Oostduinkerke en Nieuwpoort
Op
20 oktober trekken ze de Nieuwpoortse bruggen over om naar Lombardzijde op te trekken.
De
eerste aanval op Nieuwpoort begon op 20 oktober 1914 met de aanval op
Schuddebeurs en de grote versterkte hoeve (Bamburgh).
Deze
hoeve, door paters, de vroegere bezitters van de hoeve, in een echt bastion
herschapen, was moeilijk te veroveren. Daar die hoeve een sterke verdediging,
als voorpost van de stelling Nieuwpoort was, werd om dit belangrijk steunpunt
hardnekkig gevochten en viel dit bastion meermaals in de handen van de vijand
en visa versa van de Belgen. Door de Duitse overmacht en de hardnekkige
aanvallen van de vijand, moesten de Belgen de hoeve prijsgeven.
De vijand
verdubbelde zijn aanvalskracht en voor die overmacht moesten we wijken. De
terugtrekking van de compagnie gebeurde tot 500 meter voor het bruggenhoofd van
Nieuwpoort.
Op 20
oktober bezette de Duitsers Lombartsijde en drongen niet verder aan. Het overschrijden
van de bruggen over de sluizen was zeer gevaarlijk daar deze voortdurend onder
vuur genomen werden, toch geraakte het gros van het Bataljon er overheen en
verzamelde zich op een weide zuidwaarts van de stad, alwaar we versterking
kregen van vrijwilligers van allerlei pluimage.
In de loop van de dag
van 22 oktober ontvangt men ook het bevel zich naar Nieuwpoort te begeven en
zich van Lombardzijde en het pachthof
Groot -Bamburg meester te maken.
Ondanks de strijdlust en de motivatie van de
manschappen , kon men deze doelstellingen niet waarmaken.
Rond
02.40 hr. wordt het vijandelijk vuur zeer hevig.
De
Duitse linie loopt storm en slaagt erin de loopgraven van het 9de Linie tot
enkele meters te benaderen.
Het
3de bataljon stopte de stormloop van de Duitsers en bood zeer hevige
weerstand, dit ten koste van vele gewonden en gesneuvelden kameraden. Om 17.00
hr was de aanval totaal afgeslagen. Het
3de bataljon maakte een veertigtal krijgsgevangen. Ze konden ook een
enkele machinegeweren en andere wapens buit maken.
Verder relaas : Zie hoofdstuk : Slag om Lombardzijde
NA LOMBARDZIJDE
Verslag van een
ooggetuige
Op
23 oktober bij valavond word ons regiment afgelost door Franse troepen.Op
24 en 25 oktober 1914 worden het 2de en 3de bataljon in
reserve geplaatst in Pervijse waar zij onder vijandelijk artillerievuur nog
ernstige verliezen lijden.
Op
25 oktober bij valavond wordt het 2de bataljon naar het Blauwhuis
gezonden ( spoorbaan Diksmuide -Nieuwpoort. Paal 8 spoorbaan 300)
Op
26 oktober 1914 wederom bij valavond, word het 3de bataljon naar
Vijf Huizen ( tussen Boitshoeke en de spoorbaan Nieuwpoort - Diksmuide)
gestuurd.
Op
24-25 en 26 oktober 1914 heeft het 1de bataljon van het 9de met de
eenheden van de 2de lansiers te Sint Joris gevochten.
Getuigenis:
Het
regiment, zeer verzwakt, bracht de nacht van 20-21 oktober door onder de plassende
regen. De 22e oktober werden we te Oostduinkerke gekantonneerd. De 24e oktober
kreeg de compagnie opdracht stelling te nemen aan de brug van Keteleersdam, als
versterking van het 14e linieregiment dat in een verwoede slag door de Duitse
overmacht op de Noordvaart moest terugtrekken.
De Duitsers achtervolgden de Belgen door zich te laten voorafgaan van Belgische
krijgsgevangenen als scherm gebruikend, wat ons belette te schieten op de
Duitsers om geen kameraden te doden; een zeer laffe daad van de Duitsers! De
25e oktober werd in samenwerking met een bataljon van het 6e linieregiment een
tegenaanval ingezet; deze tegenaanval mislukte en een groot gedeelte van het
bataljon werd krijgsgevangen genomen.
Door de
grote overmacht van de Duitsers moesten de overblijvenden van het bataljon van
Majoor Gillet zich terugtrekken tot achter de dijk van de spoorweg
Nieuwpoort - Diksmuide, waar de vijandelijke vooruitgang gestuit werd. In de
nacht van 26 oktober werd het bataljon afgelost door verse troepen en we werden
te Wulpen gekantonneerd om aldaar het het bataljon te hergroeperen.
Op 1
november werd de toren van de kerk van Wulpen door de Belgische Genie
opgeblazen, opdat de toren niet meer als mikpunt voor de Duitsers zou kunnen
dienen. De burgers van het dorp waren reeds gevlucht, alleen de zusterkes van
het klooster waren de laatste die zouden vertrekken, omdat ze eerst hun
voorraad wijn aan de man wilde brengen. De soldaten vroegen niets beter dan die
wijn te kopen, en de Jules en ik maakte van dit buitenkansje ook gebruik om elk
twee flessen van die beste wijn, tegen 2 frank de fles, te kopen. Wij hebben
samen die flessen beste wijn zeer profijtelijk uitgedronken.
Op 28
oktober piket in de steenbakkerij van Ramskapelle.
De 29e
oktober bezetten we de dijk van de spoorweg van Nieuwpoort -Diksmuide en tot de
hoeve "Viole".
Onze compagnie bezette het gedeelte tussen Palingbrug en het station van
Ramskapelle.
Op 4
november 1914 werd aan de bevelhebber van de Fransen in Belgie, gevraagd in
samenwerking met de Belgen, een uitval te doen richting Lombardsijde -Westende,
terwijl de 1e en de 2e compagnie het bruggenhoofd van de palingbrug moesten
bezetten.
Niettegenstaande
de uiterste wilskracht van de soldaten werd Lombardsijde door de Duitsers terug
bezet. In de nacht van de 4e November nam onze compagnie stelling in de eerste
lijn voor Nieuwpoort. Afgelost de 5e november, werden we in de kelders van
Nieuwpoort-Stad ondergebracht.
Veldslag Sint Joris
Na
dagen van hevige beschietingen, werd Sint-Joris op 24 oktober 1914 door de
Duitsers veroverd. Het kon door de geallieerden niet meer heroverd worden. Het
dorp met het fort Niewendamme bleef echter boven het water van het overstroomde gebied uitsteken en vormde gedurende de hele oorlog een stevige
Duitse voorpost op de linkeroever van de IJzer. Het kon enkel bereikt worden
via de makkelijk te overziene Brugse Steenweg en het jaagpad op de zuidelijke
IJzerdijk. Het dorp raakte tijdens WOI geheel vernietigd. Zo ook de kerk die
ca. 700 m verder heropgebouwd werd in neo-gothische stijl. Het kerkhof van Oud
Sint-Joris duidt aan waar het oude dorp lag.
Voor
de militairen gevallen tijdens de bewegingsoorlog of vermist tijdens de oorlog
was vaak geen officiele overlijdensakte opgesteld. Pas na de oorlog werd door
de bevoegde rechtbank een vonnis uitgesproken waarna de dode werd erkend
als oorlogsslachtoffer.
Hierna
kon in de burgerlijke stand van de betreffende gemeente of stad een officiele
inschrijving volgen.
Voor
enkelen onder hen werd een gedenkplaat aangebracht in de kerk van Sint-Joris
De
hiernavolgende lijst werd o.a. ook mogelijk gemaakt door de lijsten der
Belgische Soldaten gesneuveld voor het Vaderland. Deze lijsten werden
opgemaakt door het 'Comite Medical van het Rode Kruis van Belgie.
Een
groot aantal vermeld als gedood aan de IJzer, zijn overleden in de ambulance of in een
ziekenhuis. Ook vele namen gelezen van soldaten die gesneuveld waren aan
de dijk van de Ijzer, of tijdens gevechten aan de Ijzer.
Gesneuveld rond St Joris en de hoeve De Violette
ADAMS Lucien-Marie-Hubert,
vrijwilliger, sergent 1908, 9de linie-regiment, geboren op 25 februari 1890 te
Luik, gestorven op 25/26 oktober 1914 te Sint-Joris (53863)
BALCAEN Gustaaf werd
geboren te Worteghem en sneuvelde te Sint-Joris op 29 april 1918
BARBIER Jean-Lambert,
soldaat, 2de klasse, milicien 1912, 9de linie-regiment, student geneesknde,
geboren in 1892, wonende te Luik, Rue Hors-Chateau, neergeschoten te Sint-Joris
op 19 oktober 1914, begraven te Sint-Joris-Nieuwpoort op 21 oktober 1914.
(56928 of 56925
BEIRENS, Charles,
sodaat-milicien 1903, geboren op 19 januari 1884 te Antwerpen, wonende te
Borgerhout. Overleden op 22 oktober 1915 te Sint-Joris, er begraven de
23ste. (54526)
BOETE, Fernand,
soldaat, vrijwilliger, 9de linieregiment 1/3, eervol gesneuveld te Sint-Joris
op 25/26 oktober
CASTEELS, Leon Joseph,
geboren te Velzeke-Ruddershove op 16 maart 1893, overleden op 24 oktober
1914 te Saint-Georges. Zoon van Charles Louis en Angelique HEYLENS. Hij stierf
te Saint-Georges. Waarschijnlijk wordt hier Sint-Joris (nu Nieuwpoort) bedoeld.
Volgens inscriptie op monument was hij verdwenen aan de IJzer in december 1914
CONINGS, Jean,
sergeant mitraill. 9de linie-regiment, brigade Janssens, 3de divisie, geboren
op 1 september 1896 te Molenbeek, neergeschoten te Sint-Joris aan de Uniebrug
op 24 oktober 1914, en begraven te Sint-Joris.(57270)
DEBLAERE, Constant,
geboren te Wingene, overleden te Sint-Joris aan de Ijzer in november 1914
DE BOECK, Theophile,
milicien klasse 1907, geboren te Nieuwerkerken op 30 augustus 1887,werd
opgeroepen op 01 augustus 1914 bij het 9de linieregiment, 1ste 1ste bataljon,
9de compagnie. Kreeg op 23 oktober 1914 een kogel dwars door zijn
rechterbeen tijdens de gevechten in Sint-Joris. Hij werd afgevoerd naar
een ziekenhuis in Londen waar hij 6 weken verbleef. Op 26 januari
1915 keert hij terug naar het 9de linieregiment. Hij kreeg hiervoor een
kwetsuurstreep toegekend.
DE KEYSER, Eduard-Nicolas,
soldaat, geboren te Rillaar in februari 1887, overleden te Sint-Joris op 24
oktober 1914, daar ook begraven (63826)
DE PARMENTIER, Rene-Charles,
geboren te Beveren-bij-Oudenaarde, overleden te Ramskapelle, op de hoeve de
Violette op 30 september 1918
DHOOGE, Louis-Prosper,
soldaat 2de artillerieregiment, 28ste batterij, geboren te Sint-Niklaas op 3
mei 1887, gevallen op het veld van eer te Sint-Joris op 21 oktober 1914 (1075
DOCKX Francois,
soldaat milicien 1913, 9de linieregiment, 1ste gemengde brigade J, 3de
legerdivisie, geboren op 12 december 1893 te Mechelen, waar hij ook woonde,
gesneuveld aan de Uniebrug aan de Yzer, op 22 oktober 1914.
DUPUIS Luc,
kapitein, geboren te Clermont (FR) overleden te te Sint-Joris op 12 maart
1918
DURY,
vrijwilliger, zoon van het Beroepshof-raadslid, te Luik, gesneuveld te
Sint-Joris-aan-den-IJzer.
DUTILLEU, Jean,
soldaat, oorlogsvrijwilliger, 9de linieregiment 1/1, gesneuveld nabij Sint-Joris
op 25/26 oktober 1914
ETIENNE Leon Louis Pierre geboren
te Arendonk op 23 oktober 1890 en overleden te Sint-Joris op 23 oktober 1914 en
begraven op de Hoeve 'De Violette'
EVERAERTS,
sergeant 9de linie 4/1, gesneuveld ter hoogte van Sint-Joris op 25/26 oktober
1914
GERARD, Arthur-Jozef, kapitein-commandant,
9de linieregiment, 3de legerdivisie. Geboren te Patignies op 9 april 1870 en
gesneuveld te Sint-Joris, den 26 oktober 1914.
GIET, Michel,
soldaat-oorlogsvrijwilliger, 9de linieregiment 3/1, neergeschoten er begraven
te Sint-Joris op 25/26 oktober 1914, op 50 m van de brug
GILLES Romain Henri,
geboren te Oosterzele op 14 mei 1894 overleed op de hoeve Violette op 30
september 1918
GUILLAUME Marcel Andre,
geboren te Saint-Hubert op 5 november 1893, overleed te Sint-Joris Nieuwpoort
op 30 september 1918
HAUTEKIET, Edmond-Bernard,
geboren te Steene op 31 december 1892, gevallen op het veld van eer te
Ramskapelle, op Driekoningendag 1915, en op de hofdstede La Violette ter
ruste gelegd.
LEROY Leo Juliaan,
geboren te Passendale op 30 maart 1890 , overleed op de hoeve Violette op 24
oktober 1914
MAERTENS Maurice,
geboren te Waardamme op 18 februari 1894, over- leed op de hoeve Violette op
9 mei 1915.
MATHIJS, Florent,
geboren te Tongeren, overleden te Sint-Joris op 24 oktober 1914
MAZEREEL, Gaston,
Soldaat 2de klasse, milicien van 1914, 14de linieregiment, geboren te
Oost-Vleteren op 25 november 1894, gedood aan de Roodepoort op 13 september
1915, begraven te Adinkerke (28380)
MENU, Alphonse-Victor,
milicien 1903, 9de linieregiment forter. 1/4, geboren op 6 november te
Frameries, er wonende, gesneuveld te Sint-Joris op 25/26 oktober 1914 (51769)
MOENS, Gustaaf-Maria, geboren
te Dendermonde, overleden aan de Noordvaart te Sint-Joris op 26 oktober 1914
MUYLAERT, Benoit-Louis,
soldat milicien 1906, 9de linieregiment 4/1, geboren in Nieuwerkerken op 8 mei
1886, gevallen op het veld van eer te Sint-Joris, op 14 oktober 1914
(53812)
ORBAND Bernard Albert Ghislain,
geboren te Leuven op 7 augustus 1887, overleed te Ramskapelle (vermoedelijk op
de hoeve de Violette) op 30 september 1914.
POPLIMONT,
Demosthene-Edmond-Aime, 9de linie, geboren te
Enghien op 22 augustus 1892, neergeschoten te Sint-Joris op 26 oktober 1914
(58237)
SPINNOX, Jean-baptiste,
milicien 1913, 9de linieregiment, geboren te Mechelen op 17 augustus 1893,
gesneuveld aan de pont de l-Union op 23 oktober 1914 (59238)
STEENO, Georges,
geboren te Antwerpen, overleden te Sint-Joris op 30 september 1918
THESIN Desideratus-Jozef,
geboren te Erembodegem op 5 oktober 1892. Desideratus Joseph sneuvelde op 25
oktober 1914 te St-Joris aan den IJzer.
Hij zou soldaat geweest zijn bij het 9de of 29ste linieregiment; Hij
ligt begraven op het Belgische militaire begraafplaats Ramskapelle tussen de
631 gesneuvelden.
UYLENBROEK, Jozef, geboren
te Stroppen, St-Pieters-Leeuw, overleden te Sint-Joris op 12 maart 1918
VAN CAECKENBERG Robert
Angelus, geboren te ? op 12 juni 1889, overleden
te Sint-Joris op 14 oktober 1914. Ligt begraven te
Keiem.
VAN DE PUTTE, Prosper,
geboren te Asse, overleden te Sint-Joris op 30 september 1918
VAN GORP Augustinus Clementius,
geboren te Arendonk op 23 april 1893 is gesneuveld te Sint-Joris bij Nieuwpoort
den 21 oktober 1914
VAN STEENKISTE Jean Emile,
geboren te Izegem op 1 november 1889, overleed op de hoeve Violette op 24
oktober 1914
VAN TONGERLOO, Guillaume,
geboren te Meerle, overleden te Sint-Joris op 26 oktober 1914
VAN TONGERLOO, John,
geboren te Baarle-Nassau op 21 april 1892, stierf op 26 oktober 1914,
tijdens een artilleriebeschieting in St.-Joris a/d IJzer. Tot januari 1914
woonde hij in Meerle, waarna hij als bakkersgast naar Gilze-Rijen vertrok. John
was soldaat van het 9de linieregiment.
VINDEVOGEL,
Emilien-Auguste-Josse-Flore, soldaat milicien 1912,
22ste linie-regiment 2/2, geboren te Nijvel op 27 mei 1892, woonde te
Gent. Gestorven op 18 augustus 1914. Begraven te Tienen
(58101)
VYNCKIER Joseph Remi,
geboren te Izegem op 15 augustus 1890, overleed op de hoeve Violette op 16
december 1914
WEERTS, Jacques,
25ste linieregiment 1/?, geboren te Antwerpen, woont te Luik, gesneuveld te
Sint-Joris (57509)
WORBRUSEN, overleden
op 17 december 1915, begraven in de omgeving van Sint-Joris, langs de baan bij
het huis Creneles
Op
28 oktober 1914 wordt het regiment uit
de vuurlijn teruggetrokken en kampeert in Kokszijde.
Op
29 oktober 1914 begint voor het regiment het loopgravenleven.
3 november 1914: de Belgen heroveren de Palingbrug te Nieuwpoort. Met dit
bruggenhoofd kunnen ze het vitale sluizencomplex beschermen.
10 november 1914: het Belgisch
bruggenhoofd Diksmuide o.l.v. admiraal Ronarc'h komt ten val. De slag om
Diksmuide is in het Duitse voordeel beslecht. De meeste van de ca. 3800
inwoners zijn de stad reeds ontvlucht. Gedurende de daaropvolgende oorlogsjaren
blijft Diksmuide in Duitse handen, en wordt door aanhoudende beschietingen en
bombardementen van de Belgische artillerie herleid tot een puin- en
kraterlandschap.
Na de slag om
Diksmuide richten
ook de Duitsers hun stellingen in. Ze leggen op het grondgebied van Esen
(Diksmuide)
op de rug van Westrozebeke een tweede verdedigingslinie aan, de
zogenaamde Eessener-stellung. Op grondgebied van Vladslo wordt een derde
verdedigingslinie aangelegd.
Nog te Esen wordt aan de
Handzamevaart het Duitse Pionierspark Einsdijk opgericht: verdedigingselementen
voor de oostelijke IJzeroever worden vandaar aangevoerd via het water, Duitse
soldaten worden er getraind.
De Belgische linies zijn opgebouwd
uit loopgraven ('tranchees') die met elkaar verbonden werden door
verbindingsgangen ('boyaux'). De afstand tussen de eerste linie (de
spoorwegberm) en de tweede linie is ongeveer 500 m. In 1915 komt bijna overal
een derde linie tot stand.
Stuivekenskercke
Na de Slag aan de IJzer (18-31 oktober
1914) stabiliseert het front zich dwars door de gemeente Stuivekenskerke dat
volledig in overstroomd gebied ligt. Aan beide zijden van het front worden op
de hoger gelegen punten voorposten ingericht. Zo ook wordt te
"Oud-Stuivekenskerke" een vooruitgeschoven Belgische observatiepost,
de zogenaamde "Zuidelijke Grote Wacht" ingericht. Vanaf december 1914
observeert de artillerie officier M. Lekeux (Luik) de vijandelijke stellingen
vanuit de hoogoprijzende westtoren, die geleidelijk aan in puin wordt
geschoten. Tegen april 1915, houdt Lekeux noodgedwongen wacht vanuit de
nabijgelegen hoeve Goemare. Een niet-ontplofte obus, net onder een
Onze-Lieve-Vrouwbeeldje ingeslagen, brengt Lekeux ertoe een kapel in te
richten, die na de Eerste Wereldoorlog een waardige opvolger zal krijgen in de
vorm van de herdenkingskapel "Onze- Lieve-Vrouw der Zege".
Het gehucht Oud-Stuivekenskerke is 1 km ten
W van de Ijzer gelegen, ten Z van het huidige Stuivekenskerke, temidden in
landelijk poldergebied. Het OLV-hoekje, zoals het gehucht geheten wordt,
bestaat uit de gedenkkapel OLV der Zege, omringd door 41 gedenksteentjes.
Voor de kapel staan 2 gedenkzuilen: links voor het 5de regiment Lansiers,
rechts voor het 1ste en 2de bataljon Karabiniers-Wielrijders. Naast deze kapel
staat de versterkte torenruine, met bovenaan de orientatietafel, met de
gedenkplaten voor Mardaga en Lekeux en met vlakbij demarcatiepaal nr. 11.
Achter de woning Oud-Stuivekens 4 staat de betonnen militaire constructie. De
toegangsweg naast het gedenkkapelletje voor Delacave geeft uit op hoeve
Goemaere, dat deels met gerecupereerde betonblokken is opgebouwd
Rond de
herdenkingskapel is een dubbele rij met 41 kleine gedenkstenen in U-vorm
geplaatst. De zuiltjes zijn identiek qua vorm en materiaal: de arduinen
zuiltjes staan op een vierkante betonnen voetstuk.
Op de
schuine voorzijde staan de kentekens en nummers van de onderscheiden
regimenten.
Opgelet :
Hier in de kapel staat ook een klok ter herinnering aan de gesneuvelden van het
9e Linieregiment.
December 1914 Aanval van La Grande Dune te Lombardsijde.
Toen bij de Duitse inval in 1914
ons land onder de voet gelopen werd, strandde de opmars, mede door de inundatie
rond Nieuwpoort, uiteindelijk in Lombardsijde.
De Franse 42e divisie van generaal
Grossetti loste de uitgeputte Belgen af nabij Lombardsijde op 22 oktober 1914.
Door een gebrek aan Duitse reservetroepen werd het Duitse offensief dat startte
op 25 oktober 1914 de volgende dag reeds stopgezet. Aan de overzijde van het
front werd de verdediging van sector Nieuwpoort onder meer opgenomen door het
Franse 7e Regiment Tirailleurs de Marche.
De 7e de Marche , zou weldra zijn
naam verwerven in de militaire geschiedenis. Na een reeks gevechten werden de
Duitsers teruggedrongen op de rechter oever van de IJzer waarna twee bataljons
van het regiment (7e Marche) worden opgedragen deze vooruitgang verder te
zetten. De loopgrachten die deel uitmaakten van de 1e linies liepen langs het
strand verder langs de voet van de Grande Dune en daarna verder in de
richting van de Polder te Lombardsijde.
De loopgrachten, gegraven in duinenzand, waren
nauwelijks bewoonbaar en stortten in bij de minste schokken. Het water in de De
Polder stond aan de oppervlakte en de uitbouw van de stellingen werd uitgevoerd
met gammel stutwerk en zandzakjes.
Affenberg Lombardzijde
Alle inspanningen van het regiment
waren gericht op het innemen van La Grande Dune. Op 22 december 1914 vond de
een eerste aanval plaats. Deze werd tegengehouden door een geweldig vuurgevecht
en bracht een overweldigende reactie teweeg van de vijand. De Duitse artillerie
vuurde vernieling op de Franse loopgrachten die instorten en de bewoners
bedolven.
Het is op deze wijze dat op de 24e
december s avonds kapitein Frossard gedood wordt met een kogel door het hart
terwijl hij de sector van zijn compagnie doorkruiste.
Een operatie in
de nacht van de 24e
op de 25e lukte gedeeltelijk. De Duitse eerste linie werd terug
gedrongen en enkele secties namen La Grande dune in maar konden deze
niet behouden.
Ondertussen bleef het zuidwestelijk punt ingenomen door een element van
de
loopgracht Le cratere welke in Frans bezit bleef. De vijand, welke
slechts
op een dertigtal meters verwijderd was, domineerde het niemandsland.
Gans de
dag regende het onafgebroken granaten en obussen. De tirailleurs,
voorzien van
afweergeschut, konden niet schuilen op het bewegend terrein en
ondergingen
grote verliezen. Op een enkele morgen verliest de sectie van luitenant
Francescetti 22 mensen door het onophoudelijk bestoken door de Duitse
artillerie.
Ondertussen is er nooit een
verzwakking geweest tussen de secties welke de opdracht hadden elk op hun beurt
stand te houden in deze vuurhaard. De situatie veranderde niet in de eerste
veertien dagen van januari. De troepen hielden de moed erin al verergerde de
koude en de sneeuw hun lijden. Mede hierdoor volgden de aflossingen mekaar
vlugger waardoor de bataljons welke elkaar afwisselden maar twee dagen in
eerste linie verbleven.
Om de IJzer over te steken maakten
de eenheden gebruik van de brug General Joffre die geplaatst werd door de
genie. De verbetenheid van de vijandige artillerie resulteerde uiteindelijk in
de vernieling van deze brug.
Hierdoor moest men de stroom
oversteken op platte schuiten, een onmetelijke omgang maken of gebruik maken
van gammele passerelles zonder leuning. Aangekomen in hun kwartier in
Nieuwpoort-Bad en Oostduinkerke-Bad, hebben de troepen geen comfort alsook
weinig veiligheid.
Januari 1915 La Grande Dune te Lombardsijde.
Na de verwoede aanvalspogingen van
de Franse 7e Regiment Tirailleurs de Marche van 24 en 15 december 1914
stabiliseert het front zich enkele dagen.
Op 1 januari, terwijl de
onderofficieren van de 9e cie, samen in hun keuken, nieuwjaar vieren, ontploft
er een obus in het midden van de plaats en maakt er drie slachtoffers. Een
nieuwe aanval is in de maak.
Door het onophoudelijk en gedreven
uitvoeren van versterkingswerken en de massale aanvoer van Frans geschut haalt
de Franse artillerie stilaan de bovenhand op de Duitse kanonnen.. Op 24 januari
neemt het regiment van de Fusiliers Marins een beetje rust in functie van een
nakende aanval. Op 26 januari 1915 doen de eenheidscommandanten een laatste
verkenning. Op het ogenblik dat de officieren van het derde bataljon de brug
over de Ijzer passeren, ontploft er een obus in het midden van de groep,
waardoor commandant Mensier en de kapiteins Camus en Simon zwaar gewond raken.
Dezelfde dag nog vervangt luitenant-kolonel Demetz, luitenant-kolonel Leveque
aan het hoofd van de groep daar deze enkele dagen voordien gewond werd.
Commandant Jacquot, die het commando verzekerd had en orders gegeven had om de
volgende morgen aan te vallen, houdt de leiding van de operatie.
Op 27 januari s morgens is de
hergroepering beeindigd. Drie compagnies van het bataljon Toulet geholpen door
drie compagnies van het bataljon Jacquot moeten de loopgraven van de Polder
aanvallen terwijl een compagnie van het bataljon Sacquet de Grande Dune als
doel had. Gedurende de nacht hebben de sappeurs (genie) aanvallen voorbereid op
de stellingen van de vijand door het plaatsen van verschillende springladingen.
De ontploffing gebeurt bij het krieken van de dag, en slaan vier brede bressen
in de vijandelijke verdedigingswerken. De Franse artillerie maakt vervolgens
zijn opwachting en om 8.00u. ontstaat er een enorm krachtig geschut. De
elementen van de eerste linie zijn gegroepeerd achter een berm op slechts
honderd meter van de loopgraven van de vijand. Het 75mm geschut is van een
uitstekende nauwkeurigheid. De obussen scheren langs de loopgraafranden en de
terugslagen vallen in onze posities.
Om 9.10u., laat een onderbreking in
het schieten toe de dreigende aanwezigheid van een schietgat van intacte
mitrailleurs te lokaliseren. Een snelvuur kanon wordt in de batterij geplaatst.
De chef van het eskadron van Luget, de cavaliers te voet die de linies moeten
houden gedurende de operatie, pointeert zelf de plaats van het geschut. Om
9.20u. herbegonnen de beschietingen met een aanwassend geweld en de vijandige
posities verdwijnen onder een zandwolk. Om 9.30u zijn de aanvallende
compagnies, reeds verdeeld in twee groepen. Het teken wordt gegeven en ze gaan
over de borstwering van de loopgraven..
Al snel belanden ze in de eerste
loopgraaf van de vijand welke totaal verrast is. Geen enkele overlevende komt
vanonder de berg verwrongen platen, gebroken schilden en opengescheurde
zandzakjes. De eerste linie is dus weg zonder slag of stoot. Niettemin bevonden
er zich net achter de eerste linies onbeschadigde schuilplaatsen van het Duitse
garnizoen welke verrast door de snelheid van de aanval geen tijd meer hadden om
weerstand te bieden en in wanorde de benen namen langs de loopgracht die leidde
naar de 2e linie. Deze had sterk stand gehouden en had nagenoeg niet geleden
onder de Franse gereed gestoomde artillerie.
Deze hevige gevechten zetten de
compagnies aan om verder te doen. Ze houden zich vast aan een berm welke ze
inrichten onder een regen van kogels. De vijand, na zich verscholen te hebben
in een klein bos, planden een tegenaanval. Deze aanval werd afgeslagen. De
sergeant-majoor Dellupo leidde, rechtstaand op een borstwering, het geschut van
zijn sectie, tot op het ogenblik een kogel hem dodelijk trof. Maar zijn
heldhaftigheid overtrof de moed. Het was onmogelijk vooruit te komen maar men
hield stand.
De vijandige artillerie kwam al
snel tussenbeide, de batterijen van Lombartzijde, schuin schietend, streden
voor de veroverde gebieden.
In een grond, verzadigd als een
spons door het water, was het nagenoeg onmogelijk om schuilplaatsen te graven.
De secties langs de berm verzwakten niet, maar bleven ook niet zonder
verliezen. Ze ondergingen verschrikkelijke zware artilleriebeschietingen.
|
|
|
|
Van de IJzer tot Merkem 1914 - 1918
geplaatst op 2016-03-15 |
Van
den IJzer naar Merkem 1914 - 1918
In de
hierboven vermeldde periode werden er geen veldslagen meer geleverd
te vergelijken met die van Luik, Aarschot of Lombardsijde. Wel waren
er regelmatig schermutselingen en werd er heen en weer geschoten en
stierven elke dag mannen aan beide zijden, vooral door Artillerie
beschieting en in 1915 door het mosterdgas. Maar ook aan de Ijzer werden er regelmatig gevechten geleverd vooral rond de zo gekende 'Dodengang' en ook hier kwam het Negende in beeld. De Belgen hadden ook bepaalde stellingen aan de Rechteroever van de rivier en ook hier waren regelmatig serieuze schermutselingen en daarover vindt u verder enkele verslagen maar eerst tonen we aan de hand van enkele foto's hoe onze mannen leefden en stierven en hoe sommige dorpen volledig verwoest werden om dan te komen tot "de Slag om Merkem" (april 1918) en het eindoffensief.
ZO LEEFDEN ONZE MANNEN...........
Hieronder ; beeld van miserie en wanhoop
Een beetje rust is welkom
EN ZO STIERVEN ZIJ......
En ook dat nog .... mosterdgas in 1915
Ook de Duitsers leden zware verliezen, hieronder Duits kerkhof Vladslo tijdens begrafenis van hun gevallenen
|
|
|
|
Het Negende in en om Merkem 1918
geplaatst op 2019-05-30 |
Wat Vooraf ging.......
Op 11/7/17 verlaten de Belgen de sectoren Drie Grachten - Boezinge. De Koning heeft zich niet laten overhalen om een bijdrage te leveren aan het Britse offensief. Fransen komen in de plaats van de Belgen, op de noordelijke flank van de Britten. Hun aanvalsposities bevinden zich achter het leperkanaal.
Op 31 juli, 16 augustus, 9 oktober en 26 oktober 1917 rukken die Fransen op, in coordinatie met de Britten. Telkens weten ze hun doelen te halen . De Duitsers leveren er nauwelijks tegenstand. Het front wordt er veelal bezet door landwehrdivisionen die soepel terugplooien tot de rand van het bos van Houthulst. Hier zijn geen verwoede tegenaanvallen van Eingriffdivisionen. Het stevig versterkt Houthulst bos zullen Fransen en Britten niet aanvallen.
Als werkers van het elfde uur zal het Belgisch leger toch zijn bijdrage leveren. Het rukt het Ieperkanaal over om gezamenlijk met de Fransen de versterkte stelling van Luigem in te nemen.
Op 13 november 1917 neemt het Belgisch leger een deel van de Franse stellingen over (van de Blankaart tot de Corverbeek). Op 7 december zuidelijk de resterende Franse stellingen tot aan de Britse sector: een vergiftigd geschenk. Het terrein is in een afschuwelijke toestand. In het regimentsboek dagboek van het 18de Linie lezen we:
"Een van boven tot onder gewoeld terrein, zonder verbindingswegen, zonder loopgraven, waar alle Duitse abri's hebben kunnen weerstaan aan een dolzinnige beschieting. Kolossale granaattrechters halfvol stinkend water, waar stukken van lijken uitsteken. De dorpskom van Merkem bestaat nog enkel uit betonnen abri's. Geen enkele muur tenzij de stompen van het kerkkoor. Alle graven rond de kerk zijn bloot geschoten, het puin van de kerk in alle richtingen verspreid dekken deze grafschendingen. Onder het kerkkoor: een granieten grafkelder die de bezetter beschermde tegen het kanonvuur. In de velden: stevige bunkers, echter met de ingang naar vanwaar het Duitse artillerievuur komt.
Het aflossen van eenheden brengt ongelofelijke moeilijkheden met zich mee. De stellingen van beide legers zijn niet duidelijk te onderscheiden. Menig soldaat komt per abuis in de vijandelijke stellingen terecht. De modder is zo verraderlijk dat de mannen aaneengebonden in kleine groepjes naar de voorposten trekken. Op de grond werden lijnen uitgetekend of linten gespannen om enigszins de weg te tonen. In een dagorde van generaal Michel dat het grootste stilzwijgen moet gerespecteerd worden. Een onvoorzichtigheid hier omtrent was de oorzaak geweest van een geweldige beschieting tijdens een aflossing.
Kapelaan Van Walleghem had het verhaal uit eerste hand van zijn broer soldaat, dat hij op 14/12/17 noteerde in zijn dagboek: ...
Met St. Elooidag trokken zij naar de voorposten, voor 6 dagen, verbleven eerst 3 dagen in een nauwe abri waar de mannen bijna op elkaar zaten. Dan werden ze geladen met 6 kilo granaten, 100 kogels, 2 broden, 2 vleesdozen, 2 gourden koffie, geweer en ransel en trokken ze op tot bij de vijand, zich vasthoudend aan dezelfde koord om niet te verzinken of verdrinken. Ze hadden uren nodig om 'n half uur ver te geraken en kwamen aan doornat van het zweet om een paar uren nadien te bibberen van de koude. En nochtans niemand die ziek werd. Drie dagen verbleven ze daar in een obus put, zich nu en dan veranderend van positie om niet weg te zinken. 's Nachts gingen ze boven de grond liggen. Hun koffie vervroor. Na 3 dagen mochten ze hun post verlaten en kwamen na een halve nacht wroeten in de modder onder hun beslijkte kleren aan in Oost-Vleteren. Zes dagen hadden ze niet geslapen en de laatste 3 dagen niet warm gegeten of gedronken. Nog nooit van hun leven waren ze zo uitgeput geweest.
De winter van 1917
Tot voor de Slag van Vlaanderen was Merkem al flink beschadigd. De kerktoren was ingestort, heel
wat huizen hadden geen dak meer en her en der zag je al bomkraters in de straten, maar na oktober
1917 werd de verwoesting compleet. In enkele maanden tijd verdween elk teken van beschaving.
Huizen en straten verdwenen in kraters vol water, schroot en bloed. Het landschap werd onherkenbaar.
Oorlogsvrijwilliger Florimond Pynaert omschrijft Merkem bij z'n aankomst in het najaar van 1917 als volgt:
"Na een nacht verblijf te Oostvleteren,zullen we tegen de avond optrekken om de Fransen af te lossen op het vrijgevochten Merkem. Eens over de leperlee komen we op het terrein dat de Fransen veroverd hebben. Maar wel Onze Lieve Heer! we komen in de pap terecht. De ene soldaat na de andere zinkt in de modder en om ons doel te bereiken moeten wij, in de pikdonkere nacht, nog vijf kilometer afleggen. Op onze doortocht zien wij overal Franse soldaten, verzonken in de modder. Tussen de doden en de gewonden roepen ze om hulp. We horen ze smeken; ",Ã boire, Ã boire! aidez-moi! " Helaas! wij konden geen hulp bieden.
Ze stonden daar recht, in de modder verzonken tot onder hun armen, tussen honderden doden, ook hun dood af te wachten. Ook van de onzen bleven er achter, verzonken om ze nooit meer terug te vinden.
Op het einde van deze vreselijke nacht lagen we daar te zweven op de modder en beseften niet eens dat we nog bij elkaar waren."
De winter van 1917-1918 is verschrikkelijk voor de Belgen. De Duitsers vallen voortdurend de Belgische voorposten aan. Maar liefst 6 Ã 7 miljoen granaten worden afgeschoten.
Ook soldaat Remi Sergier uit Poperinge vertelt over z'n tijd in Merkem:
"Weet je wat ze gedaan hebben in Merkem? Ze bombardeerden daar dan ook. 't Is triestig om te zeggen. Op het kerkhof waren er kelders van rijke mensen. Kloek gemaakt. We hebben de lijken er uitgezet om er zelf in te kruipen. Wat je al moet doen ...
Ook in het dagboek van de soldaat Cyriel Dekeuwer lezen we het zelfde
"In oktober losten we de Fransen af in Merkem,". Het waren al obusputten tegen elkaar. Al die abris van de Duitse, dat was al in brokken geschoten, krom en scheef Zoveel bommen en obussen hadden ze gekregen. De eerste dag moesten we naar de tranchees en we hadden geen passerellen, geen loopplankjes. Er was daar een lintje gespannen, maar als het donker is, 's nachts, zie je dat niet al te wel. Langs dat lintje trokken we naar de tranchees. Aan het einde van dat lintje was het einde. Ik was van corvee en moest om koffie. De keuken kwam waar de kerk van Merkem gestaan had. Er stond daar geen kerk meer, er was daar niemendal meer. Het was al plat.
De kerk van Merkem
Ik met die twintig veldflessen koffie aan mijn lijf terug naar de voorposten. Die linies waren niet recht, maar al krom en scheef. De Duitse schoten fusees en d'onze schoten ook vuurpijlen om te zien of er geen onraad was.
Nog een paar plaatselijke gevechten.....
EPERNON
Een van de vele uitgevochten veldslagen is deze om de Epernon bunker. Deze Duitse bunker gebouwd
even ten noorden van de hoeve Epernon (de Fransen gaven alle boerderijen in hun sectoren een naam die verwees naar hun vaderlandse geschiedenis of een bekende personaliteit of plaats.)
Epernon werd door de Fransen ingenomen op 28 oktober 1917 en kwam bij de overdracht van 13 november terug in Belgische handen. Deze bunker vormde een vooruitgeschoven stelling in de Duitse sector. In de Epernon bunker verbleven 18 man. Tijdens de dag waren er een vijftal kleine vooruit geschoven posten voor de abri, die door 1 man bezet werden. 's Nachts trokken deze mannen zich terug in de abri.
Op 28 november in alle vroegte begonnen de Duitsers een hevig bombardement op de bunker. Rond
8u in de morgen werd dit bombardement zelfs nog verdubbeld (ong. 10 granaten per minuut!). Rond 9u15 was de abri in Duitse handen. Rond 10u15 startten de Belgen met een bombardement op de bunker en meteen daarna met een nieuwe aanval. Deze tegenaanval onder leiding van Adj. Taymans vertrok uit de nabij gelegen post Aschhoop. Rond de middag was de bunker opnieuw in Belgische handen-Rond 14u gingen de Duitsers opnieuw in de tegenaanval en rond 15u40 werd de bunker door de Duitsers opgeblazen. Op dat moment bevond Adj. Taymans zich samen met z'n mannen in de bunker. Z'n lichaam werd nooit teruggevonden ... Tegen de avond was de bunker terug in Duitse handen en trokken de Belgen zich voorgoed terug. Die dag verloren de Belgen 91 man in en rond de Epernon bunker.
De grond waarop deze "abri d'Epernon" zich bevindt, werd na de Eerste Wereldoorlog aangekocht door de familie Taymans. In 1934 werd een bronzen gedenkplaat aangebracht ter nagedachtenis aan
adjudant Jean Taymans. Tijdens WO II verdween deze bronzen plaat.
Later werd door het gemeentebestuur een hardstenen plaat aangebracht. Op 25 november 1999 werd door de laatste mannelijke telg van de familie Taymans, namelijk Jonkheer Luc Taymans d'Eypernon (gestorven op 10 mei 2004), dit monument kosteloos overgedragen aan het patrimonium van de gemeente Houthulst.
Plaat op rots ter nagedachtenis van Adjt Taymans
Dit is slechts een van de vele veldslagen die tijdens de winter van 1917 plaatsvonden in Merkem. Zo was er op 16 november 1917 de slag rond Ferme Petit Fils (Belgische verliezen: 81 man), de slag om Ferme Grand Pere en Ferme Gyroscope op 7 maart 1918 (Belgische verliezen: 73 man) en nogmaals op 26 maart 1918 (Belgische verliezen: 31 man), e.a ....
Voorjaar 1918
In februari 1918 was de verdeling nog dezelfde, zij het dat de 1ste Cavaleriedivisie eind 1917 de 4de Legerdivisie in haar sector versterkte.
Intussen was in januari het Belgisch veldleger gereorganiseerd. De zes legerdivisies (L.D) bestonden voortaan uit twee infanteriedivisies (I.D), van de twee cavaleriedivisies bleef slechts een bestaan. Vanaf februari moest een L.D. voor een ZONE instaan, een I.D. voor een sector.
Einde maart 1918 stond de 1ste L.D. met haar 1ste en 7de I.D. in de zone Diksmuide - Nieuwkapelle. In de zone MERKEM stond de befaamde 3de L.O. met haar 3de en9de I.D. In de zone BIKSCHOTE loste de 4de L.D. de Britten af, voorlopig met alleen haar 4de I.O. want haar
10de I.D was ingezet als versterking in de sector Nieuwkapelle.
De Koninklijke en militaire nota van 11 april 1918 schreef de algemene opstelling voor
De KonVoorpostenstelling (vroegere hoofdweerstandstelling): twee bataljons wacht en twee bataljons piket per opgestelde I.D
Hoofdweerstandstelling: overige vijf bataljons van de acht opgestelde I.D.
Tweede stelling: Bray-Dunes, Hondschoote, Beveren-IJzer, Roesbrugge. Telkens een I.D.
Algemene reserve: Cavaleriedivisie in de omgeving van Bergues
In de zone Merkem volgde een aanpassing voor de 9de I.D bij de Blankaart en voor de 3de I.D. bij Merkem. Ten zuiden ervan, tussen de Corverbeek en de spoorweg bij Langemark, lag de zone BIKSCHOTE, feitelijk alleen de sector Boezinge van het 4de I.D Op de rechterflank waren Britten opgesteld.
In de nacht van 12/13 april was daar een gedeeltelijke terugtrekking in verband met de Duitse vorderingen tijdens de Slag bij de Kemmelberg. De voorste elementen bleven opgesteld maar de andere trokken terug. In de nacht van 15/16 april had de volledige terugtrekking plaats, tot op de Steenbeek. De Belgische 4de L.D. volgde het maneuver en verliet zo bijna de hele voor zone. De volgende nacht kwam de 10de I.D aflossen terwijl de 4de vertrok voor een nieuwe opdracht. Bij Merkem paste de 3de I.D. de opstelling aan.
9 april 1918: in een laatste poging om de strategische kanaalhavens (Duinkerke en Calais (Noord-Frankrijk)) te veroveren start het Duitse leger zijn z.g. "Lente-offensief". Nadat een eerste poging richting Amiens (21 maart - 4 april 1918) mislukt, ondernemen de Duitsers vanaf 9 april een tweede poging ter hoogte van de Ieperboog met de bedoeling de stad Ieper in een âtangâ te nemen.
De Belgen hebben in de zones Merkem en Bikschote drie verdedigingscomplexen uitgebouwd. In de frontzone zijn dat drie min of meer aaneengesloten lijnen (front, steun en reserve) van versterkte punten, geconcentreerd rond ruine's van boerderijen. Achter de Martje vaart en in zijn verlengde, de St. Jansbeek en de Steenbeek is het tweede verdedigingscomplex uitgebouwd, het derde achter het leperkanaal waar van eind 1914, de frontlijn lag tot voor het begin van de Derde Slag bij leper.
Zoals de Duitse doorstoot zich ontwikkelt tegenover de Belgen, is het aanvalsgebied in te delen in drie stroken: dat van het 1ste Jagers te Voet (9de Infanteriedivisie) samen met het 9de en 11de Linie (3de Infanteriedivisie) dat zwaar wordt aangevallen. Dit zijn de versterkte punten Kippe, Ashoop, Jezuietenhof en Ferme Honore.
Rechts daarvan ligt het 12de Linie (ook de 3de Infanteriedivisie) aan de versterkte punten Mapezza en Draaibank. Die liggen net ten noorden van de Corverbeek. Hier zouden de Duitsers (Landwehreenheden) minder drukkend aanvallen en blijven de Belgen op hun posities. Of was het de hardnekkigheid van de verdediging die van geen wijken wou weten?
Ten zuiden van de Corverbeek tot aan de spoorweg in Langemark liggen het 19de en 13de Linie (10de Infanteriedivisie). Zij zullen het zwaar te verduren krijgen, wijken maar kunnen vrij snel hun stellingen weer innemen.
16 april 1918: als inleiding op de z.g. "Slag van Merkem" bestoken Duitse troepen de Belgische linies met Minenwerferbommen en duizenden gasgranaten.
Op woensdag 17 april 1918 kwam de verwachte massale Duitse aanval. Dit werd de Slag bij Merkem.
17 april 1918: z.g. "Slag van Merkem". In een poging om Merkem te veroveren en zo door te kunnen stoten naar Ieper en Poperinge ondernemen de Duitsers een offensief op de Belgische linies te Merkem. De stellingen aan de gehuchten de "Kippe" en "Aschhoop" vallen relatief snel in Duitse handen, maar het offensief wordt ter hoogte van het gehucht "Langewade" een halt toegeroepen door een tegenaanval van de geallieerde troepen o.l.v. generaal Jacques.
Op dat ogenblik zijn de Belgische stellingen op Ashoop, Jezuietengoed, verdedigd door het 9de Linie, nog altijd niet gevallen. Beschoten van achteren besluit de bezetting van Ashoop te vluchten naar de nabijgelegen stelling op Jezuietengoed. Na verloop van tijd wordt ook die stelling ontruimd. Haar bezetting trekt zuidwaarts richting Ferme Honore, verdedigd door de 11de Linie. Ook dat bolwerk zal
moeten opgegeven worden.
Zo is er een Duitse penetratie tot stand gekomen van een kilometer over een breedte van twee kilometer. Vanaf de middag zijn de Belgen weer aan zet.
De herovering van de verloren stellingen
Eerst wordt het strategisch belangrijk kruispunt De Kippe heroverd. Wat later volgt de stelling Britania. Deze relatief vlot verlopen acties brengen de Belgen in de winning mood.Het feit dat verder zuidelijk het 12de Linie op haar posities blijft, mede te danken aan het 19de Linie op rechts, dat ook nauwelijks wijkt, krijgt nu zijn volle belang. De Belgen belagen de Duitsers vanuit drie zijden. Langzaam wordt de zak waarin ze zich bevinden toegeknepen.
Achtereenvolgens worden de steunpunten Ferme Verte, Hermine, Ferme Honore en Ashoop heroverd. Veel Duitsers raken in gevangenschap. Rest alleen nog Jezuietengoed. Hier ontwikkelt zich een verbeten strijd. Ook hier delven de Duitsers uiteindelijk het onderspit. Rond 21.00 hr. uur zijn alle verloren stellingen door de Belgen terug ingenomen.
De balans
De Slag bij Merkem was een enorme opsteker voor het Belgisch leger dat zijn weerbaarheid hiermee ten volle onderstreepte. Ongeveer 200 Belgen sneuvelden, een veelvoud werd gewond of gevangen genomen. Precieze verliezen aan Duitse zijde zijn moeilijk te bepalen, maar liepen in de duizenden (doden, gewonden en vermisten).
Rond de 800 Duitsers werden gevangen genomen. De Operation Tannenberg - zo heetten de Duitsers hun offensief in Vlaanderen werd een eclatante mislukking, waar zoals meestal bij mislukkingen weinig van terug te vinden is in hun "verslagen".
|
|
|
|
DE SLAG OM MERKEM (2)
geplaatst op 2019-07-26 |
DE SLAG OM MERKEM
17 APRIL 1918:
Het Duitse lenteoffensief
Nadat de Duitsers begin maart 1918 met Rusland vrede had gesloten konden heel wat Duitse divisies worden overgebracht naar het Westelijke Front. Duitsland wilde dan ook zijn numerieke overwicht uitspelen vooraleer het miljoenenleger van de USA in de oorlog zou betrokken zijn. In maart startten ze het offensief in Noord-Frankrijk (slag aan de Somme), maar na aanvankelijk groot succes liep het Duitse offensief vast voor Amiens. Op 9 april probeerde de Duitse legerleiding het opnieuw in de vallei van de Leie, een week later gevolgd door een dubbele aanval bij leper. Op 17 April werden de Belgen bij Merkem aangevallen. Een week later de Fransen op de Kemmelberg. De bedoeling van deze aanval was leper vanuit het noorden en het zuiden te omsingelen, door te stoten naar Poperinge en uiteindelijk de Franse kanaal havens in te nemen. Ruim een maand eerder vond de slag aan het Reigersvliet bij Stuivekenskerke plaats (6 maart 1918). Vermoedelijk was deze Duitse aanval een afleidingsmanoeuvre om de geallieerden versterkingen te doen sturen naar deze sector en zo verzwakking te verkrijgen bij Merkem.
Terugtrekking van geallieerden
Een andere opmerkelijke troepenbeweging in het voorjaar van 1918 was de terugtrekking van de
geallieerde troepen uit de omgeving van Passendale. Enkele maanden eerder hadden ze hier ten koste van honderdduizenden mensenlevens enkele kilometers terreinwinst geboekt. Door de Duitse aanvallen tijdens het lenteoffensief en de moeilijk te verdedigen zone rond Passendale besliste men dan ook dat gewonnen terrein terug prijs te geven .
16 april 1918: een stand van zaken
Het front lag na de slag om Vlaanderen en dus tijdens de winter van 1917-1918 vanaf de Corverbeek
ten zuiden van het bos van Houthulst. Deze lijn werd tijdens de nacht van 13 op 14 april oostwaarts teruggetrokken tot achter de Steen beek, waar de Belgen deze sector overnamen van de terugtrekkende Britten. De volledige terugtrekking was op 16 april 1918 een feit. Het terrein tussen Blankaart en Langemark werd nu onderverdeeld in 2 sectoren:
de sector Merkem die verdedigd werd door
de 9dedivisie (noordelijk deel- ondersector Drie Grachten)
14de linie
1ste jagers
de 3de divisie (zuidelijk deel - ondersector Steenstrate)
9de linie
11de linie
12de linie
de sector Bikschote die verdedigd werd door
de 10de divisie (verving op 16 april de 4e divisie).
⢠19de linie (ondersector Kortekeer)
⢠13de linie (ondersector Wijdendrift)
De grens tussen beide sectoren komt nu ongeveer overeen met de grens tussen de gemeente Houthulst en de gemeente Langemark- Poelkapelle (Corverbeek / Pottestraat).
Tegenover de Belgen staan 3 Duitse divisies:
6e Beierse divisie
Brigade Dominik (33ste rgt. LW. + 5de rgt. Mariniers) -> moeten Merkem-dorp innemen en ten oosten van de steenweg Diksmuide-Ieper oprukken naar Steenstrate.
Brigade Tautphoeus (6de, 10de en 13de Beiers Regiment) -> moeten oprukken richting Bulthoek, Draaibank, Bikschote en ten zuiden van Steenstrate.
1e Divisie Landwehr: 31ste een 84de rgt. -> helpen Brigade Tautphoeus bij inname van Bikschote
58e Divisie: 103de, 106de, 107de rgt. -> steun bieden aan rechterflank
In totaal zullen 23 Duitse bataljons (tegenover 8 Belgische!) zich mengen in de strijd. Deze worden gesteund door 200 stukken artillerie. Tot nu toe hebben de Belgen nog geen enkele grootschalige massa-aanval moeten afslaan en de Duitsers zijn er dan ook van overtuigd dat ze de nodige ervaring
zullen missen en zonder probleem overrompeld zullen worden.
In eerste instantie was de aanval gepland voor 20 april, maar door de terugtrekking van de Britten en
de uitbreiding van de Belgische sector beslisten de Duitsers om hun aanval met 3 dagen te vervroegen.
Sector Merkem: ondersector Drie Grachten
14de linie
Dit regiment werd quasi niet in de strijd betrokken. Ze lagen beschermd achter de inundatie van de Blankaart en zouden pas in actie moeten treden eens de 1e Jagers onder de voet zouden gelopen zijn, wat uiteindelijk niet gebeurde. In de late voormiddag van 17 april werd een peleton ingezet als ondersteuning van de 1e Jagers bij Ferme de la Guêpe (tussen Heulegoedstraat en Stationstraat). Later zou dit peloton ook nog helpen om Britannia te bevrijden en verdere acties van het 9de linie en de 1e jagers te ondersteunen.
Uit het verslag van de korpsoverste zal uiteindelijk blijken dat ze alsnog 100.000 kogels verschoten.
1ste Jagers te voet
De 1e Jagers te voet lagen van aan Ferme Bourgeois (kruispunt Oostbroekstraat - Heulegoedstraat - Beversluisstraat) tot aan De Kippe. Hier konden de Duitsers zeer vlot door de 1ste linies breken. Na een verwoestend bombardement om 07.00 hr. en de infanterieaanval om 08.00 hr. werd De Kippe al vlug ingenomen en moesten de Belgen zich terugtrekken tot aan Ferme Aviateurs en Ferme Guêpe.
De Duitsers waren echter niet van plan om via het oosten door te stoten naar het centrum van Merkem, maar trokken zuidwaarts langs de lepersteenweg in de richting van Langewade en hoopten zo het Kanaal Ieper-ijzer te bereiken aan Steenstrate. Dit leek in eerste instantie vlot te gaan maar ter hoogte van kasteel Britannia kregen ze toch heel wat tegenstand te verwerken en probeerden alsnog naar het centrum van Merkem te trekken. Maar ook hier bleef de aanval steken bij Ferme Guêpe (waar de lste jagers steun kregen van het 14de linie) en de Gendarmerie.
Rond 10u startten de Belgen een tegenaanval en tegen de middag konden ze samen met soldaten uit het 9de linie Britannia terug innemen. Reeds om 13u30 was ook De Kippe terug in Belgische handen. De rest van de dag hielpen de lste Jagers met de acties van het 9de linie.
's Avonds probeerden de Duitsers ter hoogte van de Kwaebeek nog eens het 14e linie aan te vallen, maar dit mislukt compleet.
Het 1e jagers te voet verloor die dag 130 man, waaronder 4 officieren.
9de linie
De 1ste Jagers kregen het zeer zwaar te verduren, maar het 9de linie had het nog moeilijker.
Het 9de linie lag vanaf De Kippe tot aan het Jezuïetengoed. Daartussenin bezetten ze de posten
Aschoop, Verbrande Smisse, Verte, Britannia, Hermine, Villa en Hoekje.
Na de val van De Kippe, stroomden de Duitsers door deze bres richting Britannia en Ferme Verte. Britannia werd al vlug overrompeld. Verder geraakten ze echter niet en ze zwenkten enerzijds uit richting de sector van het 1ste Jagers (waar ze ook tegengehouden werden) en anderzijds richting Ferme Verte die ze zonder probleem konden innemen.
Ondertussen werd ook de post Aschhoop ingenomen door de Duitsers. Door de val van Aschhoop en Ferme Verte werd Ferme Jezuïetengoed quasi omsingeld en langs 2 zijden aangevallen. Onder deze druk werd Jezuïetengoed om 10.15 hr. ook ingenomen. De overgebleven Belgische troepen trokken zich terug richting Langewaede en Ferme Hermine. Deze laatste werd enkele tellen later echter ook ingenomen door de vijand. De doorbraak van de Duitsers was hier enorm. De volledig eerste lijn van De Kippe tot aan Jezuïetengoed en zelfs de tweede lijn ter hoogte van Verte en Hermine waren nu in Duitse handen.
Tegen de middag rukten de Duitsers op richting Hoekje en Langewaede en ze namen Ferme
Verbrande Smisse in. Even werd overwogen alle troepen terug te trekken tot achter de Martjevaart en de bruggen op te blazen, maar op het nippertje werd gelukkig beslist dit nog even uit te stellen. Langewaede was immers bijlange nog niet verloren!
En gelukkig! Terwijl de Duitsers tijdens de voormiddag via het bres aan De Kippe razendsnel konden doorbreken tot vlakbij Langewaede kon kort na de middag het ge linie samen met de 1e jagers het hek achter hen sluiten ter hoogte van De Kippe en Brittania. Van hieruit konden ze tegen 14.25 hr. Aschhoop terug innemen. De Belgen namen onderweg honderden krijsgevangenen.
Tegelijkertijd vertrokken mannen vanuit Ferme Verbrande Smisse en Hoekje richting Ferme Verte. Ook deze post werd terug ingenomen samen met zo'n 200 krijgsgevangen. Na deze overwinning stootte men door richting Ferme Hermine. Na de herovering van Hermine moest enkel Jezuïetengoed nog gezuiverd worden van Duitsers. Dankzij de steun vanuit Aschhoop kon men tegen 21.00 hr.Jezuïetengoed opnieuw innemen en waren uiteindelijk alle verloren stellingen opnieuw in Belgische handen
Bij de herovering van Ferme Hermine hoort volgende bijzonder anekdote:
Vlakbij Hermine verschenen uit een trechter een groepje van 6 Duitsers, één van hen,
blijkbaar de overste, gesticuleert heftig, hij schijnt het er niet mee eens te zijn dat de anderen
zich willen overgeven. "Is dat nu een moment om te discussiëren?!" spot een Belgische soldaat, "ik zal de discussie beslechten. ""Laat dat maar aan mij over." zegt een andere en de daad bij het woord voegend legt hij aan en schiet, één schot, de overste valt neer en de anderen geven zich over ..."
Vreemde vaststelling: de nacht van 17 op 18 april werden de bruggen over de Martjevaart ter hoogte van Langewaede alsnog opgeblazen door de Belgen. Het is zoeken naar de reden van deze actie. De Duitse aanval was ondertussen immers allang afgeslagen en voorbij.
Het 9de linie verloor uiteindelijk het meest manschappen. Maar liefst 396 manschappen bleven achter op de Vlaamse bodem.
11e linie
Het 11e linie bezette de lijn Honoré (kruispunt Kloosterstraat - Kwakkelstraat) tot aan de Draaibank vlakbij de Corverbeek.
Na het verlies van Jezuïetengoed trokken een aantal soldaten van het 9de linie zich terug op Ferme Honore. De terugtrekkende Belgen werden op de hielen gevolgd door de vijand die dan ook vrij vlug Ferme Honore konden innemen en onmiddellijk daarna Ferme Obussiers. Ter hoogte van Ferme Hibou konden de Belgen deels stand houden.
Als men hier hoort dat het 9de linie oprukt naar Ferme Hermine besliste men om deze aanval te
steunen door Ferme Obussiers aan te vallen. Obussiers was terug in Belgische handen rond 13.30 hr. Hierna trok men verder richting Ferme Honoré. Deze aanval werd in eerste instantie afgeblokt door zeer precieze Duitse artillerie, maar tegen 19u30 slagen de Belgen toch in hun opzet.
Het 11e linie verloor op 17 april 142 manschappen.
12e linie
Rechts van het 11de linie kon het 12de linie stand houden op alle posten en moesten geen meter prijsgeven. Dit regiment had zich de dag voordien pas teruggetrokken vanuit Ferme Paepegoed, in het kader van de algemene terugtrekking van de geallieerden en bezette nu de post van Mazeppa aan de oever van de Corverbeek.
Na de enorme doorbraak van de Duitsers vanuit De Kippe werden ze vanuit Jezuietengoed en Ferme Honore in de flank en zelfs van achteruit aangevallen. Mede dankzij de uiterst moerassige strook langs de Corverbeek kunnen ze standhouden. Ook aan de overkant van de Corverbeek kunnen de mannen van het 19de linie (sector Bikschote) standhouden op Ferme Victory.
De Duitsers bleven aandringen en tot 17u30 werd Ferme Mazeppa voortdurend gebombardeerd. Rond 21.00 hr. hielden alle aanvallen op en trokken de Duitsers zich terug op Ferme Paepegoed.
Rust op het slagveld.
Na 21.30 hr; keerde de rust terug. Alle stellingen die 's morgens verloren leken werden terug
ingenomen. Alle partijen zaten terug op de plaats waar ze zich 24 uur eerder ook bevonden. Alhoewel ze er voor de middag in geslaagd waren om een penetratie van 1 km lang en 2 kilometer breed te behalen werd de slag om Merkem voor de Duitsers een slag in het water. Voor de Belgen echter was deze dag een enorme opkikker. Nooit eerder konden ze de Duitsers verslaan.
Soldaat Malaise beschrijft als volgt het einde van de slag om Merkem:
"Een loodzware kalmte heerst over de vlakte. Plots klinken ginder hoog enkele hoera's. De emotie is voorbij. Jezuietengoed werd door granaten veroverd ... We vertrekken onmiddellijk, wij de mannen van de eerste overwinningen, doorweekt, huiverend van de kou, we gaan de stelling bezetten die zo schitterend en rap heroverd werd. Enkele lichtkogels en de kalmte van de voorbije dagen herneemt
haar gewone eentonigheid. -,
Ze zijn daar, vermoeid, neerslachtig, diegenen van de tegenaanval die hun vijand afwachtten ... Wat een bloedbad, hoeveel dode vijanden liggen er niet tussen het puin, met uitpuilende ogen in de fletse gezichten, de mond half geopend na een laatste machteloos gereutel, besmeurd met bloed en slijk, met samengekrompen handen ...
Nooit eerder zag ik zo'n vreselijk tafereel, de adem des doods waart boven het veld. Nooit hoorde ik zoveel lugubere en droevige klachten van gewonden die roepen: "Mutter! .... Mutter..
In onze sector is het opnieuw kalm. Alleen de zuchten van de gewonden en het gereutel van de
stervenden verbreekt de stilte ...
Verliezen
De Belgen verliezen op 17 april 992 man (vermisten en doden).
De Duitsers verliezen naar schatting 2254 man (vermisten en doden).
En ten zuiden van Ieper?
Op 25 april volgde de aanval op de Kemmelberg, waar de Britse troepen waren vervangen door Franse divisies. De heuvel werd ingenomen maar de Fransen hielden stand bij de Scherpen berg en
Loker. De gevechten duurden nog tot in mei, nooit was de Duitse frontlijn zover opgeschoven, maar
een doorbraak was voorkomen.
MERKEM, DE HEL
MEI 1918 - SEPTEMBER 1918:
Na de slag bij Merkem bleef het terrein tussen Blankaart en Corverbeek het terrein van talloze gevechten. Alhoewel het na deze slag officieel rustig werd aan dit deel van het front bleven dagelijks
jongens sneuvelen. Alhoewel de Belgen na hun overwinning een morele opkikker kenden werd het
voor velen na bijna 4 jaar oorlog bijna ondraaglijk.
Op 29 augustus 1918 zat onderluitenant Raoul Snoeck in de hel van Merkem en noteerde het volgende in z'n oorlogsdagboek:
"Wat ik de laatste dagen meemaakte, overtreft alles in wreedheid van wat ik tot nog toe heb ervaren. Toen de oorlog begon waren we mensen, stilaan werden we soldaten, maar de Duitsers hebben van ons moordenaars gemaakt. Oorlog is geen pretje. Onze jongens zijn ten aanval gestormd met bijlen van de Genie. Van de Duitsers die ze meebrachten bleef slechts gehakt over: rompen, armen en benen. Ze stonden in bewondering voor een vormloze massa mensenvlees. Ze grimlachten want hadden zich gewroken. Nooit zal mijn pen kunnen beschrijven welke ijselijke verschrikkingen ik gezien heb. Wie niet aan deze homerische worsteling deelnam, kan zich geen idee vormen van de waarheid. De oorlog is afschuwelijk. Een Belg is niet bloeddorstig maar laat zich ook niet wurgen zonder te schreeuwen.
Op het punt waar we zijn aanbeland, telt maar een zaak: het resultaat. Waarom zou men de oorlog menselijker maken. Wie hem te wreed vindt, moet hem afschaffen. De vijand voert oorlog op een verfoeilijke manier, wij betalen hem met gelijke munt terug. Vindt hij dat alle middelen goed zijn om het doel te bereiken, dan geven we hem van hetzelfde laken een broek. Het komt erop aan om zo vlug mogelijk het front te doorbreken. Sinds verscheidene weken en maanden moorden we zonder ophouden.
Ik heb hopen levenloze onherkenbare wezens gezien. Enkele uren voordien waren dat nog levenden die konden nadenken en beminnen. In deze wrede oorlog heb ik afgrijselijke dingen meegemaakt."
In de modderbrij van de IJzervallei, oorlogsdagboek van Raoul Snoeck
Een maand later op 28 september 1918 sneuvelde Raoul Snoeck bij de aanval op Klerken tijdens het eindoffensief. De volgende dag heroverden zijn mannen de molen van Klerken. Anderhalve maand later was de oorlog voorbij ...
De maanden voor het eindoffensief worden vooral gekenmerkt door kleinere, doch daarom niet minder hevige gevechten. Gevechten die vaak maar om enkele meter gingen en dan nog vaak zonder resultaat. Opvallend is dat de na de veldslag van 17 april het niet meer de Duitsers zijn die de Belgische stellingen aanvallen, maar net omgekeerd. Op geregelde basis proberen de Belgen Duitse voorposten in te nemen. Op 10 en 11 juni was er de aanval op de Kloostermolen, op 3 en 4 juli de aanval op Ferme Petit Fils, op 8 en 9 augustus nogmaals een aanval op de Kloostermolen, ...
Op 3 en 4 september bleek dat de Belgen het overwicht begonnen te krijgen. Toen konden ze de Duitse voorpost Kloostermolen innemen en enkele dagen later op 8 en 9 september slaagden ze er in de eerste linie tussen de Steenbeek en de stelling Aschhoop in te nemen. Tijdens deze gevechten
kwam ook Adj. Van Eecke om het leven. Ter ere van hem staat nu nog een monument opgesteld langs de lepersteenweg, vlakbij De Kippe.
28 SEPTEMBER 1918: HET EINDOFFENSIEF
Bijna één jaar na de slag om Vlaanderen en de herinname van Merkem, verlieten de Belgische troepen voor het laatst hun stellingen in Merkem. Op 28 september 1918 om 2u30 begint vanuit Belgische zijde een verschrikkelijke artillerieaanval op de Duitse stellingen. Zo'n 3 uur later rukt de
infanterie op en slechts enkele uren later is het zo gevreesde Vrij bos vrij van alle Duitsers. Wat een jaar eerder voor de Fransen en Britten onmogelijk bleek, tijdens de maandenlang durende Slag om Vlaanderen, klaarden de Belgen in slechts één dag!
|
|
|
|
|
|